Boeken / Fictie

Kwaliteit zonder evenwicht

recensie: Robert Anker - Fortuyn en Liefde

Op vrijwel iedere dvd staan tegenwoordig zogenaamde ‘deleted scenes’, stukjes film waar de maker van dienst kritisch naar keek, wikte, beschikte en uiteindelijk tot de conclusie kwam dat deze stukjes mooi niet in zijn film zouden komen. Te veel van het goeie, te onevenwichtig, te onsamenhangend of gewoon niet goed genoeg. Koop je echter de dvd van de film waar de regisseur zo ijverig in heeft zitten knippen, dan kun je die scènes alsnog zien. Je hoeft er alleen maar het kopje ‘Bonusmateriaal’ voor aan te klikken.

Fortuyn en Liefde is een bundel die je zou kunnen beschouwen als het bonusmateriaal bij het oeuvre van Robert Anker. De schrijver van romans als Vrouwenzand en Een soort Engeland (Libris Literatuurprijs 2002) maakte een uitgebreide rondgang door zijn archief vol ongepubliceerde verhalen en stelde daarmee een boek samen dat uitgeverij Querido op de achterflap ‘van een verbazingwekkende verscheidenheid’ noemt. Daar is niets teveel mee gezegd, want de verhalen in Fortuyn en Liefde verschillen in omvang, in stijl en in kwaliteit, al moet de lezer dat laatste zelf ervaren.

Ultrakort en iets langer
De bundel vangt aan met enkele ultrakorte verhalen van ongeveer een halve pagina. Ook de slotverhalen, driehonderd pagina’s later, behoren met hun twee pagina’s tot het kortste wat Anker in al die jaren schreef. Deze verhalen hebben, ondanks hun verscheidenheid in thematiek, grote overeenkomsten, waarbij vooral de wijze waarop Anker veel – zo niet alles – impliciet laat, opvalt. Dat ongenoemd laten van datgene waar het in deze miniatuurtjes werkelijk om gaat, tekent enerzijds de kwaliteit van een schrijver die zijn sporen inmiddels al ruimschoots heeft verdiend, maar anderzijds zouden zijn verhaaltjes misschien meer gebaat zijn bij een grotere omvang. Verhalen van een halve pagina vallen, zeker in een onevenwichtige bundel als deze, al snel in het niet bij de exemplaren van tien, twintig of veertig pagina’s. Zeker wanneer je zojuist een verhaal met een kop en een staart, een hoofdpersoon en een plot hebt gelezen, dreigt de poëzie van die korte stukjes te irriteren. Dat dat jammer is, behoeft geen toelichting, want Anker kan op alle posities in het literaire veld uit de voeten: een schrijvende Philip Cocu.

De langere verhalen in Fortuyn en Liefde variëren ook weer in kwaliteit en register, want of het nu een sprookjesachtig verhaal is over een restaurateur van oude schilderijen, een vreeswekkend toekomstbeeld van een door angst geregeerd Nederland (inclusief postmoderne knipogen naar eigen werk) of een klassiek liefdes– en vriendschapsverhaal als ‘Alpenrood’; Anker voelt zich duidelijk thuis in de uiteenlopende werelden van zijn personages en zijn stijl past zich moeiteloos aan zijn eigen ideeën aan. De bundel omvat ook enkele verhalen die om onduidelijke redenen door de ballotage zijn gekomen. Onder andere ‘Cyclaamrode pochet’ (vol duffe dialogen) en ‘Toppie!’ (spannend bedoeld?) vallen uit de toon tussen de verder jaloersmakend goed geschreven verhalen, die bewijzen dat Anker al heel lang een constant niveau haalt.

Weinig evenwicht
Blijft de vraag: waarom is nu dit ratjetoe uitgegeven? Veel verhalen zouden in een evenwichtiger samengestelde bundel meer tot hun recht gekomen zijn, veel meer in elk geval dan in deze bundel, die in allerijl lijkt te zijn samengesteld. De Volkskrant noemde Fortuyn en Liefde een staalkaart van Ankers oeuvre, alsof de schrijver ons net ontvallen is. Dat zou ook de enig denkbare reden zijn om – op het oog zo willekeurig – uit een ontegenzeggelijk rijk oeuvre te putten. Maar Anker is niet dood, nog lang niet en gelukkig maar.