Muziek / Achtergrond
special:

The Libertines bestaan nog

Eurosonic 2003. Ze speelden in Vera. De zaal aan de Oosterstraat in Groningen was een half uur voor de show al afgeladen vol. Er was flink wat persaandacht voor de band geweest na de debuutplaat Up the Bracket. Buiten stond nog een lange rij wachtenden. Net iets te lang bij Caesar blijven hangen. Het was koud. De portier wilde echter niemand meer binnenlaten, totdat er genoeg mensen het pand hadden verlaten. Meermalen werd door medewerkers omgeroepen dat het vol was. Langzamerhand kwam de begintijd 22:00 dichterbij. Als door een wonder mochten tenslotte nog twintig mensen binnenkomen. The Libertines waren net begonnen.

~

Het optreden was eigenlijk niet eens bijzonder goed. Het geluid stond veel te hard en beide gitaristen speelden nogal slordig. De bassist stond erbij als een levend standbeeld dat alleen zijn armen kon bewegen. Pete Doherty en Carl Barât dansten echter wild op het podium. De laatste had een leren jekkie aan, waarvan, met instemming van het aanwezige vrouwelijke publiek, de rits steeds verder openging. Er werd stevig gepogood. Na de reguliere set liep de zaal snel leeg, terwijl de band nog eens terugkeerde voor een onverwachte toegift. Het jasje ging uit en het concert werd één van mijn hoogtepunten van de editie.

Het begin

Terwijl de plaat al in 2002 uit was gekomen in Nederland werd Up the Bracket na Eurosonic met stip de favoriete walkmanplaat om in de ochtend mee naar buiten te nemen. Meezingend met de fijne “Take a tip from me”-koortjes in Vertigo en het hectische refrein van Horrorshow en meeknikkend op de rammelende gitaarriffs van publieksfavoriet Boys In The Band. De perfecte popsong Up the Bracket komt voorbij. Plus het bij fans van The Libs immens populaire zinnetje uit The Good Old Days: “If you’ve lost your faith in love and music, Oh the end won’t be long. Because if it’s gone for you then I too may lose it, and that would be wrong.” De band was toen al uitgeroepen tot hoop van de Britse rockmuziek.

Problemen

Na het verschijnen van het debuutalbum beginnen echter ook de problemen. Doherty raakt verslaafd aan drugs en wekelijks verschijnen roddelverhalen in de Britse pers. De beide frontmannen halen genoeg covers van tijdschriften als New Musical Express (NME) om tien huizen mee te behangen, en de vreemdste verhalen doen de ronde. Doherty heeft ingebroken in het huis van Barât, en werd daarvoor opgepakt; een gevangenisstraf volgde. Doherty probeert meermalen vergeefs af te kicken en reisde daarvoor zelfs naar een klooster in Thailand. Onverrichter zake keerde hij terug en wordt opgepakt voor verboden wapenbezit. Ondertussen werden de meeste concerten van The Libertines afgezegd of uitgesteld, waaronder de meeste in Nederland. Een optreden in de Melkweg in juni 2003 wordt verprutst, waardoor de meeste aandacht uitgaat naar het voorprogramma, het eerste optreden van de latere hype Gem. Er wordt besloten Doherty tot nader order uit de band te zetten, en er wordt getoerd met invaller Anthony Rossomando. Pete Doherty speelt ondertussen in zijn eigen band, Babyshambles.

Nieuw materiaal

~

Ondanks alle problemen wordt in de zomer van 2004 toch een nieuwe plaat van The Libertines aangekondigd. Voorafgegaan aan de cd werd de single Can’t Stand Me Now uitgebracht. Het nummer heeft een sterk persoonlijke tekst, die de relatie tussen de beide protagonisten treffend beschrijft. “An ending fitting for the start. You twisted and tore our love apart (…) No, you’ve got it the wrong way round, you shut me up, and tried to blame it on the brown. (…) Have we enough to keep it together. Or do we just keep on pretending. And hope our luck is never ending…” De teksten van de songs zijn afkomstig van zowel Doherty als Barât. De tekst is dan ook een soort dialoog tussen hen. De release van het tweede album The Libertines volgde in september. De tekst van Can’t Stand Me Now bleek geen uitzondering. Veel songs op de plaat gaan over de ontstane situatie. Problemen die zelfs doorwerkten tot in de studio waar het album werd opgenomen. Daar waren bodyguards aanwezig om mogelijke ruzies tussen de heren te voorkomen.

Rammelend

Toch is de nieuwe plaat weer een succes. Hoewel sommige nummers nog harder rammelen als op Up the Bracket is het niveau van de songs nog steeds hoog. De genoemde single is hier een voorbeeld van, evenals Music When The Lights Go Out en The Man Who Would Be King. Waarvan de laatste de intro kopieert van Tell your King op het debuut. Ook de tekstlijntjes zijn weer erg moeilijk uit het hoofd te krijgen. Een mooi voorbeeld is het terugkerende zinnetje: “If I have to go, I will be thinking of your love” in Last Post on the Bugle. The Libertines bevat weer vele koortjes, die, samen met de rammelende gitaarsound, kenmerkend zijn voor de sound van de band. Soms klinken de songs enigszins onvoltooid en Doherty doet af en toe zijn best om zo vals en brabbelend mogelijk te zingen. Een heerlijk zorgeloos kabbelend liedje als What Katie Did doet echter al gauw een draak als Don’t Be Shy vergeten. Het laatste nummer op het album What became of the Likely Lads? is een finale verwijzing naar alle commotie rond de band, waarbij Barât en Doherty om beurten de ander “Please don’t get me wrong. See I forgive you in a song” toezingen. Zelfs het coverfoto toont een schijnbaar wankelende Doherty die overeind wordt gehouden door Barât.

Bazar Curieux

Wat volgde was een hernieuwde wereldwijde hype rond de band, voor zover die ooit was verdwenen. The Libertines gaven op 18 september een exclusief Nederlands concert op het Bazar Curieux festival in Nighttown Rotterdam. Zonder Pete Doherty, mèt Anthony Rossomando, gaf de band een vlammend concert in een afgeladen grote zaal. Vele Engelse fans waren naar de havenstad afgereisd, en zij waren (zoals gebruikelijk) degenen die zich lomp gedroegen en zelfs begonnen te moshen. Op twee songs na kwam het hele eerste album voorbij, maar ook het nieuwe materiaal werd niet geschuwd. De zang van Barât had, vooral in de eerste helft van de set, wel wat harder mogen staan. Aangezien Doherty er niet bij was, werden de tweede stemmen vervuld door bassist John Hassall en Rossomando, die deze taak amper aankonden. Laatstgenoemde vervulde zijn taak op gitaar echter een stuk beter. Toen Barât What Became Of The Likely Lads zachtjes aankondigde met “This is for my friend, he’s not here…”, werden we andermaal herinnerd aan het feit dat de band niet compleet was. Met zoveel goede songs is het misschien ook wel moeilijk een set neer te zetten die ik slecht zou vinden. En buiten sommige liedjes die hij op plaat zingt, heb ik Doherty op het podium eigenlijk niet echt gemist. The Libertines bestaan dus nog. Hopelijk komt het nog goed tussen de creatieve breinen in de band, anders heb ik volgend jaar een gat in mijn jaarlijstje.