Impakt Festival 2005
Van 7 t/m 11 december vond in Utrecht op diverse locaties het 16e Impakt Festival plaats. Het festival beloofde een avontuurlijk programma op het snijvlak van film, video, nieuwe media en muziek, kortom: Adventures in Sound and Image. In het Dutch Masters programma was aandacht voor legendarische Nederlandse filmmakers als Barbara Meter, Henri Plaat en Frans Zwartjes. Verder bood het Impakt Festival onder andere een retrospectief van de Duitse filmmaker Matthias Muller, een muziekprogramma gevuld met optredens van audio-pioniers uit alle windstreken, en een Found Footage Festival van films opgebouwd uit resten van obscuur, vergeten videomateriaal.
Theater Kikker en Theater ’t Hoogt vormen het centrum van het Impakt festival, hier werden niet alleen het merendeel van de films vertoond, maar vervulden de theaterbars ook hun rol van netwerklocatie voor filmmakers, curatoren en filmverslaafden die er naar hartelust konden discussiëren. In aanvulling op de vele, vele films werden hier ook overdag lezingen en workshops georganiseerd onder titel Couch Club en vonden in de avond vooruitstrevende muziekoptredens plaats.
Impakt Festival 2005 |
Alles bij elkaar resulteerden de programmaonderdelen in een duizelingwekkend aanbod van events, maar om deze overvloed enigszins het hoofd te bieden, deed de Flatland Galerie tijdens het festival dienst als mediatheek, zodat de echte diehards geen enkele screening hoefden te missen, zelfs niet als de favoriete programma’s toevallig gelijk vielen. Charissa van der Vlies en Nathalie Hartjes waagden zich in het festivalgeweld en doen een greep uit het aanbod.
The sight of music
In het tweeluik Construct: Inner World – Outer Space werden videoclips getoond waarin popsterren zichzelf en het universum (her)scheppen. Samensteller van het programma, Jessica Manstetten is film- en televisiewetenschapper en werkt voor de Muziekvideo Sectie van het Short Film Festival Oberhausen.
Als we de clipmakers die Manstetten voor ons heeft geselecteerd, mogen geloven, is het niet best wat de toekomst voor ons in petto heeft. Outerspace – Do the Evolution is een verzameling videoclips die je hoofd doet tollen. Wanneer we het verleden en de toekomst bekijken door de ogen van de popmuzikanten en clipregisseurs van nu, is er sprake van een wereld van verval in plaats van vooruitgang. Meerdere clips raken het thema van robotica en genetische manipulatie, maar alle technische verworvenheden bevatten een wrange bijsmaak. In How does it make you feel van Air wordt de perfecte vrouw geconstrueerd. Helaas eindigt ze met een vissenkop. Ook voor de aandoenlijke zuigeling uit E-baby van Pleix biedt techniek geen hoop; keer op keer krijgt hij te kort aan elektronische liefde door slechte Internet verbindingen.
Het hele ontstaansproces van de wereld blijkt enkel en alleen gebaseerd op geweld en overheersing. In de clips van Pearl Jam, Autechre, Betaband en Fatboy Slim neemt de ene bevolkingsgroep (of soort) in rap tempo de macht over van de andere. Doorgaans gaat dit gepaard met geweld. Het zijn werkelijk allemaal dystopieën die Manstetten ons voorschotelt, veroorzaakt door de mensheid zelf – of door kwaadaardige wezens uit de ruimte.
Puur en direct
Het programma Inner World – Create Yourself wil aantonen dat videoclips van een band of artiest die een pseudo-live optreden verzorgt, niet per definitie saai zijn. Ze bieden wel degelijk de mogelijkheid om te identificeren met de artiest(en). Vaak volstaat in dat opzicht een eenvoudige setting. Deze videoclips benadrukken het individu waardoor de kijker onder de huid van de artiest kruipt. Voorbeelden zijn Knowing Me Knowing You van ABBA (geen setting of achtergrond, slechts vier gezichten), Yellow van Coldplay (zanger Chris Martin zingt alleen in de regen op het strand), Heroes van David Bowie (Bowie zingt met slecht het licht achter hem als setting) en Attitude van Suede (John Hurt treedt op als verlepte clown voor een lege zaal). De beelden zijn puur en direct en daarom zo treffend en gevoelig.Grasvelden en gezichtspunten
Het Nederlandse landschap is groen en vlak, maar onder de vlakte houden zich tal van ongeziene werkelijkheden schuil. En zelfs wanneer de werkelijkheid zich zonder schroom presenteert, is de waarneming ervan altijd onderhevig aan het gezichtspunt van de kijker. Het screening programma Juicy Meadows bevat werk van Hollandse bodem; ofwel van Nederlandse makers of van buitenlandse kunstenaars die zich voor langere tijd in Nederland hebben gevestigd. De thematiek van het programma draait om waarneming, uitgewerkt in twee delen. Deel 1, Under The Surface, maakt het ongeziene zichtbaar. Deel 2, Eyewitness, concentreert zich op de wijze waarop waarneming is opgebouwd. De titel verwijst naar het gezegde ‘het gras is altijd groener aan de overkant’, maar of dat zo is valt nog maar te bezien.
