Film / Achtergrond
special: Het 34ste International Filmfestival Rotterdam

IFFR 2005 – deel 2

Het Internationaal Filmfestival Rotterdam is weer losgebarsten, en dat zullen we weten ook. 8WEEKLY brengt vrijwel dagelijks verslag vanaf het festival met reportages, interviews en natuurlijk heel erg veel filmrecensies. Lees verder voor de zes nieuwe pareltjes die we gisteren zagen in Rotterdam.

Overzicht verslag IFFR 2005

In dit artikel:
Late Bloomer | La chiavi di casa | Ecrire | A Blue Automobile | Survive Style 5+ | Dalecarlians | Le pont des arts

Late Bloomer (Osoi-hito)
(Shibata Go • Japan, 2004)

~

Een zwaar gehandicapte man heeft een oogje op zijn jonge verpleegster en slaat aan het moorden als zij een relatie lijkt te beginnen met zijn beste vriend. Een tragische slasher-film over een moorddadige spast met spraakcomputer in een rolstoel: zo’n film zie je niet vaak. Late Bloomer, in foeilelijk zwart-wit geschoten, is vermoeiend, maar zo bizar dat het ook wel weer iets fascinerends heeft. De enthousiaste regisseur Shibata en hoofdrolspeler Masakiyo Sumida (in werkelijkheid ook zwaar gehandicapt en in een rolstoel!) wonen de voorstelling persoonlijk bij, en vertellen dat de acteur zelf met het idee achter de film kwam. Je kunt niet anders dan respect opbrengen voor zo’n bizar en uniek project, en hoewel de film bepaald geen meesterwerk is, is Late Bloomer toch weer een festivaljuweeltje voor de liefhebber. (Paul Caspers)

La chiavi di casa
(Gianni Amelio • Italië, 2004)

~

Wanneer zijn vriendin overlijdt bij de geboorte van hun zoon, kan Gianni het niet aan om op opvoeding van het (gehandicapte) kind op zich te nemen. Nu, vele jaren later, zal hij zijn zoon voor het eerst ontmoeten. Samen zullen ze een reis maken naar Berlijn, waar ze gaan onderzoeken in hoeverre Paolo’s handicaps te behandelen zijn. In eerste instantie is de omgang tussen de twee moeilijk. De jongen heeft wel gehoord dat Gianni zijn vader is, maar kan dit maar moeilijk geloven. Gianni voelt met name schaamte wanneer hij aan buitenstaanders moet toegeven dat Paolo zijn zoon is. En ook voor die schaamte schaamt hij zich vervolgens weer. Dat de twee het uiteindelijk steeds beter met elkaar kunnen vinden is onvermijdelijk. Van een afwachtende, ingetogen man, verandert Gianni in iemand die welhaast verliefd lijkt. Inclusief de bijbehorende aanhankelijkheid en gekke ingevingen als het weggooien van een versleten wandelstok en een spontaan tripje naar Noorwegen om Paolo’s penvriendin een bezoek te brengen. Regisseur Gianni Amelio brengt de opbloeiende genegenheid tussen de twee rustig, haast verstild in beeld. Daarbij weet hij zich gelukkig uitstekend in te houden als het gaat om te zware emoties. Geen zwaar aangezette dramatiek, maar gewoon mooie beelden. Dé manier om een verhaal als dit te vertellen zonder te vervallen in overdreven zoetigheid. (Marije Sietsma)

Ecrire (Writing)
(Benoit Jaquot • Frankrijk, 1993)

~

Toen Marguerite Duras bijkwam uit een coma die negen maanden had geduurd, vroeg ze om haar notitieboek zodat ze de zin af kon maken die ze negen maanden daarvoor was begonnen. Filmmmaker Jaquot, die zijn carriere ooit begon als regie-assistent van de Franse schrijfster, interviewt haar in het jaar na dit wonderlijke voorval. Niet lang daarna zou ze overlijden. Duras is ver in de 70 ten tijde van deze documentaire, maar uiterst levendig, scherp en opmerkzaam. Tegelijkertijd oogt ze meisjesachtig fragiel en elegant. Ze zit in haar stoel en spreekt, en meer is er dan eigenlijk niet meer nodig. Ze vertelt over haar leven en vooral over het ontstaan van haar laatste boek. Over de twijfels, de eenzaamheid, het gevecht: ‘de nacht van het schrijven’. Duras is een rasvertelster en Jaquot maakte met zichtbaar respect dit bijzondere, intieme portret van zijn dierbare vriendin. (Ellen op de Weegh)

