De complexiteit van de verschrikking
Halverwege februari van dit jaar is onder grote internationale belangstelling in de Cambodjaanse hoofdstad Phnom Penh het eerste proces begonnen tegen een leider van de gevreesde Rode Khmer. Na lang uitstel is het tribunaal van start gegaan met het vervolgen van kaderleden uit die organisatie, die dertig jaar geleden de dienst uitmaakte in Cambodja en tijdens het regime van Pol Pot bijna twee miljoen doden veroorzaakte.
Dit regime heeft de Zweedse schrijver Peter Fröberg Idling altijd al gefascineerd. Zijn boek De glimlach van Pol Pot kent echter een bijzondere invalshoek. Op 12 augustus 1978 arriveerde een Zweedse delegatie in het Democratisch Kampuchea, zoals de nieuwe naam van Cambodja luidde. In deze Zweedse delegatie zaten leden van de Vriendschapsvereniging Sverige-Kampuchea, met onder andere Hedda Ekerwald, Gunnar Bergström en de schrijver Jan Myrdal. Ze is een van de weinige buitenlandse delegaties die dit gesloten land met de meest radicale communistische revolutie ter wereld bezocht heeft.
Blinde vlek
Het tribunaal moet onder een precair gesternte opereren. Leden van het huidige regime komen uit de gelederen van de Rode Khmer. De revolutie die Pol Pot en de zijnen ontketend hebben, kende zijn gelijk niet. En dat geldt ook voor het aantal slachtoffers. In de ruim drieënhalf jaar dat Pol Pot en de Rode Khmer aan de macht zijn geweest, is ongeveer een kwart van de bevolking door executies, honger en ziekte omgekomen. Vele daders zijn nog in leven en willen niet heel graag praten, zo ontdekt Fröberg Idling snel.
Dat niet alleen Cambodjanen een blinde vlek hebben voor hun eigen verleden, maar – zij het dan op een andere manier – ook de leden van de Zweedse delegatie, blijkt wel uit de zoektocht van de schrijver. Want hoe kan het dat zij, hoogopgeleiden uit het vrije Westen, door dit land hebben gereisd en niets van die ontberingen hebben gezien? En dat ze na terugkomst positief over de ontwikkelingen in dit land spraken en dat op zekere hoogte tot de dag van vandaag blijven volhouden?
In De glimlach van Pol Pot zoekt Fröberg Idling naar het antwoord op de vraag hoe dat kan. Ze moeten die ellende toch gezien hebben? Maar de realiteit blijkt weerbarstig. Want, zo schrijft hij aan het einde van zijn boek, zou ik het wel het hebben gezien? Het antwoord moet hij schuldig blijven. Ondertussen kom je veel te weten over de bewogen geschiedenis van Cambodja, over het leven van Pol Pot en de ontberingen die de revolutie teweegbracht.
Literaire documentaire
Is het erg dat Fröberg Idling de lezer het antwoord schuldig moet blijven? Ja en nee. Ja, omdat je graag wilt dat de leden van de Zweedse delegatie (en de schrijver) tot de conclusie komen dat het communisme onder Pol Pot niet bepaald leek op het communisme uit hun idealen. Nee, omdat je beseft dat de geschiedenis zich niet laat kerkeren in een eenvoudig goed-fout schema.
Die complexiteit heeft Fröberg Idling willen uitdrukken in de vorm: vlotgeschreven geschiedenissen van, bijvoorbeeld, het optreden van de Amerikanen in Cambodja en de opkomst van de Rode Khmer, worden afgewisseld met persoonlijke notities, invallen en sfeerverslagen. Voegt deze combinatie iets toe? Ook hier weer ja en nee. Nee, omdat die vorm het beeld op de geschiedenis vertroebelt. Door de opeenstapeling van korte hoofdstukken raak je gemakkelijk het spoor bijster. En dat is buitengewoon jammer. En ja, omdat een dergelijk literair document inzichtelijk maakt hoe verschrikkelijk het regime van Pol Pot moet zijn geweest.
De glimlach van Pol Pot is een boek met twee kanten, zoals ook de geschiedenis zelf twee kanten heeft. Eén ding staat echter als een paal boven water: de verschrikkingen van de Killing Fields bestaan. En de daders worden maar langzaam berecht.