Pijnlijke verhalen van een seksgodin in wording
In haar eerste roman laat Caitlin Moran, een van de belangrijkste feministes van deze generatie, zien dat seksualiteit nooit volledig zwart-wit is.
Het is 1990. Johanna Morrigan is een dikkige tiener uit een Engelse achterstandswijk. Haar werkeloze vader drinkt teveel en haar moeder heeft na haar zoveelste bevalling een forse postnatale depressie. Als de uitkering van het gezin wordt verlaagd, probeert Johanna een zakcentje bij te verdienen door mee te doen aan een poëziewedstrijd. Ze wint onverwachts de hoofdprijs, wat inhoudt dat ze een mooi geldbedrag krijgt én haar gedicht mag voordragen bij een televisieshow. Door haar zenuwen loopt dat optreden echter flink uit de hand: het eindigt met pijnlijke imitatie van Scooby Doo. Na de uitzending wordt Johanna uitgelachen en uitgescholden door iedere puber in de wijde omtrek. Johanna besluit dat ze niet langer Johanna wil zijn en creëert haar alter ego: Dolly Wilde.
Aspirant-seksgodin
De geboorte van Dolly Wilde betekent het begin van een wild leven als popjournaliste in Londen en als aspirant-seksgodin:
Ik voel dat ik dringend deskundig wil worden op het gebied van neuken. Dat is een eigenschap die ik wil bezitten. Ik wil gerespecteerd en bewonderd worden als een legendarisch lekker wijf – ik zou zelfs graag geïntroduceerd willen worden als: ‘Dit is Dolly Wilde – ze is een legendarisch lekker wijf’ – maar de enige manier om dat te bereiken is op pad te gaan om veel te seksen.
Johanna/Dolly realiseert zich dat de maatschappij haar vanwege deze wens als slet beschouwt:
Dat maakt me vaak razend. Je zou ook niet afgeven op een loodgieter met veel ervaring in het installeren van badkamers! tier ik in mezelf als ik ergens de term ‘enorme slet’ tegenkom en bedenk dat die op mij slaat. Je zou niet sneren over een dierenarts die driehonderd cavia’s het leven heeft gered! Nou, dit is dus hetzelfde! Ik leer al doende! Ik verrijk mijn cv!
Ze probeert immuun te worden voor de term ‘slet’ door deze zo vaak mogelijk in zichzelf te herhalen, zodat het woord haar minder kwetst:
Ik ben een enorme slet! denk ik bij mezelf, op een motiverende manier. Ik ben een Seksavonturierster! Ik ben een Gangster van de Genitaliën! Ik ben een Matennaaister! Ik ben een vriendelijke, edelmoedige, enorme slet en nu ga ik mijn slettenontbijt nuttigen.
Ongemakkelijke seksscènes
Humor en emancipatie gaan hand in hand in het werk van Moran, die toevallig óók uit een rotdorp komt, óók op jonge leeftijd popjournalist werd en óók probeert om het stigma rondom seksueel actieve vrouwen op te heffen, of tenminste ter discussie te stellen. Niet voor niets wordt Bouwpakket van een meisje op de omslag gepromoot met een quote van Lena Dunham – samen met Moran een van de belangrijkste feministes van de huidige generatie.
Girls, de televisieserie die door Dunham werd geschreven, geproduceerd en geregisseerd, zit bomvol ongemakkelijke seksscènes. Waar seks in de meeste series wordt getoond als pure romantiek óf pure lust, laat Dunham zien dat echte seks helemaal niet altijd fantastisch is: haar personages vinden de seks die ze hebben soms totaal niet prettig, en sommigen van hen cijferen zich – uit onzekerheid – zelfs volledig weg voor hun bedpartners. Dunhams (ont)nuchtere blik op seksualiteit is behoorlijk verfrissend én herkenbaar voor veel jongeren, wat blijkt uit het enorme succes van de serie. Moran is duidelijk een feministe van dezelfde generatie: in haar boek wordt ook bepaald geen perfect beeld geschetst van de seksuele ervaringen van jonge vrouwen. Dat blijkt onder meer uit Dolly’s seks met Monsterpik Al, waarbij de puber doodsangsten uitstaat:
Uiteindelijk merk ik dat het werkt als ik niet meer denk aan wat ik denk bij dit staaltje coïteren – namelijk vooral ‘Ik vind dit zorgelijk! Dit moet toch zeker de grootste penis aller tijden zijn! Snel! Bel het Guinness Book of Records!’ – en me meer bezighoud met wat hij denkt. […] Ik zal me later realiseren dat ik, als meisje van zeventien, tijdens deze sekspartij mijn eigen stem niet goed kon horen. Ik had geen idee wat mijn stem überhaupt was.
Niets is zwart-wit
Iedereen ontdekt zijn stem op zijn eigen manier, zeggen Moran en Dunham, en iedereen maakt daarbij fouten. Die mening is weliswaar niet nieuw, maar de manier waarop hij wordt verkondigd wel: Moran en Dunham zetten allebei fictieve personages om hun opvattingen over seksualiteit in de moderne tijd met de wereld te delen. Voor hen is het verhaal voldoende: in tegenstelling tot veel andere schrijvers en televisiemakers houden ze zich beiden ver van een oordeel. Deze frisse denkwijze sluit goed aan bij het huidige tijdbeeld en bij de ideeën van hedendaagse jongeren, die steeds meer twijfelen over voormalige zekerheden. Oók over het ouderwetse romantische beeld van seksualiteit. Want is seks altijd mooi? Hoor je als vrouw je seksuele escapades voor jezelf te houden? Moran laat zien dat ook op het gebied van seksualiteit niets zwart-wit is.