Under The Surface is een zeer divers programma, van op sciencefiction geïnspireerde animatie (Ze komen & Love van Manon Bovenkerk) tot een volledig computergegenereerd spektakel van beeld en geluid (Dust van Telcosystems). Hoe divers de werken ook zijn, alle tonen ons delen van de realiteit die anders niet zomaar toegankelijk zijn, zij het fictie of werkelijkheid. Verborgen verhalen komen aan bod in de documentaires Mamma Mia van Core van der Hoeven en Kalle van Igor Sevcuk. Het eerste is een intrigerend portret van het vrijgevochten leven van kunstenares, zangeres en alleenstaande moeder Mia Andresen. De tweede bestaat uit beelden opgenomen in het voormalig Joegoslavië, doordrongen van symboliek. Het laat de kijker achter met onbeantwoorde vragen. Niet alleen inhoudelijk maar ook in vorm wordt gelaagdheid uitgedrukt. Dit bereikt zijn hoogtepunt in het werk Jackie Living Life and loving it van Ola Vasiljeva, een uit de hand gelopen fantasie over Jackie Kennedys geheime leven weergegeven in een animatiefilm die letter technieken en beelden op elkaar stapelt.
Waar Under The Surface een zoektocht is naar verscholen werkelijkheden, richt Eyewitness zich op situaties die open en bloot in de samenleving verschijnen. Dit levert een programma op van krachtige films dat zich voor het merendeel concentreert op de ramp van 11 september 2001 en de daarop volgende gebeurtenissen. De mediaweergave van de oorlog in Afghanistan en Irak wordt flink onder de loep genomen. Op welke wijze hebben deze beelden een plek gevonden in onze belevingswereld? Onder welke omstandigheden is geweld acceptabel? Wanneer ervaren wij het als afschrikwekkend? Ook al kan het belang van de gebeurtenissen in de Verenigde Staten en de gevolgen daarvan nooit overschat worden, de grote hoeveelheid werken waarin dit onderwerp aan bod komt, vernauwt de mogelijkheden die de thematiek van Eyewitness biedt.
Klaas van Gorkum’s Monitoring the Dordtselaan for Maximum Piece of Mind, een film geschoten vanuit het standpunt van een surveillancecamera die automatisch van elke voorbijganger een mogelijke verdachte maakt, en Gabriel Lester’s All Wrong, een compilatie van beeldsamples gevonden op het internet en gemonteerd tot een heel nieuw verhaal, bieden een welkome aanvulling doordat ze niet alléén focussen op een oorlogssituatie.
Panorama
Panorama is een poging de beste en spannendste films en video’s van het afgelopen jaar bij elkaar te brengen in negen programma’s met verschillende thematische samenhang. Behalve producties die ontdekt zijn op buitenlandse mediafestivals, was er ook werk te zien van Impakt-veteranen. Daarnaast werd werk van veelbelovend nieuw talent getoond.
De thematische diversiteit van het programma werd gekenmerkt door kwaliteitverschillen. Een aantal van de films en video’s zijn saai en egocentrisch, kunst zonder echte boodschap of helder idee. Gelukkig maken evenzoveel filmmakers juist boeiende en spitsvondige films waarbij je het gevoel hebt dat je naar iets bijzonders zit te kijken, beelden die verrassen of aan het denken zetten.Oorlog en menstruatiebloed
In Panorama 1 – On Politics And War werden veertien korte films en video’s over oorlog vertoont. De meeste makers geven een komische en soms cynische draai aan dit onderwerp. Weer anderen spelen met de combinatie veilige thuishaven en oorlogsgeweld. Helaas overheerst het voor de hand liggende anti-amerika gevoel (van de niet-Amerikanen) en zijn de films doorspekt met vaderlandslievende propaganda. Na afloop is er een kort vraaggesprek met de aanwezige Jenny Perlin en Louis Bourque Bourque. Jenny Perlin maakt 16mm animaties in stop motion. In Amend combineert ze de definitie van het Engelse amend (amenderen) met lijsten van sodomiewetten die onlangs uit de boeken van verscheidene Amerikaanse Staten zijn geschrapt. Review, een andere film van Perlin die in dit programma is opgenomen, won dit jaar een eervolle vermelding bij de Impakt Awards. De film combineert krantenkoppen over de oorlog in Irak met bonnetjes van filmbezoeken en videoverhuur van diezelfde dag. We moeten dit zien als vlucht in filmamusement. Een interessante invalshoek die in de praktijk minder goed uitpakt. Minutenlang zit het publiek naar knipperende kapotte filmbeelden te kijken van handgeschreven teksten op een muur.
