Hoe verstaan woord en muziek elkaar?
De behoorlijk gevulde Amstelkerk ziet Anna Enquist met de Dudok Kwartet-leden op het podium verschijnen. De schrijfster van de roman Kwartet legt uit dat om beurten het kwartet speelt en zijzelf samenhangende fragmenten uit de roman zal voorlezen. Zo gezegd, zo gedaan.
Psychoanalytica Anna Enquist verenigt in zich de woord- en toonkunstenaar (cello, piano). Muziek speelt een niet onbelangrijke rol in haar roman en omgekeerd bedeelt ze het woord een belangrijke rol toe aan de muziek. Op het podium speelt het kwartet en doet Enquist het woord. Enige spanning tussen beide polen zou het oogmerk moeten zijn. Waarom anders bijeengekomen?
Ervan afgezien dat zo’n opzet van anderhalf uur sowieso aan de lange kant is, raakt de concentratie van het publiek gaandeweg de avond versnipperd en verstrooid. De gekozen romanfragmenten vereisen voorkennis van de hele plot, zijn nogal plat verhalend van aard en missen daardoor een direct muzikaal verband. De gekozen muziekfragmenten zijn (grotendeels bekend in het gehoor liggende) delen uit kwartetten van Mozart, Schubert, Ligeti en anderen. De fragmenten van zowel de strijkers als de stem beginnen in feite lukraak en eindigen plompverloren, doordat ze de bedding van een geheel missen. Er zijn geen grote lijnen met daarin de door de componist beoogde spanningsbogen. Zo krijgt de avond enigszins een Radio 4-gehalte: te veel gebabbel van een BN’er en te weinig een integrale klankwereld.
Parallellie
Er zou aanmerkelijk meer parallellie zijn tussen muziek en poëzie dan tussen muziek en proza. Vandaar natuurlijk de grote genres van missen, opera’s en liedkunst. De dichters van de Vijftigers droegen weleer hun gedichten voor in ongetwijfeld uitgerookte zaaltjes, in afwisseling met live gespeelde jazzmuziek. Dat werkte uitstekend en zou ook beslist voor herhaling vatbaar zijn, al hebben we nu het genre van de rap. Poëzie vertoont bijna altijd min of meer muzikale trekken en muziek, ook zonder programmatisch te zijn, roept vaak het verlangen op om woorden te verbinden aan de losgemaakte emoties. Muziek is zogenaamd Lied ohne Worte, want die Worte gaan er vaak goed mee samen, kun je er als het ware bíj denken. Maar muziek en proza is een probleem.
Schrijven óver zoiets abstracts als muziek, afgezien van de strikt musicologische benadering, loopt meestal uit op subjectieve en vaak vreselijk wollige formuleringen, met name in concertrecensies. Wat het Dudok Kwartet betreft kan dan ook worden volstaan met de aantekening dat het geen uitgesproken voorkeur heeft voor trage tempi, streeft naar een hoge graad van helderheid, zowel in klank als opbouw, en de onderscheiden stemmen zo veel als mogelijk tot hun recht laat komen. Mooi is dat begonnen en geëindigd wordt met Bachs Die Kunst der Fuge, waaraan hij niet de laatste hand heeft kunnen leggen.
Omwille van de toenadering van muziek en woord had de dichteres die Anna Enquist ook is, beter ‘Strijkkwartet’ uit haar bundel Soldatenliederen kunnen voordragen: ‘Tegen de gouden instrumenten vouwt/ zich het avondlicht (…). Mozart als chirurgijn/ staat op en plaatst het mes. Snijdt/ de perfecte lijn.’ Dat was wat er in de Amstelkerk te zien en te horen was.
Gezien op 28 oktober 2015 in de Amstelkerk in Amsterdam.