The Frick-Collection: een Amerikaanse collectie op reis
Het Mauritshuis begint het nieuwe jaar met een absoluut hoogtepunt sinds haar heropening in 2014. Niet vaak zijn er zoveel bijzondere kunstwerken gezamenlijk te zien in Nederland. Zesendertig werken, variërend van Cimabue tot Ingres, afkomstig uit de prachtige kunstcollectie van staalmagnaat Henry Clay Frick (1849-1919) zijn overgebracht vanuit New York.
The Frick-Collection heeft haar thuisbasis in New York. Frick liet een classicistische villa bouwen aan Central Park om zijn kunstcollectie in te huisvesten en deze veilig te stellen voor de toekomst. Frick verzamelde in eerste instantie vooral Hollandse meesters en Britse schilderkunst. Later breidde hij zijn interesse uit naar beeldhouwkunst, de Italiaanse Renaissance, Vlaamse meesters en de Franse schilderkunst uit de zeventiende en achttiende eeuw. In zijn testament liet hij opstellen dat de door hem verworven werken het land niet meer mochten verlaten en na zijn dood in 1919 liet hij 15 miljoen dollar na om de collectie verder uit te kunnen breiden. Zijn dochter Helen nam deze uitbreiding voor haar rekening en heeft de collectie gemaakt tot wat deze nu is.
De tentoonstellingszaal is ingericht naar het origineel in New York. Zo komt een deel van de opstelling overeen en onder andere de wandbekleding is nagebootst. De bezoeker waant zich dus even in de wereld van Frick. Vanwege de stellige wens in zijn testament worden in het Mauritshuis, helaas, alleen werken tentoongesteld die na 1919 zijn verworven. We zien dus wat zijn dochter heeft toegevoegd, weliswaar in nagedachtenis van haar vader, maar het ene werk ligt daardoor dichter bij zijn persoonlijke smaak dan het andere.
Frick was een groot liefhebber van Hollandse en Britse landschapsschilders. Bij binnenkomst zien we rechts een landschap van Ruysdael, twee wolkenstudies en een landschap van Constable. Het geeft goed weer hoe Constable zich liet inspireren door deze Hollandse meester.
De grote vitrine in het midden van de zaal belemmert echter de mogelijkheid om Het witte paard van Constable van een afstand te bekijken. De beperkte ruimte in de tentoonstellingszaal en het grote aantal bezoekers dat wordt toegelaten blijken hier toch een nadeel.
Naast het Portret van de Comtesse d’Haussonville door Jean-Auguste-Dominique Ingres, het paradepaardje van de tentoonstelling, hangen er ook prachtige portretten van Anthony van Dyck, Sir Joshua Reynolds en Thomas Gainsborough, die goed laten zien dat Frick werken uit alle kunstperiodes verzamelde. In de kleine achterzaal worden vroege werken uit de collectie getoond en ook hier vinden we meerdere hoogtepunten, zoals de Maria met kind (ca. 1443) uit het atelier van Jan van Eyck en de Portretbuste van Beatrice van Aragon (ca 1473) door Francesco Laurana.
In de halfronde zaal aan de voorkant zijn bovendien een aantal tekeningen te zien en wordt een mini-documentaire afgespeeld over het leven van Frick, een blik in de villa en de geschiedenis van het museum. Dit alles maakt de tentoonstelling tot een prachtig geheel dat de bezoeker een inkijk geeft in The Frick-Collection. Bovendien komen veel opgenomen kunstenaars niet voor in Nederlandse museale collecties en juist dat maakt deze tentoonstelling echt een bezoek waard.