Australisch duo komt met snelcursus psychedelica
Ze lijken verdwaald in de tijd, de jonge man en vrouw op de hoes van het tweede album van Black Cab. Hun flowerpowerkleding steekt schril af tegen de setting, die lijkt op een impressionistisch schilderij. Zien we daar in de verte de Arc de Triomphe? Ze moeten in Parijs zijn, ‘la ville de l’amour‘, maar wat deze zonderlinge man en vrouw hier zoeken, blijft
onduidelijk. We horen namelijk geen Franse chansons op het album Jesus East, maar pure psychedelica. Het album klinkt als The Grateful Dead en The Velvet Underground vermengd met Britse shoegazer en Duitse Krautrock. Wil je iets anders horen dan het zoveelste hippe Engelse bandje, dan is Jesus East een behoorlijk album dat je ervaart als een psychedelische trip.
Eigen gezicht
Zo doet de straffe opener Hearts on Fire bijvoorbeeld sterk denken aan Kasabian, opgesierd met Pink Floyd-gitaren. Op het titelnummer Jesus East klinkt Black Cab als The Dandy Warhols die een nummer van The Jesus and Mary Chain coveren. Erg fijne, mistroostige muziek maar helaas zonder een eigen gezicht. Another Sun heeft een intro dat mateloos irriteert, veeeel te veel dreint en nergens tot een punt komt. Underground Star is beduidend beter te pruimen en herinnert ons nogmaals aan Kasabian en diens grote inspirator The Stone Roses, met daaraan toegevoegd typische Krautrock-synthesizers.
De oorzaken
Wordt het nieuwe album van Black Cab morgen het gesprek van de dag? Nee. Dat komt niet alleen omdat onze blik nog steeds op Engeland is gericht, maar ook omdat psychedelica, shoegazer en Krautrock nooit en te nimmer een massapubliek zullen veroveren. Bovendien is het verenigde popjournaille nog lang niet toe aan een Krautrock-revival, is de muziek van Black Cab veel te depressief, missen de Australiërs een imago, hebben de teksten weinig om het lijf en wil Black Cab met een mix van drie genres nét iets te veel.
Nostalgie
Moet je Jesus East als muziekliefhebber dan links laten liggen? Nee, dat ook niet. In een tijd waarin alles draait om springerige, haast oppervlakkige Engelse punkfunkbandjes werkt het in zekere zin verfrissend, zo’n stel eigenzinnige Australiërs dat verder terugkijkt dan de jaren ’80. Een band die het niet interesseert of iets hip is of niet, die gewoon lekker muziek maakt en maar ziet waar het schip precies strandt. Dit levert een redelijk album op dat vooral een hoop nostalgische gevoelens naar boven brengt.