Muziek / Achtergrond
special: PITCH Festival, 9 &10 juli, Cultuurpark Westergasfabriek Amsterdam, verslag

Tussen begin en pionier

Bij de Westergasfabriek in Amsterdam was het twee dagen feest. PITCH werd van tevoren aangekondigd als hét nieuwe festival voor pioniers binnen de elektronische muziek, en die belofte bleek voor een groot deel gegrond. Acts van verschillend pluimage bevolkten drie podia: de Gashouder, het Transformatorhuis en de Westerunie.

pioniers binnen de elektronische muziek, en die belofte bleek voor een groot deel gegrond. Acts van verschillend pluimage bevolkten drie podia: de Gashouder, het Transformatorhuis en de Westerunie.

Bugge Wesseltoft is zo’n pionier. De Noorse, uit de jazz afkomstige pianist is al bijna twee decennia bezig met de mogelijkheden van elektronische dance. In de Gashouder, om vier uur ’s middags, vormt hij een duo met de Duitse deephouse producer Henrik Schwarz. Het is lastig. De zaal is groot, de dag is jong, de muziek net niet overtuigend. Nu en dan hoor je de klasse, maar een gemoedelijkere zaal had hier beter gepast.

Zaterdag

DâM FunK

DâM FunK

Contrastrijk maar prettig is het om naar DâM-FunK te kijken. De zelfbenoemde ambassadeur van de funk geeft een slicke show, compleet met snor, synthesizers, zonnebril en keytar. In alles romantiseert hij de jaren tachtig. De geest van Rick James waart nu rond, tot aan het Canadese elektrofunkduo Chromeo. Natuurlijk: synthesizers horen te steunen op twee lichtgevende, kunststof vrouwenbenen. En laten we het leer en de lichtshow niet vergeten.

Hoogtepunt is het optreden van The Gaslamp Killer. Deze dj uit Los Angeles springt, danst, schreeuwt en schudt zijn haren, in symbiose met elke track die hij draait. Het is onmogelijk niet te bewegen op zijn harde mixes, waarin hij op ongekende wijze dubstep laat overvloeien in een veelheid aan oude en nieuwe platen, of het nu Jimi Hendrix of Radiohead is. Op zondag gaat hij verder waar hij bleef, alsof er helemaal geen zestien uur tussen zat. Sirenes klinken, en dan, vol overtuiging, ‘The House of the Rising Sun’.

Zondag

Flying Lotus

Flying Lotus

Maar PITCH heeft veel uitzonderlijk goede dj’s. DJ Koze, Hudson Mohawke en Cut Chemist: allen grote namen. Of Flying Lotus, de 27-jarige Amerikaan die zondagmiddag de Gashouder aan het dansen zet. De nauwkeurigheid waarmee hij zijn (voornamelijk eigen) muziek van glitchachtige nuances voorziet maakt zijn geluid uniek. Want hoe vaak hoor je een beat van het gekraak van een langspeelplaat en een stuiterend pingpongballetje?

 

Nicolas Jaar

Nicolas Jaar

Het etiket van beste liveband behoort waarschijnlijk Nicolas Jaar toe. De New Yorkse Chileen laat zijn bandleden soepel meeglijden op zijn zorgvuldige opbouw. En hoewel er af en toe een foutje gemaakt wordt door de drummer of saxofonist, blijft de band overeind. De set is bijzonder. Jaar blijkt te durven: hij speelt nauwelijks hits, en als hij ze laat horen zijn het slechts flarden. Waarschijnlijk is dit optreden de zachte samenvatting van PITCH: een jamsessie waarin improvisatie, experiment en kwaliteit oplossen in een serie fraaie geluiden.

Het festival wordt een succes. Omdat het de eerste editie is kon verwacht worden dat niet alles soepel zou lopen. Maar ondanks de nu en dan ongelukkige podiumkeuze, het gebrek aan buitenruimte om bij te komen (want met name zaterdag blijkt een lange dag) en het gevaarlijke parcours van aluminium bierflesjes (geen statiegeld) en biologische frieten, is het mooi. Het is het wonder dat muziek heet.