Kaas veroorzaakt ellende
Een reclamespot voor Fantakaas, dat is wat Werner, creatief redacteur van reclamebureau Hot&Lazy, moet bedenken. Als hij faalt, gaat het bureau failliet. Bij aanvang van Beau van Erven Dorens’ Pijn staat er dus al heel wat op het spel en er volgen nog meer spannende momenten…
Hoe moeilijk kan het zijn om een reclamespot voor een nieuw Belgisch borrelkaasblokje te bedenken? Heel moeilijk, zo blijkt uit Van Erven Dorens’ eerste roman. Wanneer de deadline verstreken is, komt Werner op de valreep met een ideetje waarvoor hij zijn neef Bink, de bekende soapacteur, wil gebruiken. Alleen, Bink blijkt er niets voor te voelen. Net als kaashandelaar Laarmans, in Willem Elsschots Kaas, houdt deze potentiële kaasreclameacteur niet eens van kaas. Wanneer Bink toch instemt met Werners voorstel, stapelen de problemen zich op en monden ze uit in een gijzeling in de Belgische Voerstreek waarbij Werners tepel wordt afgesneden, en hij en Bink bij vrieskou worden gedumpt in een moeras.
Yuppentrekjes
Grofweg is Pijn opgebouwd uit drie delen. In ieder deel staat er iets op het spel: in het eerste deel het reclamebedrijfje Hot&Lazy, in het tweede deel komt daar het leven van Bink en Werner bij, en in het derde deel het voortbestaan van Amsterdam. Een almaar grotesker wordend verhaal dat leest als een spannend jongensboek met puberale yuppentrekjes: het opgeilen, opsnuiven en neerslaan wisselen elkaar af:
Op zoek naar zijn sigaretten had hij in zijn binnenzak nog een good old xtc-pil gevonden en die had hij aan de bar met een grote boog in zijn slokdarm geworpen. Daarna had hij een dubbele wodkawater achterovergeslagen en een refill naar het dakterras meegenomen en daar hing hij nu onderuitgezakt op een loungestoel met een paar jongens en meisjes over reclame te praten.
Hoewel het gemakkelijk en snel wegleest, valt er op de stijl van Van Erven Dorens het een en ander aan te merken. Er wordt om de haverklap geschreeuwd (IN HOOFDLETTERS). Ruimtes en handelingen worden vaak niet of juist met te veel woorden beschreven: ‘Werner hield de pink en duim van zijn rechterhand uit elkaar, vouwde de middelste drie vingers naar binnen [en] bracht de uitgebeelde telefoon naar zijn oor.’ Een nodeloos omslachtige uitleg voor een simpel gebaar. En tot slot verveelt het yuppengebral vrij snel.
Tussendoortje
Kortom, Pijn is niets meer dan een tussendoortje, zoals het kaasblokje waarvoor Werner een reclamespot moet bedenken. Elsschot toonde met zijn prachtig geschreven Kaas al aan hoeveel ellende dit zuivelproduct kan veroorzaken. En hoewel Van Erven Dorens nergens expliciet verwijst naar Elsschots roman, doen details zoals Binks afschuw van kaas vermoeden dat Pijn een eerbetoon aan of moderne versie van Kaas moet voorstellen. Van Erven Dorens kan echter niets meer toevoegen aan Elsschots werk.