Futuristisch theater dat verbindt
Met Zone X maakte actrice en theatermaker Kyoko Scholiers een futuristische toeristische stadswandeling waarin de grenzen tussen publiek en performer vervagen. Een eerste speelreeks van de voorstelling vond plaats in het stadscentrum van Antwerpen. Begin mei zal Zone X nog te zien zijn in Gent.
Voor aanvang van de voorstelling ontvangt het publiek van Zone X een folder met toelichting bij de voorstelling. Hier begint meteen de verwarring over de grenzen van de voorstelling. “Proficiat met uw hoge burgerscore,” valt in blokletters af te lezen van de folder. “Als beloning voor uw onberispelijke gedrag biedt stadsbedrijf De Natie in samenwerking met GreenSlaves u graag aan: een gegidste wandeling van 55 minuten in Zone X.”
Wie die folder begint te lezen, staat meteen al met één been in de voorstelling. Even later krijgen we van onze gids Miko een koptelefoon en begint de immersie officieel. Miko, Daisy Ip, gidst al zes decennia lang bezoekers door de Zone, waar de tijd al sinds De Ramp van 2034 stilstaat en de mensen dus nog leven zoals in de jaren 2020. Miko kan zich voor haar uitzonderlijke kennis van de Zone beroepen op de bij haar ingeplante geheugenchip van een achtjarig meisje dat leefde ten tijde van De Ramp. Gekleed in een prachtig futuristisch patchwork-pak leidt ze het publiek op een wandeling langs allerhande bezienswaardigheden in de kern van de Zone en toont hoe mensen ‘toen’ leefden.
De ‘fuck it’-mentaliteit
‘Toen’ is dus nu, en de mensen die we bestuderen zijn de inwoners en bezoekers van de stad Antwerpen. Miko wijst op cafés en restaurants waar inwoners van Zone X zich op rituele wijze overgeven aan de ‘fuck it’-mentaliteit en waar zelfs nog dierlijk vlees wordt geconsumeerd – een onwaarschijnlijk anachronisme, zo valt af te leiden uit haar verontwaardiging. Op die manier houdt de tekst ons een spiegel voor over ons eigen gedrag.
De vraag is wel hoe confronterend die spiegel nog is. Dat vlees eten steeds problematischer wordt en dat een ‘fuck it’-mentaliteit de mens niet siert, zijn zacht gezegd open deuren. Bijgevolg krijgt de tekst een gemakzuchtige en zelf-feliciterende toon.
Wat Miko over de toekomst laat doorschemeren, is vaak evenmin vernieuwend of uitgewerkt genoeg om echt te beklijven. Zo heeft ze het slechts in een bijzin over ethisch kannibalisme, een boeiend en futuristisch gegeven waarover minstens 55 minuten te discussiëren valt. Dat roept de vraag op of het niet boeiender was geweest om naar de toekomst te kijken in plaats van naar het al zozeer platbekritiseerde heden.
Wie is de toeschouwer?
Het boeiendste aan Zone X is dan ook niet de tekst, maar de immersieve ervaring. Zonder ingewikkelde kunstgrepen brengt de voorstelling participatief theater naar een nieuw niveau en onderscheidt zich op die manier van theater in een zaal.
Het publiek wandelt achter Miko aan doorheen de stad en loopt dus te kijk voor de inwoners van De Zone. Dat samen te kijk lopen, genereert een verbondenheid zoals die wel vaker voorkomt bij geleide tours: in de tijd waarin ze allen naar dezelfde gids luisteren groeit er een collectief uit de samenstellende groepjes en individuen. Daarnaast: waar bij participatief theater in een zaal een zeer groot zelfbewustzijn aanwezig blijft, wordt het publiek hier, dankzij de blik van de Zone X’ers, onderdeel van het stuk. Het publiek begint op die manier zelf mee te spelen – al is ‘spelen’ niet het juiste woord voor het ophouden van het gedeelde decorum dat we ons in een futuristische stadswandeling bevinden.
Theatrale registers
Ook Ip moet het merendeel van de voorstelling schijnbaar geen enkele moeite doen voor de rol van gids. Aan de hand van een zeer accurate bewegingstaal en stem laat ze het publiek moeiteloos geloven in haar rol van gids. Het is pas naar het einde van de voorstelling toe, wanneer ze meer uit haar rol van gids moet stappen en het verhaal van het vermiste meisje verder wordt uitgediept, dat ze echt speelt.
Die plotse verandering van theatraal register sluit niet aan bij de rest van de tour. Opeens staan de aanwezigen in een afgelegen plekje op een kluitje te kijken naar het drama dat zich voor hun ogen ontwikkelt en komen ze op die manier buiten het geheel te staan.
De aandoenlijke afsluiter waarin Ip ons wijst op de schoonheid van hetgeen ons omringt, en waarvoor twee mannen in Takeaway-uitrusting minutenlang blijven meeluisteren, maakt veel goed. Het is bijzonder en slim theater dat dit soort verbondenheid over theatrale grenzen heen kan teweegbrengen, maar de voorstelling had baat gehad bij meer tekstuele durf en nog strengere keuzes met betrekking tot de theatrale registers.