De herrijzenis van een rockster
Het is aan de lage temperaturen te danken dat de winter van 1996-1997 momenteel voor veel Nederlanders weer onderwerp van gesprek is. Voor de bezoekers van Paradiso op 2 december is er nog een andere reden om aan die barre periode terug te denken: het was de tijd dat Suede zich op haar commerciële hoogtepunt bevond.
Met hun derde album Coming Up voerden ze de albumlijst aan en vijf singles van dat album bereikten de top tien. In het Verenigd Koninkrijk welteverstaan, want in Nederland is Suede altijd een cultband gebleven. Volledig onterecht, zoals het vijftal in Paradiso met verve bewees.
Reünietoer
Al bij het eerste nummer, een stevig rockende versie van ‘The Hollywood Life’, is het duidelijk dat we getuige zijn van de wederopstanding van een rockster: Brett Anderson. De spotlights zullen gedurende anderhalf uur alleen op hem gericht zijn. Terecht, want waar de overige bandleden zich louter op hun instrument concentreren, imponeert Anderson als zanger en entertainer. Iedere noot die hij zingt is zuiver en wordt met bevlogenheid uit de strot geduwd. Hard, zacht, laag en hoog, Anderson doet het allemaal en met nog meer dynamiek dan op de plaat. Ondertussen provoceert en intrigeert hij met vrouwelijke dansjes en stort hij zich op het podium als een stoere macho. Over de top? Absoluut, maar is dat niet waar het in de glamrock altijd al om te doen was?
Vele hoogtepunten
Na ‘She’, een albumtrack van Coming Up, haakt het publiek enthousiast in wanneer het intro van ‘Trash’ door de zaal galmt. Suede kiest er bewust voor de grote hits af te wisselen met sterke albumtracks en hier en daar een b-kantje. Dat de nadruk daarbij ligt op de eerste drie albums is terecht, want de laatste twee albums van de band konden aan dat niveau niet tippen. Van Head Music krijgt het publiek gelukkig wel het epische ‘Everything Will Flow’ te horen. Het is een van de vele hoogtepunten van het concert.
Een ander hoogtepunt is de finale van ‘Pantomime Horse’ van Suedes debuutplaat, waarin duidelijk te horen is dat Anderson in de lage registers een betere zanger is geworden, maar de hoge uithalen ook nog moeiteloos kan brengen. Nadat Anderson zich van zijn ingetogen kant laat zien met een akoestische toegift ‘The Living Dead’, is ‘Saturday Night’ de gepaste afsluiter van een indrukwekkende avond.
Iedereen die iets van deze wel zeer korte Suede tournee heeft mogen meepikken zal zich afvragen: wat nu? Dat de leden van de band de chemie hervonden hebben is overduidelijk, maar kunnen ze ook in de studio hun gloriedagen laten herleven? Tot nu toe zijn er nog geen plannen in die richting bekend gemaakt. In ieder geval is er een nieuwe verzamelaar op de markt. Cd één bevat de (Engelse) hits; op een tweede schijf staan de beste albumtracks en b-kantjes. Voor degenen die nog niet zo bekend zijn met Suede – en dat zijn er in Nederland nog steeds te veel – is het een uitgelezen kans om alsnog kennis te maken met een van de beste Britse bands van de jaren negentig.