Teleurstellende tijdreis
De Amerikaanse schrijver Michael Crichton is een druk mannetje. Zijn boeken zijn al ruim dertig jaar verschrikkelijk populair en ook in filmland is hij welbekend. Naast het opzetten van ziekenhuisserie ER en het meeschrijven aan scripts (waaronder Twister van onze eigen Jan de Bont), worden zijn boeken aan de lopende band verfilmd. Na onder andere Jurassic Park, Sphere en The 13th Warrior is nu Crichtons boek Timeline aan de beurt.
Een groep studenten is onder leiding van professor Edward Johnston (Billy Connolly) bezig met de opgravingen van een kasteel in Frankrijk. Wanneer Johnston voor financiële zaken naar Amerika is vertrokken, doen de achtergebleven studenten in Frankrijk een bizarre ontdekking. Al snel komen zij erachter dat hun professor per ongeluk is vast komen te zitten in het jaar 1357. Aan hen de taak hem terug te halen…
Sneltreinvaart
Timeline had niet slechter kunnen beginnen. In plaats van een goede opbouw waarin de personages worden geïntroduceerd en het plot wordt blootgelegd, begint de film meteen. Alsof het hier gaat om een vervolg en we de personages en voorgeschiedenis van het verhaal al zouden moeten kennen. In sneltreinvaart worden de verhaallijn, de personages en verwikkelingen aan de kijker voorgelegd. Binnen een half uur hebben we ‘kennisgemaakt’ met alle personages en zijn de studenten op weg naar de 14e eeuw.Weg aandacht
Na het bekijken van Timeline is het overduidelijk dat de makers geen tijd en aandacht wilden besteden aan het verhaal, maar zo snel mogelijk met de actie wilden beginnen. En dat is heel erg jammer. Je kunt immers een film vol actie maken, maar als je niet eerst de tijd neemt de kijker mee te trekken in de wereld van de hoofdpersonen, heeft het niet erg veel zin. Wanneer je, zoals bij Timeline, alleen de hoogstnodige feitjes in het eerste half uur propt en vervolgens blij begint aan de actiescenes, zal de aandacht van het grootste gedeelte van het publiek al verloren zijn.
Verdrietig
In de rest van de film zien we hoe de studenten van Johnston proberen te overleven in het Frankrijk van de 14e eeuw waar de Engelsen en Fransen met elkaar in oorlog zijn. Hier zien we ook de actiescènes waar de makers zo veel waarde aan hechtten. Maar buiten een veldslag aan het eind van de film, met als hoogtepunt de middeleeuwse katapulten die brandende vuurballen over en weer lanceren, is het allemaal niet zo heel erg spectaculair. Slechts enkele scènes zijn enigszins boeiend te noemen, maar helaas is de rest van de film zo ongeloofwaardig en houterig dat het eerder lachwekkend of juist simpelweg verdrietig is om naar te kijken.
Zwakke cast
De slechte acteerprestaties van de cast zijn daar niet in de laatste plaats verantwoordelijk voor. Paul Walker (The Fast and the Furious, Joy Ride) speelt de zoon van Johnston, Chris, en zet een niet bepaald sterke rol neer. Hij is echter nog lang niet zo slecht als Frances O’Connor die de rol van Kate Ericson, het liefje van Chris, voor haar rekening neemt. Verder zien we Gerard Butler als wapenexpert André Marek (in de film een Schot, in het boek een Nederlander) en David Thewlis als financier Robert Donniger. Ondanks het zwakke acteerwerk is het toch jammer dat geen van de castleden ook maar de kans krijgt zijn of haar personage verder uit te diepen. Het had de hele film naar een hoger niveau kunnen tillen.
Veel beter
Mensen die het boek van Michael Crichton hebben gelezen, moeten er rekening mee houden dat er veel veranderd is in Timeline de film. Dat kan ook bijna niet anders, aangezien Crichton altijd heel diep en wetenschappelijk op zijn onderwerpen ingaat. De makers van Timeline hebben bij het verfilmen van het boek echter geen gulden middenweg weten te bewandelen. De personages blijven tweedimensionaal en het verhaal lijkt er verder niet echt toe te doen. Als de film uiteindelijk is afgelopen is er één ding zeker: Timeline had een veel en veel betere film kunnen zijn.