Een schetsboek als debuut
.
Inspiratie
The Pet Project kan worden gezien als een statement van twee muzikanten, of, zo u wilt, van twee kunstenaars, die zich door een klassieke popplaat hebben laten inspireren. Daarbij wilden ze uitvinden of die inspiratie zou leiden tot een resultaat dat vergelijkbaar is met de inspiratiebron. Dat de inspiratiebron Pink Floyds klassiek geworden album The Piper at the Gates of Dawn is laat zich, door de enige cover op de plaat The Gnome, makkelijk raden. Toch doet The Pet Project meer denken aan de dagen van Barrett ná Pink Floyd. Of aan een rustige en soms donkere versie van the Moldy Peaches, vooral wanneer Van Waalwijk de zang voor haar rekening neemt.
Schetsen
De stukken op The Pet Project hebben allen een fragmentarisch karakter. Voordat ze hun hoogtepunt bereiken zijn ze alweer voorbij. Dat neemt niet weg dat de nummers vaak mooi zijn, voor zolang het duurt: de nummers I Wanna Know en Little Dog zijn de onbetwiste hoogtepunten van de plaat. In When Christa Päffgen spoke to Me komt the Velvet Underground om de hoek kijken en ook het karakteristieke Hey You klinkt Brits, hip en retro. Helaas zijn ook deze nummers veel te kort. Ter illustratie: het openingsnummer Esfera duurt maar 34 seconden en het fascinerende slotnummer Mosredna slechts één minuut en twee seconden. En dat is simpelweg niet lang genoeg. De aandacht wordt getrokken, maar voordat je vragen kunt gaan stellen over de afloop is het nummer al weer voorbij. Zonder kop of staart; het blijven muzikale schetsen. Maar wel hele mooie schetsen.