Boeken / Kunstboek

De moderne mens en het paradijs

recensie: Daniel Bräg - My work is bearing fruit

.

Daniel Bräg gebruikt natuur om zijn visie over de mens en zijn omgeving tot uitdrukking te brengen. De vergankelijkheid van natuur en menselijkheid worden tastbaar gemaakt in de eerste monografie over Bräg’s werk.

Apfelbaum

Apfelbaum

De appel in een weckpot. Een stuk natuur in gelei dat je onwillekeurig een paar decennia mee terug in de tijd neemt. De Duitse kunstenaar Daniel Bräg maakt al twintig jaar kunst uit de vooroorlogse Duitse keuken. Hij exposeert de ouderwetse manier van conserveren als een reflectie op hoe mens en natuur zich tot elkaar verhouden. Zijn beeldtaal is een Noord-Europees mengsel van functionaliteit en boetedoening.

Vergankelijkheid in een potje

Het geëtaleerde huisraad van Bräg sensitiveert de kijker voor de menselijke omgang met de natuur om ons heen. Meestal komt dit neer op het ingrijpen en manipuleren van het natuurlijke zodat dit bij ons past. Bräg is niet bang om met humor en enige lulligheid de opeenstapeling van de weckpotten vol met bedorven vruchten te exposeren. Hij dwingt de natuur letterlijk zich te reduceren tot een paar kubieke centimeters. De potten worden jaarlijks hervuld met gelei zodat de natuurlijke kunstwerken behouden blijven.

Apfel, Birne, Quitte

Apfel, Birne, Quitte

Dat de inhoud van de pot niet meer leeft wijst de kijker op onze afstand van de natuur. De moderne mens heeft vooral een behoefte om natuur te preserveren en naar te kijken. Maar zelfs de weckpot waarin Bräg de natuur opsluit is al ouderwets. Bräg’s fotografie over de verschillende stadia van ontbinding versterkt zijn reflectie op de westerse mens. De ingezakte zwarte appel die ineen zakt onder z’n eigen gewicht is prachtig fragiel op de foto maar stoot ons af als we er werkelijk mee geconfronteerd worden.

Tweede natuur

Op welke wijze zegt het uitgebluste leven in een verteerde appel iets over ons menselijk bestaan? Op de vraag wanneer een kunstwerk sterft is het antwoord van Bräg: ‘Naast houdbaarheid van het materiaal sterft een kunstwerk als het zijn inhoud niet langer kan overbrengen. Ook al worden mijn werken ouder, ze sterven niet.’ De weckpotten kunnen zeker 120 jaar mee, de kunst in de koelkasten is kortdurend, maar de weelderige schimmels die hun eigen esthetiek meebrengen zijn wellicht oneindig houdbaar.  

Het mythologische en universele beeld van de appel is niet vreemd voor de kunstenaar. Brägs jeugd is sterk geworteld in de katholieke kerk. Zijn vader was steenhouwer voor grafstenen. Zijn eerdere werk verwijst hier vrij direct naar terug, zandzakken met opschriften die op het gras opgebaard liggen onder de titel Ich werde Erwartet. (Ik word verwacht) Ook het monumentale karakter van zijn vele opeengestapelde takken met de naam Obstgarten (Boomgaard) refereert aan gedenken.

Obstgarten

Obstgarten

De referentie naar rituelen van de rooms-katholieke levensbeschouwing is echter terug te vinden in Bräg’s gehele oeuvre. We kunnen de appels in het werk beschouwen in het licht van de val van de mensheid in zonde. Het creëert een afstand tussen de moderne mens en het paradijs. De perfectie van de natuur ligt opgesloten. Bij de dromerige sculpturale stillevens van gist en schimmel staan we ook naar ons eigen proces van verval te kijken. Zelfs bij de bijna vergane appel in Bräg’s werk zou je kunnen spreken van de tweede natuur. Het is die appel die na zijn dood de hemel van de kunst heeft mogen betreden. Een levend beeld van vergankelijkheid.