Zo complex kan opgroeien zijn
Volwassen worden is een lastige klus. Vooral als je in alles anders bent dan de rest. Dat gevoel heeft Fay, het hoofdpersonage uit Strovuur van Gerwin van der Werf. Hoe ontwrichtend het verhaal van Fay ook is, toch lijkt het bij de lezer niet volledig door te dringen.
Je bent zeventien, staat aan de vooravond van je eindexamenjaar en probeert al je hele puberteit zo goed mogelijk onder de radar te blijven. Je vader pleegde zelfmoord toen je veertien was en je moeder kijkt nauwelijks naar je om. Dat is de situatie van Fay als zij besluit halsoverkop met haar neef Elvin naar Parijs te vertrekken in een oude Mitsubishi Sapporo om, zo het lijkt, deze situatie te ontvluchten. Op school wordt ze immers ‘toch niet gemist’.
Brave tattoo
Fay zet zich in alles af tegen haar leeftijdsgenoten en maatschappelijke normen en cijfert ondertussen zichzelf compleet weg. Ze vertoont tekens van depressiviteit. Omdat ze zich te braaf vindt, neemt ze een tattoo, maar dan wel weer een van een lotusbloem. ‘Zelfs mijn tattoo is braaf.’ Daardoor heeft ze echter wel iets ‘kleins en onbelangrijks’ waar ze later spijt van kan krijgen en dat is precies de bedoeling. Ze heeft een hekel aan optimisten, is enorm cynisch en speelt altviool, waar leeftijdsgenoten op hockey zitten en druk zijn met social media.
Licht ontvlambaar
Dat ze uitgerekend Elvin kiest om mee op roadtrip te gaan, lijkt vanaf moment één een slecht plan. Elvins karakter omschrijft zich het best als licht ontvlambaar. De twintigjarige neef van Fay is net ontslagen als fietskoerier omdat hij een klant had uitgescholden voor nazi, waarna hij de pizza uit de doos had gepakt en tegen de voordeur had geplakt. ‘Elvin noemt zijn auto ‘De Sapporno’, dan heb je meteen een idee van zijn humor. Ik noem het een verroeste pauperbak.’
Kruishoutem
Met elke pagina neemt de onzekerheid toe over of het stel Parijs überhaupt gaat bereiken. Dat komt onder meer door de diverse personen die hun pad kruisen. Denk aan een boze pompeigenaar in het Belgische Kruishoutem die Elvin met benzine overgiet. Fays neef heeft natuurlijk geen extra setje kleding meegenomen. Op dag twee stuiten Elvin en Fay op een klooster. ‘Ik ben hier eerder geweest’, zegt Fay direct. Vanaf dat moment wordt het voor de lezer duidelijk dat de roadtrip meer is dan slechts een vakantie.
In het klooster steelt Fay een middeleeuws koorboek. Het boek leidt Fay naar Metz, de stad waar haar vader naartoe ging toen hij zei ‘er even een paar dagen tussenuit’ te willen. Hij kwam alleen nooit meer terug. Het is daar dat Fay eindelijk de lezer een inkijkje geeft in wat haar vaders zelfmoord met haar deed.
Gedeelten van het verhaal lijken zich af te spelen in het hoofd van Fay. ‘Ik kan allerlei gebeurtenissen uit dit verhaal halen en dan nog blijft het mijn verhaal. Zelfs als het hele verhaal een verzameling leugens zou zijn.’ Zo maken we onder meer kennis met Grijze Gijs, een fantasiefiguur waar Fays vader haar verhalen over vertelde.
Karakter
Strovuur komt op verschillende plekken door het verhaal terug. Na de dood van haar vader, koos Fay er bewust voor om niet in een slachtofferrol te kruipen. Die keuze past perfect in de rest van haar karakter. ‘Niet zielig wilde ik zijn, natuurlijk niet, dat is een tactiek die heel kort werkt, die snel opbrandt, als stro.’
Aan het einde van het boek belt Fay (eindelijk) met haar moeder, heeft ze het ook over strovuur, een op het eerste gezicht willekeurig gekozen woord, maar niets is minder waar. ‘Soms probeer je een woord uit in de hoop dat het iets teweegbrengt, dat het iets verandert. Dat je er een vaste vorm door krijgt, iets definitiefs, iets onontkoombaars, al is het maar voor even.’ Eigenlijk is het een van de weinige momenten dat Fay probeert de focus op zichzelf te leggen in de hoop dat iemand haar opmerkt. Zodat ze kan breken met haar vroegere zelfbeeld.
Onheil
Strovuur vertelt het verhaal van een tiener op zoek naar zichzelf. Dat doet Gerwin van der Werf met vlagen heel knap en ontluisterend: steeds leer je als lezer Fay beter kennen. Puzzelstukjes vallen op zijn plek, evenals de absurde avonturen die Fay en Elvin samen meemaken. Tegelijkertijd voel je het onheil dat het stel over zich af lijkt te roepen, waardoor je als lezer wel verder móet lezen.
Sommige passages zijn onnodig lang van stof, bijvoorbeeld wanneer we de auteur van het koorboek leren kennen. Sommige gedachtes van Fay zijn moeilijk te volgen en dat haalt de vaart uit het verhaal. Dat terwijl Van der Werf juist het ontwrichtende verhaal van een meisje op zoek naar volwassenheid probeert bloot te leggen. Dat maakt Strovuur al met al een rake roman met een duidelijk YA-tintje, maar ook een verhaal dat snel in rook opgaat zodra je het boek uit hebt.