Boeken / Interview
special: Interview Ronald Giphart
Ronald Giphart

Ronald Giphart op bekend terrein

Toevallig is het niet dat Ronald Gipharts nieuwe boek verschijnt tijdens het Nederlands Film Festival: het boek over liefde, lust en aanverwante zaken is gesitueerd in de filmwereld.

“Nee, ik ga geen namen noemen,”zegt hij stellig. Zo’n twintig jaar geleden vertelde een actrice aan Giphart een anekdote over een filmopname: Vanwege technische problemen moest ze tijdens een bedscene, samen met haar tegenspeler, wachten onder een dekbed totdat het mankement op de filmset was opgelost. Op dat moment ontstond er iets moois tussen de twee. Ziedaar het uitgangspunt en de sleutelscène van Gipharts nieuwe roman ‘Lieve’.

Eenzaam

De wereld van de cinema is bekend terrein voor Giphart: hij schreef scenario’s, was ooit betrokken bij het NFF en een drietal boeken van hem zijn verfilmd. Vanwaar die fascinatie? “Als schrijver ben je toch vrij eenzaam aan het werk, bij het maken van een film werkt iedereen, van regisseur, cameraman, producent tot scripschrijver, samen aan het eindproduct. Dat vind ik mooi.” Een voordeel heeft zijn bestaan als schrijver toch ook: “Als ik wil kan ik opeens een scene in Peru laten afspelen. Bij een film is dat lastiger en gaat de producent waarschijnlijk tegensputteren.”

Grote liefde

De roman ‘Lieve’ is ontstaan tijdens een vakantie in Zweden toen Giphart al zijn boeken uit had en zijn e-reader er de brui aan gaf: “Ik had mijn gezin beloofd om niet te gaan werken, maar toen ik eenmaal begon te tikken had ik in no-time negentig pagina’s klaar.” Het gelaagde verhaal over een regisseur die een film maakt over zijn grote liefde, de Vlaamse, nogal losbandige actrice Lieve die bij een auto-ongeluk om het leven kwam, ontvouwde zich tijdens die vakantie: “Op een veerboot zag ik een man die leek op een opnameleider. Toen dacht ik: waarom schrijf ik er geen opnameleider in? Zo gleed alles in elkaar qua verhaal.”

Preuts

Geliefde schrijfthema’s van Giphart zijn nog immer liefde en seks. In ‘Lieve’ lijkt de inmiddels 50-jarige schrijver soms terug te keren naar de onstuimige erotiek uit zijn beginperiode (‘Giph’ en ‘Ik ook van Jou’): “Er is een groot verschil met die eerste boeken van mij: Toen schreef ik persoonlijker, in de ik-vorm, over seksualiteit. Nu gebruik ik de hij-vorm en is het afstandelijker, meer beschouwend.” Volgens Giphart leven we in een te preutse tijd: “Seks wordt steeds benauwender, al hebben we het idee gecreëerd dat we seksueel bevrijd zijn. Twee voorbeelden: jongens houden bij het douchen na het voetbal een zwembroek aan, en meisjes durven niet meer topless te zonnen omdat ze bang zijn voor foto’s met een mobieltje.” Hij betreurt deze nieuwe zedigheid: “Seksualiteit blijft toch een onuitputtelijke bron van plezier en genot.”

Tot slot: denkt hij dat deze roman verfilmd kan worden? “Dat wordt lastig ja. Dat kan alleen als iemand er met zijn volle gewicht achter gaat staan. Een regisseur die zich aangesproken voelt mag zich melden!”