Theater / Voorstelling

Decadent geflikflooi in een zeer geslaagde musical

recensie: Nederlandse Reisopera – A Little Night Music

Met A Little Night Music van Stephen Sondheim bewijst de Nederlandse Reisopera wederom dat opera en musical heel goed hand in hand kunnen gaan.

Het zijn goede tijden voor Sondheim-liefhebbers. De afgelopen seizoenen hebben kleinere producenten musicals als Putting it together, Into the Woods en Sweeney Todd opnieuw op de planken gebracht. De laatstgenoemde is in 2014 ook al door de Nederlandse Reisopera opgevoerd. Daarmee had het operagezelschap als een van de eersten de stoute schoenen aangetrokken en opera en musical met elkaar verenigd. Gelukkig doet de Reisopera dat nu andermaal met A Little Night Music.

In Amerika is A Little Night Music door zowel musicalproducenten als operagezelschappen opgevoerd. Dat is niet gek, gezien de complexe muziekpatronen in bijvoorbeeld The Miller’s Son, de polyfonie in een nummer als Soon en het geweldige A Weekend in the Country en de extreme variaties in de toonhoogtes, die zowel de mannen- als vrouwenrollen erg uitdagend maken. In Nederland is deze musical nog nauwelijks opgevoerd. Hoe onterecht dat is maakt de Nederlandse Reisopera met deze productie goed duidelijk.

Een romantische komedie met een wrange ondertoon

De musical is gebaseerd op Ingmar Bergmans film Smiles of a Summer Night (1955) en speelt zich af binnen de Zweedse elite aan het begin van de twintigste eeuw. Centraal staan de liefdesperikelen van verschillende koppels. De spil in dit spel van verlangen is Desiree Armfeldt (Susan Rigvava-Dumas), een tweederangs actrice die in het verleden een relatie met advocaat Frederik Egerman (Paul Groot) heeft gehad. Frederik is inmiddels getrouwd met de ruim dertig jaar jongere Anne (Laetitia Gerards). Wanneer Frederik en Desiree elkaar treffen in het theater – zij als actrice, hij als toeschouwer – slaan de vonken weer over. Tegelijkertijd heeft Desiree ook een affaire met de getrouwde graaf Carl-Magnus (Hadleigh Adams). Deze machoman is zo ijdel dat hij niet doorheeft dat zijn vrouw Charlotte (Jessica Aszodi) al weet heeft van de affaire en stiekem haar eigen strategieën inzet om die te dwarsbomen. Tijdens een weekend weg op het landgoed van Desirees moeder wordt iedereen met elkaar geconfronteerd en raken de driehoeksverhoudingen op gespannen voet.

Niet voor niets laat Sondheim, met al die driehoeksverhoudingen, de driekwartsmaat in de muziek steeds naar voren komen. Daardoor ontstaat een mooie combinatie van mazurka’s, walsen en gigues.  Maar dat is niet Sondheims enige verdienste. Op het eerste ogenblik lijkt A Little Night Music een romantische komedie over het geflikflooi van de Zweedse bovenklasse. Heel subtiel heeft Sondheim een wrange ondertoon in zijn muziek verwerkt. Ballades als Every Day a little Death en zijn meest bekende Send in the Clowns laten schrijnend zien dat de personages (met name de vrouwen) evengoed beseffen dat hun (liefdes)levens lang niet zo frivool zijn.

Een eerbetoon aan Sondheim

De musical wordt in het Engels opgevoerd. Dat is zowel een verdienste van de Nederlandse Reisopera als een eerbetoon aan Sondheim. Nu wordt er volledig rechtgedaan aan het eigen karakter van Sondheims muziek. Dit vraagt echter wel wat van zowel het publiek als de spelers. Bij vlagen komt de ironie en humor niet altijd goed naar voren, daarbij ook niet geholpen door het fin de siècle-Engels. Maar dit gebeurt slechts blij vlagen. Los daarvan leveren de spelers stuk voor stuk een indrukwekkende prestatie. Paul Groot doet niet onder voor de operazwaargewichten van de cast. Zijn timing is erg goed. Zonder problemen verweeft hij mimiek, spel en zang met elkaar. De Nederlandse musicalactrice Susan Rigvava-Dumas heeft in het buitenland al een indrukwekkend repertoire opgebouwd. Hopelijk zal zij vaker in Nederlandse producties te zien zijn. Send in the Clowns is al door talloze grootheden als Barbra Streisand en Judy Collins gezongen, maar Rigvava-Dumas’ interpretatie is van een soortgelijk niveau. Ze houdt de ballade klein, zuiver en bovenal kwetsbaar. De ontdekking van de avond is de talentvolle Sanne Franssen, die overtuigt als de ietwat geile dienstmeid Petra. Ze is grappig zonder clownesk te worden en krijgt met The Miller’s Son een van de moeilijkste nummers voor haar kiezen. The Miller’s Son is een sadistische woordenbrij van alliteraties en een flinke dosis humor. Met al die acrobatiek lijkt Franssen geen problemen te hebben. Uitspraak, timing, humor, Franssen past alles indrukwekkend toe.

Ook het feit dat de musical prachtig begeleid wordt door het Gelders orkest zorgt ervoor dat Sondheim uitgevoerd wordt zoals Sondheim uitgevoerd zou moeten worden. Waar een orkest steeds minder vanzelfsprekend is in grote musicalproducties, laat de Nederlandse Reisopera zien wat de toegevoegde waarde van zo’n mooi orkest is. Daarmee is A Little Night Music niet alleen een ode aan Sondheim, maar ook aan musical en opera in het algemeen.