L’éclat du mal van Louise Bourque Bourque is een van de minder sterke films van het programma. De met onder meer menstruatiebloed behandelde film met beelden van het huis van haar oma en opa is gemixt met beelden van geweld. De beelden zijn door de vloeistof sterk aangetast en onduidelijk. De link met huiselijk geweld ligt hier zo verlammend dik bovenop dat je als kijker niet gestimuleerd wordt dit thema te laten inwerken. Het doet de kijker niets meer omdat je de beelden ingewreven krijgt, het laat niets aan de verbeelding over. Het publiek reageert na afloop van het vraaggesprek heftig als ze hoort dat er gebruik is gemaakt van menstruatiebloed. We verdenken Bourque Bourque van effectbejag, al claimt ze puur geïnteresseerd te zijn in de chemische reactie van het bloed met de stoffen op de film. Maar waarom ze dan specifiek het gebruik van menstruatiebloed vermeldt, blijft een raadsel. Het vraaggesprek is eenzijdig en bestaat uit een enthousiaste monoloog van Bourque Bourque. Haar bevlogenheid is boeiend, maar het hoge feministische gehalte en de uitleg doet de aandacht vervagen.
De werkende mens
In het programma Panorama 3 – Corporate Perfection draait het om het bedrijfsleven en het werken op een kantoor. Een beperkt programma, omdat films uitvielen of bij andere programma’s werden ondergebracht. Slechts vier films hielden stand. Interessant is Working Girl van Corine Stubi, waarin de verschillende mogelijke gedaantes van de vrouw op de werkvloer worden geïllustreerd door een blonde vrouw met een karakteristiek gezicht. Steeds verkleed in andere beroepskleding komt zij op de klanken van een fijne electrobeat voorbij. De animatievideo Power Play van Cecilia Lindqvist; tien verschillende scenes tonen twee mannen die tegen elkaar opbieden in het benadrukken van hun mannelijkheid. De film Hear Me, Children-Yet-To-Be-Born is met zijn 45 minuten speeltijd te lang maar is gelukkig ingekort. Het gaat over Corporate Storytelling, het fenomeen waarbij managers van grote bedrijven verhalen vertellen aan hun werknemers om gewenste gedragingen en gevoelens op te wekken. In deze film vertelt een manager in voice-over een verhaal naar aanleiding van zijn laatste reis naar de Dode Zee. We zien de man en zijn vrouw door de droge Dode Zee lopen. De film staat bol van verwijzingen naar de Bijbel en angst voor terrorisme. De film trekt interessante parallellen, maar de beelden spreken niet genoeg om de lange duur te vullen. Een groot deel van het publiek verlaat dan ook vroegtijdig de zaal.
Sesamstraat from Hell
Wonder Showzen |
Wonder Showzen is een absurde komedie annex kindershow. Een team van poppen, kinderen en cartoons staat garant voor een bizar en brutaal programma. Herinneringen van favoriete kindershows veranderen in een soort van Sesamstraat from Hell. Lekker slimme subversieve humor. Zeker niet bedoeld voor kinderen, maar ook niet voor zwakke magen of mensen die niet tegen grof taalgebruik kunnen. Als kijker weet je soms niet of je moet lachen, huilen of fronsen, zo absurd, grof en politiek incorrect is de humor. Iedere aflevering van de show bevat tekenfilms van schattige wezens die zich ontpoppen tot duivelse monsters, gevatte live-interviews door kinderen en korte toneelstukjes door het vaste poppenteam. Het programma is erg grappig, maar niet geschikt voor een langdurige screening. Na meer dan drie afleveringen achter elkaar te hebben gezien, gaan de grappen erg op elkaar lijken en is de lolligheid er een beetje af. Televisie lijkt een geschikter medium, de show is in Amerika op MTV te zien en zou het zonder twijfel ook in Nederland goed doen.
Impakt komt haar belofte van het bieden van avontuurlijke en diverse programma’s na. Helaas blijkt verscheidenheid niet altijd een garantie voor kwaliteit. De programma’s lopen uiteen van uitdagend tot ronduit vervelend. Daarbij resulteert het grote aanbod in onoverzichtelijkheid. Het wordt de bezoeker moeilijk gemaakt een goede selectie te maken uit alle werken. Bovendien wordt de toegankelijkheid beperkt door het ons-kent-ons sfeertje dat in de diverse locaties hangt. Het Impakt Festival blijkt ondanks alle goede bedoelingen toch een plek te zijn voorbehouden aan kunstenaars, curatoren en andere deelnemers van de kunstwereld. Dit blijkt ook uit de vele werken die de stereotiepe linkse gevoelens van de culturele wereld weerspiegelen, vaak gericht tegen de het kapitalistische front. Het is dan ook niet verrassend dat Impakt vooral haar publiek vindt in studenten en filmmakers. Helaas gaat hierdoor het spektakel aan het grote Nederlandse publiek voorbij.
De winnaars van het 16e Impakt festival waren:
Gouden Impakt Award:
Uyuni – Andres Denegri
Quoi de neuf Docteur – Jean Charles Hue
Zilveren Impakt Award:
Rogue State – Dave Griffiths
Kosmos – Thorsten Fleisch
Eervolle vermelding:
Review – Jenny Perlin
What I’m Looking For – Shelly Silver