Geheugensteuntje
.
Arjen Lubach schreef eerder het boek Mensen die ik ken die mijn moeder hebben gekend. Dat werd overladen met positieve reacties en gaf Lubach reden genoeg om met een tweede roman te komen. Met Bastaardsuiker zet hij familiegeheimen, bedrog, liefde en zelfs op een lichte manier obsessie in de spotlight.
Omweg
Het verhaal begint bij Mattis Wilderberg en de ietwat vreemde Gabor. Gabor heeft namelijk iets dat Mattias nodig heeft: het manuscript van zijn overleden grootvader, ex-minister van zeshonderdachttien uur en controlfreak. Hoewel de overhandiging van dat manuscript helemaal niet iets tijdrovends zou hoeven zijn, doet Gabor daar ontzettend moeilijk over. En dat is dan ook meteen het eerste punt waarop Bastaardsuiker vreemd aandoet: waarom wordt er zo moeilijk gedaan over het overhandigen van dat manuscript? Waarom zegt Gabor tegen Mattias dat het altijd beter is om tijd te rekken, ook al weet hij waar het boek van Mattias’ grootvader is? Het zijn maar enkele vragen die bij de lezer opgeroepen worden en het is irritant en ongeloofwaardig. En misschien nog wel vervelender is dat Gabor doet alsof de geschreven teksten van Mattias’ grootvader alleen voor speciale mensen bedoeld zijn, en dus niet voor iemand als Mattias. Al met al is Gabor een vervelende en vreemde man waar je geen hoogte van krijgt en die nergens in het boek verder komt dan ‘een personage uit een verhaal’. Gabor is nep en zorgt alleen voor een onnodige omweg voor Mattias.
Mattias’ zoektocht wordt getekend door humoristische en tegelijkertijd melancholische anekdotes over zijn eigenlijke vader Jonas, zijn moeder en de man die hij zijn vader noemt, en zijn opa. Deze anekdotes lijken van belang te zijn. En gaandeweg begint hij brieven te ontvangen van de mysterieuze Elin, die zegt een fan van hem te zijn en die niet kan geloven dat ze met dé Mattias Wilderberg correspondeert. En waar hun correspondentie eerst nog onschuldig is, belooft dat later in het boek heel wat meer in petto te hebben dan alleen maar brieven. Want is Elin wel wie ze zegt dat ze is?
Plat
Waarom Mattias het boek van zijn grootvader nodig heeft, is om er achter te komen waarom zijn moeder Anna zijn echte vader Jonas in de steek heeft gelaten. Als Mattias daar het antwoord maar op zou hebben, dan zou hij, zoals hij naar Elin schrijft, zeker weten ‘dat zijn vat met inspiratie weer gevuld is’. Maar, zoals zo vaak blijkt, zijn sommige herinneringen vals. Ook Mattias krijgt daarmee te maken als hij tijdens zijn zoektocht meer ontdekt dan hem in zijn jeugd verteld is. Lubach laat op dat punt zijn personages op een prima manier samenkomen, maar toch blijven Gabor en Elin ergens een los eindje hebben en lijken ze niet helemaal binnen het verhaal te passen.
Bastaardsuiker kabbelt rustig voort en verkent op lome wijze de grenzen van familiebanden. Ergens is dat goed, maar tegelijkertijd zorgt het er ook voor dat het boek nergens explodeert en nergens echt aangrijpend is. De humor is aanwezig en een glimlach brengt Lubach wel op je gezicht, maar verder blijven Mattias en co. op gepaste afstand. Vooral omdat Mattias niet echt begrip voor zijn situatie in je los kan maken; je vraagt je eerder af waarom hij zich zo op laat houden tijdens zijn zoektocht naar het boek van zijn opa, als dat zo belangrijk voor hem is. Tegelijkertijd is Mattias veel te plat en komt hij nergens echt van het boek los; hij wordt niet ‘echt’. Uiteindelijk heeft Lubach van Bastaardsuiker een roman gemaakt die makkelijk leest, maar die geen diepe indruk achterlaat.