Boeken / Fictie

Boeken stinken – de nabije toekomst volgens Shteyngart

recensie: Gary Shteyngart (vert. Ton Heuvelmans) - Supertriest waargebeurd liefdesverhaal

.

Welkom in de nabije toekomst volgens Shteyngart. De Verenigde Staten zijn compleet failliet en afhankelijk van Chinese steun. Het dictatoriale regime houdt nauwgezet ieders kredietwaarde bij en dreigt wie niets uitgeeft te deporteren. Mensen zijn opgedeeld in Low Netto Worth Individuals (LNWI’en) en High Netto Worth Individuals (HNWI’en). De eersten verschansen zich in parken om een revolutie voor te bereiden, de laatsten zijn vooral bezig via hun äppäräti (geëvolueerde smartphones) anderen te ranken op hun neukbaarheid en ultradun ondergoed te kopen.

Slapstick

Shteyngart heeft duidelijk plezier in het scheppen van een doorgedraaide versie van onze huidige consumptiemaatschappij, waarin het hebben van doorzichtige Unionskin jeans een eerste prioriteit is en mensen nog streamen over hun gewicht als de wereld om hen heen in brand staat. Zijn protagonist, de 39-jarige Russisch-Amerikaanse Lenny Abramov, lijkt verdwaald in deze wereld. Hij heeft weliswaar een goede baan bij de ‘Posthumane dienst’ (een glamoureuze maar malafide organisatie die een ‘onsterfelijkheidsservice’ aanbiedt aan de allerrijksten), maar hij leeft in het volle besef dat zijn uiterlijk, leeftijd en levensstijl niet aansluiten bij het heersende ideaal. Het ergste van alles is nog wel dat hij graag boeken leest, van papier. Alsof hij niet weet hoezeer boeken stinken.

Het lijken de perfecte uitgangspunten voor een goede dystopische roman, maar Shteyngart komt niet veel verder dan deze opzet. Lenny zou als neurotische buitenstaander met grote dromen en een boekenmuur de sympathie van lezers moeten opwekken. Hij is echter ook een ongelooflijke zeur, die zich voortdurend loopt te schamen over zijn tegenvallende neukbaarheidsscore en het best functioneert als hij onderdanig kan zijn. Dan koestert hij ook nog eens een onsterfelijkheidswens, is hij hopeloos verliefd op een veel jongere en mooiere Koreaanse en zien we hem om de haverklap huilend aan haar voeten liggen. Dat we zijn gedachten tot in detail meekrijgen in de vorm van zijn dagboek maakt het alleen maar pathetischer. Als dit humoristisch bedoeld is, dan alleen op het niveau van leedvermaak en slapstick.

Onwaarschijnlijke liefde
Van Lenny’s liefdesobject, Eunice Park, lezen we de berichten die zij via haar ‘GlobalTeens-account’ stuurt. Zij blijkt Lenny allesbehalve aantrekkelijk te vinden, maar gaat – deels uit berekening, deels uit onzekerheid – toch een relatie met hem aan. De twee halen het slechtste in elkaar naar boven. Eunice klaagt, Lenny sust, Eunice commandeert, Lenny gehoorzaamt. Ze zijn tot elkaar veroordeeld, klampen zich aan elkaar vast bij gebrek aan beter. Een ‘even onwaarschijnlijke als ontroerende relatie,’ wordt deze in een interview met Shteyngart op de site van VPRO Boeken genoemd. Laat dat ‘ontroerende’ maar weg.

Dat het liefdesverhaal niet overtuigt is bedroevend, omdat de plot van Supertriest waargebeurd liefdesverhaal niet veel meer te bieden heeft. Shteyngart zet allerlei lijntjes uit – over onsterfelijkheidstechnologieën, conflicten met China en Venezuela, de dictatuur, het faillissement en een dreigend complot waarin een digitale otter een onduidelijke rol speelt – maar laat ze vervolgens los ronddobberen.

De futuristische setting is daarbij verre van noodzakelijk om het liefdesverhaal neer te zetten. De grootste band en de grootste problemen tussen Lenny en Eunice komen voort uit hun etnische achtergrond. Beiden benadrukken voortdurend hun immigrantenstatus, hun ‘ras’ en alle ongeschreven regels en gedragingen die er automatisch mee zouden samenhangen. In die zin maakt Shteyngart zich nauwelijks los van zijn eerdere twee romans waarin de beslommeringen van immigranten centraal stonden.

Moraal

De hele toekomstvisie lijkt zo alleen te dienen om wat leuke vondsten te etaleren en het moralistische standpunt uit te dragen dat het de verkeerde kant opgaat met de wereld. Kennelijk is dat een boodschap die velen aanspreekt: in de Verenigde Staten was het boek een bestseller. Het won bovendien de Britse Bollinger Everyman Wodehouse Prize voor komische literatuur. Als dit werkelijk het beste of grappigste is wat de literatuur te bieden heeft dan zouden de zorgen over haar voortbestaan terecht zijn. Supertriest waargebeurd liefdesverhaal is geen stekende satire in de trant van Huxleys Brave New World of Orwells Nineteen eighty-four, en kan zich in de beschrijving van onsterfelijkheidstechnologie niet meten met Houellebecqs Mogelijkheid van een eiland. Te zeggen dat het boek stinkt gaat te ver, maar de liefhebber van de dystopische roman die net als Lenny een muur vol boeken heeft, kan zijn tijd beter besteden.