Een buitenschools dagje literatuur
.
Ruim 5000 middelbare scholieren drommen samen om vanuit een scala van invalshoeken literatuurkennis op te doen. Niet allemaal hoeven ze naderhand een verslag in te leveren, maar enkele leerkrachten vinken op een absentielijstje nauwgezet hun pupillen af. Gerrit Komrij, zelf toch in zekere zin de vleesgeworden kwinkslag, ziet de literatuur met leedwezen afglijden naar populair entertainment. Tijdens de Dag van de Literatuur wordt het beste uit beide werelden samengebracht. Educatie zonder vermaak werkt voor een jong publiek zeker niet meer.
Stilte en rust
De schrijver moet het dus in niet zijn hoofd halen een serieuze tekst alleen maar voor te dragen. Met genoeg flair moet hij inleidend en uitluidend de juiste toon aanslaan, zijn tekst met aansprekende anekdotiek omlijsten, en hij neemt gegarandeerd een voorsprong op de anderen als een muzikant hem vergezelt. Zo wordt een dam tegen de gesignaleerde teloorgang van het lezen opgeworpen. De aanwezigen in de zalen en zaaltjes luisteren welwillend. Helemaal achterin de grote zaal zorgen opgeschoten jochies (meisjes zitten doorgaans vooraan) voor enige overlast. Tjitske Jansen vraagt haar violist hoorbaar of ze maar beter kunnen stoppen, maar begint toch maar aan haar laatste gedicht. Marcel Möring onderbreekt zijn verhaal met een streng verzoek om stilte.
Iemand als Daniël Dee heeft een mate van zelfverzekerdheid die minder grote durfallen misschien stiekem benijden. Een joelend meisje deelt hij mede dat hij straks in de kleedkamer is en het gratis doet. Overacting. De al wat oudere Bernlef, geplaagd door een kriebelhoest, weet met zijn gepaste gedichten en verteltrant aardig wat aandacht af te dwingen.
Gepast aanbod
Je komt tot lezen en/of schrijven als je ooit een keer door de toverstaf van de belletrie bent aangetikt. Binnen het bestek van het immateriële is het geen kwestie of daar vraag naar is: er moet permanent aanbod zijn. De vraag is alleen hoe je een divers publiek in de veranderende tijden bedient. Het materiële vraagt er nu eenmaal om ingebed te zijn in een perk van overdenkingen. Passionate Bulkboek voorziet daar met de Dag van de Literatuur voorbeeldig in.
Terwijl men binnen driftig over literatuur spreekt, schijnt buiten een krachtig zonnetje en zienderogen dunt het publiek in de loop van de middag uit. Maar het effect is bij een niet te bepalen percentage enkelingen, zoals dat meestal toch gaat, al gesorteerd. Het is een knallende dag, en dat is vers 1; in hoeverre de knal doorwerkt is vers 2.
Nog even een primeur. Conny Palmen verklapt de eerste zin van haar volgende roman, Judas: ‘Sommige mensen hebben de dood bij zich.’ Wie koopt haar boek te zijner tijd om te zien of ze haar woord houdt?