Een debuut dat naar meer smaakt
De foto’s en videowerken van Shirin Neshat gaan vooral over de positie van vrouwen in Iran en hoe er door het westen gekeken wordt naar de islamitische wereld. 8WEEKLY sprak Neshat tijdens het IFFR in Rotterdam over haar eerste speelfilm: Women Without Men.
Het is een koude februari-ochtend in een mistig Rotterdam. In een kamer van het Manhattan hotel vertelt Shirin Neshat met een aanstekelijk en gepassioneerd enthousiasme over haar film en de politieke situatie in haar land. De avond voor het interview trok haar debuut Women Without Men een volle zaal. De film volgt verschillende vrouwen tegen de achtergrond van de staatsgreep die in 1953 plaatsvond in Iran.
Hoe staat de film in relatie tot je werk als kunstenaar?
Het was een grote overstap om een film te maken en sommige mensen waren verbaasd toen ze het eindresultaat zagen. Veel van mijn werk is erg gestileerd en het gaat niet echt over karakters zoals in een film. In mijn videoinstallaties probeer ik op een ander manier een verhaal te vertellen door het gebruik van de ruimte en sterke beelden. Women Without Men is veel narratiever qua structuur.
In een aantal van je eerdere videowerken zijn dezelfde personages als in Women Without Men te zien. Kwam de stijl van de film daar deels uit voort?
De video’s gaan over dezelfde personages maar behandelden ze op een andere manier. Deels heeft dat met het medium te maken. De video-installaties worden door minder mensen gezien en zijn in hun vorm veeleisender, maar ze geven wel een heel ander gevoel. Voor de video’s geldt vooral dat de vrouwelijke personages Zarin, Munis en Faezah meer gevangen zitten in hun wereld, terwijl ze in de film met elkaar verbonden zijn.
In een scène wordt Munis door haar broer begraven nadat ze plotseling is gestorven. Zij wordt uiteindelijk door haar vriendin opgegraven en komt als herboren uit de grond. In een andere scène is Zarin te zien als ze lang drijft in een vijver. Het is alsof beide vrouwen een fysieke band hebben met Iran doordat ze in contact staan met het water en de aarde van het land.
Het beeld van de drijvende vrouw heeft mij altijd gefascineerd. Het is een beeld dat steeds terugkomt in mijn werk en terug is te herleiden naar de Griekse mythologie. De vrouwen zijn in de film de extensie van de natuur in hun band met de elementen.
Het is alsof bepaalde personages het land belichamen of één worden met het land. Heeft deze band ook een politieke lading voor jou?
Jazeker, omdat Iran uiteindelijk het vijfde personage is in de film. Net zoals de zoekende vrouwen is het land ook in ontwikkeling. Het land komt terug in de tuin waar de vrouwen elkaar ontmoeten. Het is een allegorie voor Iran als een levende entiteit, maar het is ook een utopische plek.
Het viel me op dat je de militairen die de coup plegen niet portretteert als eendimensionale figuren. Het is alsof ze ook deel uitmaken van Iran en al de complexiteiten van het land.
Wij zijn erg voorzichtig geweest om niet een te eenzijdig beeld te schetsen. Dat komt omdat als je verschillende boeken leest over de coup er steeds een ander perspectief is. Er zijn mensen die zeggen dat de CIA niet betrokken was bij de staatsgreep. Weer andere zeggen dat de Sjah onschuldig was, terwijl anderen hem haten. Elke beschrijving van de gebeurtenissen verschilt. Wij wilden natuurlijk geen documentaire maken, maar we wilden de complexiteit tonen vanuit verschillende perspectieven. Zo wordt Munis getoond als ze contact heeft met de communisten die protesteren tegen de Sjah. Hun rol is ook erg ambigu en dat zie je ook terug in de geschiedenis. Veel officieren waren in het geheim communisten. Na de overname van de Sjah zijn er zuiveringen geweest en zijn er veel officieren vermoord.
Iran is nog steeds op zoek naar zijn politieke identiteit.
Dat klopt. Ik denk wel dat de coup in 1953 de basis heeft gelegd voor de fundamentalistische revolutie in 1979 en de situatie van nu. Tijdens de islamitische revolutie kwamen de Iraniërs erachter dat Amerika en het westen de staatsgreep hadden gesteund. Het vertrouwen in Amerika is toen verdwenen en dat heeft geleid tot antiwesterse sentimenten en radicalisering. Daardoor is er vanuit het westen ook een eenzijdige blik ontstaan op Iran als islamitisch land.
Vind je dat je als kunstenaar nu een positie in moet nemen met betrekking tot de situatie in Iran?
Het is voor mij moeilijk om geen stelling in te nemen, maar het blijft lastig. Ik weet dat Abbas Kiarostami kritiek heeft gekregen omdat hij heeft gezegd dat hij niet geïnteresseerd is in politiek en de recente protesten. Ik begrijp zijn positie en ik heb er respect voor. Tegelijkertijd zie je dat mensen de straat op gaan om te vechten voor dingen waar je ook in gelooft. Het is dan makkelijk om neutraal te zijn terwijl zij het vuile werk moeten doen waar je van profiteert. Dat lijkt mij niet eerlijk. Ik zit hier in het buitenland terwijl zij misschien in de gevangenis zitten voor hun idealen. Onze film is in dat opzicht een bewijs van solidariteit door te tonen dat mensen in 1953 ook vochten voor hun idealen en voor een beter Iran.
Vind je het ook moeilijk dat er in het westen van je verwacht wordt om een standpunt in te nemen tegenover de islam?
Dat is een interessante vraag. Ik heb zelf veel problemen met het huidige regime in Iran. Ik haat hun schijnheiligheid en hoe ze religie gebruiken als politiek middel. Maar ik heb ook problemen met de visie die het westen heeft op de moslimwereld en hoe die visie politiek gemanipuleerd wordt. Het is vaak een versimpeld beeld van Iran en de islam. Daar wil ik aan toevoegen dat ik mensen niet wil choqueren of beledigen. Voor mij is religie een keuze die mensen voor zichzelf moeten maken en ik vind niet dat ik mijn waarden aan iemand anders kan opleggen. Soms denk ik dat de enige manier om echt universeel te zijn, is om juist erg etnisch specifiek te zijn. Het klinkt tegenstrijdig en is moeilijk uit te leggen, maar een vreemde cultuur kan anderen soms onverwachts sterk raken. Ondanks verschillen zijn er zaken die op een dieper vlak herkenbaar zijn voor iedereen.
Bevalt film je als medium en wat wordt je volgende project?
Ik heb geluk gehad met het maken van Women Without Men en ik ben erg enthousiast over het medium. Er is natuurlijk een groot verschil tussen cinema en kunst. Ik hou van het collectieve van cinema en het is ook minder een product zoals veel kunst dat nu is. Ik was laatst op een kunstbeurs en de sfeer was goed, maar veel van de dingen die ik zag spraken me weinig aan. Om naar een film te gaan vind ik leuker. Ik hoop natuurlijk dat ik nog meer films kan maken. Op dit moment ben ik verliefd geworden op de boeken van de Albanese schrijver Ismail Kadare. Ze zijn erg poëtisch en hebben ook een politieke lading. Ik zou het fantastisch vinden om zijn boek Het Dromenpaleis te kunnen verfilmen en hopelijk wordt dat mijn volgende project.