A Blue Automobile (Aoi kuruma)
(Hiroshi Okuhara • Japan, 2004)

~

Een innemende Japanse film, deze curieuze verfilming van een kort manga-verhaal. Het is een portret van een ondoorgrondelijke jonge DJ met zelfmoordneigingen en zijn omgeving, maar eigenlijk meer een beeld van eenzaamheid en loze communicatie in de moderne wereld. Er gebeurt nagenoeg niets, maar toch blijft A Blue Automobile intrigerend. Regisseur Okuhara kiest namelijk voor een zeer sobere aanpak, waarin stijlvol minimalisme de hoofdfactor is. Een ontoegankelijke film die enig enig geduld en begrip vergt, maar ook dankzij zeer overtuigende acteerprestaties op geheel eigen wijze indrukwekkend is. (Paul Caspers)

Survive Style 5+
(Gen Sekiguchi • Japan, 2004)

~

Ook uit Japan, deze kolderieke en uitzinnige komedie. Homoseksuele inbrekers, een gehypnotiseerde zakenman, een huurmoordenaar (Vinnie Jones) en een man die er maar niet in slaagt zijn vriendin te vermoorden (Tadanobu Asano uit Ichi the Killer): het zijn maar een paar voorbeelden van de absurde personages die deze film bevolken. Dat debuterend regisseur Sekiguchi een gevierd reclamemaker is, blijkt al gauw: de film is eigenlijk zelf een grote aaneenschakeling van scènes die eruit zien als commercials. Die zijn stuk voor stuk schitterend vormgegeven: stilistisch uitmuntend, enerverend en voorzien van een prachtig wisselend kleurenpalet. Het geheel is gekunsteld maar overdonderend, te lang maar geen moment vervelend: een zeer bijzondere stijlfilm van een veelbelovende regisseur. (Paul Caspers)

Dalecarlians (Masjävlar)
(Maria Blom • Zweden/Denemarken, 2004)

~

Als de familie bij elkaar komt voor een reünie, gaat het onherroepelijk mis. Dat weten we uit Familie, maar vooral uit Scandinavische films als Festen en The Sea. In de aangenaam toegankelijke Zweedse film Dalecarnians keert Maria uit Stockholm terug naar haar geboortedorp in Dalecarlia. Daar lopen de spanningen tussen achtergebleven familieden en jeugdvrienden hoog op. Gelukkig heeft de film het hart op de juiste plaats en biedt een overtuigend evenwicht tussen drama en humor. Theaterregisseur Blom weet uitmuntende acteerprestaties uit te lokken in haar speelfilmdebuut, een adaptatie van haar eigen toneelstuk. Scandinavische films zijn ook dit jaar dun gezaaid in Rotterdam, maar Dalecarlians maakt veel goed. (Paul Caspers)

Le pont des arts
(Eugene Green • Frankrijk, 2004)

Le pont des arts is als een formalistisch stilleven. De acteurs praten strak geregisseerd recht in de camera, die geen millimeter beweegt. Het verhaal gaat over twee koppels. Als een van de vier zelfmoord pleegt vanwege een slechte zangrepetitie, gaan de levens van de overige personages elkaar kruisen. De film is een aanklacht tegen het Parijse culturele establishment, een pleidooi voor ervaring in plaats van academische kennis, en een wegwijzer naar de brug van echte kunst en ware liefde. Maar dan moet je wel met de barokke ogen van Green kunnen kijken en van zijn humor houden, en dat is nog een kunst op zich. Lichtpunten: Natacha Reignier als de getromenteerde zangeres en de muziek van Monteverdi. (Ellen op de Weegh)