Theater / Voorstelling

‘Onbegrijpbaar Sprezzatura’

recensie: Sprezzatura

.

Choreograaf Hans Tuerlings neemt dit interessante principe als uitgangspunt in deze productie van Theater De Engelenbak. Zeven jonge dansers gaan onder zijn regie op zoek naar wat dans voor hen betekent. Maar hoe kunnen ze uiting geven aan zoiets ongrijpbaars? De lat ligt hoog, zeker gezien het feit dat de dansers allen niet van professioneel niveau zijn. Misschien zijn bloed, zweet en tranen toch vereist.

Moeilijk doen

~

Gesproken tekst is een belangrijke factor in de voorstelling. Dit is een terugkerend element in al het werk van Tuerlings. Het overkoepelende verhaal gaat over een jong meisje en haar glorieuze levenslange danscarrière, maar ook haar tragische lotgevallen. Deze thematiek is op z´n plaats omdat de dansers misschien zelf ook aan het begin staan van een dergelijke carrière. Dit roept vragen op over de haalbaarheid van zulke ambities. In hoeverre is een professioneel leven in de dans voor normale stervelingen haalbaar? En koesteren deze vrouwen deze ambitie of zijn het gewoon enthousiaste amateurs? Crossovers tussen teksttheater en dans kunnen vaak interessante voorstellingen opleveren, maar bij Sprezzatura werkt de tekst juist op de zenuwen. Deze ergernis ligt in de keuze van Tuerlings om de tekst in het Engels te laten klinken, terwijl geen enkele danser accentloos Engels spreekt. Het is dan ook merkwaardig dat andere tekstfragmenten wél in het Nederlands worden voordragen. Dit is moeilijk doen terwijl het makkelijk kan.

Dansen onder de douche

~

De structuur van Sprezzatura is helder: een kaal toneel, een rode bank, drie rode microfoons en een tomeloze inzet van de dansers. Elk stuk wordt geïntroduceerd met een tekstfragment en titel. Meerdere dansers maken gebruik van de drie microfoons om het verhaal over te nemen – eentje beheerst zelfs gebarentaal – terwijl een van hen de leiding heeft en fungeert als een soort presentatrice. Zij neemt gedurende de solo’s en duetten plaats op de rode bank en observeert de anderen aandachtig. Dit observeren van elkaar als dansers is gedurende de hele voorstelling merkbaar. Het is bijna of ze spelen dat ze dansers zijn. Korte snelle groepsbewegingen, vergezeld van harde muziek, worden afgewisseld met intiemere duetten en solo’s. Af en toe zijn de bewegingen cartoonesk en uitvergroot, als een soort persiflage op moderne dans – een ander kenmerk van Tuerlings’ stijl. Hoewel de dans wordt ingeleid en becommentarieerd door tekst is het verband tussen beiden eigenlijk nergens helder. Zo wordt er een scène geïntroduceerd als ‘The Samurai’, maar de betreffende dans is totaal niet als zodanig te herkennen. De stijl is achteloos en onnadrukkelijk. Alsof ze onder de douche staan te dansen. Nonchalant, geheel in lijn met de Sprezzatura thematiek. Deze houding is problematisch omdat zo af en toe pijnlijk duidelijk wordt dat de dansers niet over de technische achtergrond beschikken om zo “moeiteloos” te kunnen dansen. Het resultaat is helaas vaak nietszeggend. Bewegingen worden niet afgemaakt of gericht, zijn instabiel en niet scherp getimed. De groepsbewegingen vallen als los zand uit elkaar omdat elke danser te druk met het eigen lijf bezig is. De solo’s en duetten zijn naar verhouding nog het meest te genieten, omdat er meer rust in de beweging komt wat intiemer samenspel mogelijk maakt. Op deze spaarzame momenten is de voorstelling wel overtuigend. Het gemene geheim van Sprezzatura – de houding van nonchalante achteloze beheersing – is juist dat het wel degelijk een enorm solide technische basis vereist. Dans op topniveau ziet er moeiteloos uit, alsof elke beweging volkomen natuurlijk en logisch voorvloeit uit de danser zelf. Dit is niet het geval bij de voorstelling Sprezzatura.

Arrogantie

~

Theater De Engelenbak biedt een ontmoetingsplaats tussen het amateurtheater en de professionele theaterpraktijk. Tuerlings zelf is een choreograaf met een indrukwekkende staat van dienst, die al sinds de jaren tachtig werkt met amateurs en dansers afkomstig van buiten de professionele opleidingen. De dansers van Sprezzatura zijn geen beroeps en de voorstelling mag dus eigenlijk niet worden afgerekend op gebrek aan techniek. Het probleem zit ‘m in de choreografie. De voorstelling had aan overtuigingskracht kunnen winnen door juist in te spelen op de passie voor dans die amateurs motiveert om op de planken te stappen. Juist hun rauwheid van beweging zou meer getoond moeten worden. Nu lijken de dansers teveel zelfbewust van hun tekortkomingen door hun gebrek aan techniek, in plaats van passie voor dans te laten zien. Dansen kost hen duidelijk moeite, maar toch staan ze daar met volle overgave. En dat verdient respect. Eigenlijk is het Italiaanse Sprezzatura gewoon een houding van grote arrogantie. Dansen met bloed, zweet en tranen is veel echter. En daardoor mooier.

Sprezzatura is te zien in Amsterdam tot en met 22 maart in Theater De Engelenbak, daarna op tournee tot en met 28 mei. Klik hier voor de speellijst.