Charmante Samba verovert alle harten
Er zijn tal van cabaretfestivals in Nederland, maar er zijn weinig festivals zo gewichtig als het Leids Cabaret Festival. Het is beroemd om de sterren die de finales wonnen: denk aan Sanne Wallis de Vries, Najib Amhali of Kees Torn. Dit evenement winnen is bijna gegarandeerd een ticket to fame. Best wel een goede start van je carrière dus, als je het wil maken in dit land. Deze editie van het Leids Cabaret Festival had een duidelijke winnaar, waar we ongetwijfeld meer van zullen gaan horen.
Grappig zijn
Willemijn Smeets is een gezonde Hollandse meid om te zien. Blakend, brede lach. Toch heb je meteen door dat het niet altijd even goed met haar gaat. Helemaal niet eigenlijk. Dat is het thema van Sirenenzang, het programma waarmee ze tijdens de finale in de Leidse schouwburg optreedt. Opvallend is haar krachtige, heldere stem, begeleid door Rogier Telderman op piano. Maar echt grappig zijn is niet haar sterkste kant. Nee, ze moet het hebben van haar muzikale kwaliteiten. En of je enkel daarmee het Leids Cabaret Festival wint?
Vooraan in de file
Ralph Sigmond speelt vervolgens ook een treurig typetje: de sneue werkloze. In tegenstelling tot Willemijn komt Ralph wel voor zijn ellende uit. Zijn lege flessenmuseum staat symbool voor de leegte van zijn leven. Maar het wordt pas echt grappig als hij op zijn knieën valt en opbiecht hoe triest zijn leven wel niet is: “uit mijn neus eten is een culinaire delicatesse, ik geef antwoord op retorische vragen, in de file sta ik altijd vooraan”, en meer van dit soort gênante eigenaardigheden. Toch is hij geen pessimist. Zijn kaalheid is volgens hem een teken van een hoog testosterongehalte, en dus van seksuele macht. Ook zijn vrolijke liedje over maandenlang dood in de gang van je huis liggen is weliswaar zorgelijk, maar het loopt gelukkig goed af. Ralphs typetje is vermakelijk, maar de sneuheid ligt er soms net iets te dik bovenop, waardoor je het na een paar minuten wel gezien hebt.
Djembé
Laatste kandidaat van de avond is Samba Schutte. Zijn show is meer autobiografisch en draagt dan ook de titel: Kun Min Woni An. Excuseer? Dat is Mauretaans voor “Dit is wie ik ben”. Samba is half Afrikaans, half Nederlands. De verwarrende situaties die dit oplevert in nieuwe sociale contacten beschrijft hij met humor. Zowel in Nederland als in Mauritanië levert dit pijnlijke, maar grappige gesprekken op. De rode draad in zijn optreden is de djembé. Hij ziet het instrument als een symbool voor zijn persoonlijkheid: gemaakt van verschillende elementen, die het best gedijen in een milieu dat niet te nat en niet te droog is, niet te koud en niet te warm. Pas als de djembé “een beetje van alles” heeft, klinkt hij op zijn best. En zo is het ook met Samba.
De verschillende elementen waaruit zijn show is opgebouwd blijkt hij goed te beheersen. Zijn djembéspel is opzwepend en zijn Afrikaanse dans is soepel en energiek. Hij beheerst zowel luchtige scènes die oprecht grappig zijn, als intieme serieuze scènes, die al even oprecht ontroeren. Tussen neus en lippen door stipt hij politieke en religieuze onderwerpen aan, zonder gevoelige zielen te kwetsen. Kortom, een waar charmeoffensief van een bijzondere exotische man. Enig puntje van kritiek: zijn show had wel iets brutaler mogen zijn. Het was allemaal wat aan de veilige kant. Het heeft hem echter geen windeieren gelegd: hij was volgens de jury de beste van de drie. Knap werk.
Stemmen tellen
Maar ook het publiek had een stem. Wie kozen zij? Het was nog een hele klus om alle stembriefjes te verzamelen en te tellen. In de tussentijd werd het publiek vermaakt met een spetterend optreden van het human beatbox-kwartet Off the record uit België. Razend knap hoe deze vier mannen volledige hiphop-, reggae- en R&Bnummers aan hun stembanden weten te ontlokken, met enkel hun microfoons en vier manshoge versterkers. Ze brengen het allemaal met flink wat humor en ze swingen de pan uit. Ergens wel jammer dat de stoelen niet aan de kant konden.
Inspiratie en ambitie
Als de stemmen zijn geteld is ook de uitkomst van de publieksprijs niet verrassend: wederom Samba Schutte. Het levert hem een keukentrappetje op, of zoals presentator Gert-Jan Dröge het zo mooi verwoordt: een ‘stairway to fame’. Tijd voor een klein interview met het nieuwe talent van Nederland.
Hoe lang ben je bezig geweest met de voorbereidingen van deze show?
“Ik ben in november vorig jaar begonnen. De aanleiding was het stukgaan van mijn djembé. Ik had net een nieuwe gekocht, maar door de weersomstandigheden barstte hij. Het voorval inspireerde me tot het maken van Kun Min Woni An.”
Waarom wilde je aan het Leids Cabaret Festival meedoen?
“Ik heb al vier jaar ervaring opgedaan in de stand-up wereld. Ook ben ik theatermaker. Maar ik heb grote ambities. Deze wil ik waarmaken.”
Had je verwacht dat je eerste zou worden?
“Nee, niet echt. Ik had wel zeer gehoopt op de publieksprijs. Ik bedoel, daar doe je het toch voor; het publiek moet het uiteindelijk goed vinden.”
Meestal worden winnaars van dit festival later erg succesvol in de cabaretwereld. Rust er nu niet een zware last op je schouders?
“Helemaal niet! Dat is precies wat ik wil. Mijn ambitie is een goedlopende onemanshow.”
Waar kan men binnenkort meer zien van Samba Schutte?
“Dat is mijn afstudeervoorstelling op de HKU in Utrecht. De voorstelling vindt plaats in juni en gaat over Afrikaanse immigranten die aankomen op het vasteland van Europa.”
Wie of wat is je grootste inspiratie?
“Najib Amhali omdat hij zo’n goede verteller is. En Jurgen Rayman, omdat hij zo’n entertainer is. Hij is een echte mensenman.”
Aldus Samba Schutte, een nieuw talent om in de gaten te houden. Want voor je het weet staat hij al voor uitverkochte zalen, en loop je hem nog mis.