Kleurensprook
Een jongen in het wit spreekt een gedicht in een blikje, een eveneens wit gekleed meisje reikt naar de rode draad van een ballon en trekt die naar beneden. Een meisje in het rood prikt de ballon stuk met een breinaald en een emmer vol kapotte rode ballonnen valt over het wit geklede meisje heen. Kleuren vieren hoogtij in de voorstelling Sproken.
Postbodes en angstvisioenen
Ondanks dat het doel gemist lijkt te zijn en de kijkers dus niet verdwaald raken, zit de voorstelling goed in elkaar en is die erg leuk om naar te kijken. Toneel, liederen en dansstukken wisselen elkaar af en er komt twee keer een stuk film voorbij. De eerste keer betreft het een postbode die een pakje af moet geven op huisnummer twee en tweemaal te maken krijgt met vreemde, moorddadige types. Als het filmpje afgelopen is, blijkt het pakje op het podium te staan en maakt de in het wit geklede jongen het open. Handje voor handje trekt hij er een tientallen meters lange rode draad uit. De kleur van de draad komt even later weer terug in een scène met het in wit gehulde meisje, dat op een stuk rood tapijt staat en vertelt over hoe het tapijt haar langzaam verzwelgt. In het tweede stukje film worden ballonmensen getoond die schaatsen of naar hun werk gaan, terwijl het in het rood geklede meisje zingt over hoe raar mensen zijn die ’s morgens naar hun werk gaan of schaatsen als het koud is.
Door de terugkerende kleurcodes en getallen diversiteit aan absurde of weinigzeggende stukjes lijkt Theatergroep Thomas met dit stuk vooral modern over te willen komen. Dat de voorstelling er niet in slaagt om het publiek te doen verdwalen of verbazen, mag de pret niet drukken, want de voorstelling is boeiend genoeg. Wat overblijft, is een fragmentarische voorstelling die er zelf uitziet als een sprookje.
Sproken was op 5 en 6 juni te zien in Theater de Ruimte in Amsterdam.