Boeken / Fictie

Pijn die laat ademhalen

recensie: Guzel Jachina - Zulajka opent haar ogen

Helemaal vrij van smetten is het niet, maar slechts zelden verschijnt er een debuutroman die zich zo vol in het beschreven leven stort als Guzel Jachina’s Zulajka opent haar ogen.

De eerste pagina’s van Zulajka opent haar ogen moeten de koudste zijn uit alle recent verschenen literatuur. Het is januari 1930, we openen midden in het ‘doffe geloei van de januarisneeuwstorm’ en de vloer is zo koud dat hij voetzolen ‘brandt’. Tientallen pagina’s gaat Guzel Jachina (1977) door: sneeuw, sneeuw, sneeuw, en te midden van die barre omstandigheden het leven van Zulajka, haar man en haar schoonmoeder. Misschien is overleven het betere woord.

Deportatie

Dan vallen de Sovjetautoriteiten binnen: Zulajka’s familie werkt als boer. Als koelak, wat betekent dat Zulajka’s man Moertaza een rijke boer is – een nogal rekkelijk begrip, stelt vertaler Arthur Langeveld in een verhelderend nawoord: zo rekkelijk, dat het vooral neerkwam op de meest ijverige boeren. In het land der blinden is eenoog koning. In de eerste maanden van het jaar 1930 betekent dat weinig goeds voor die eenoog: de door Stalin ingezette collectivisatie van de landbouw is dan net op gang gekomen. Als afschrikmiddel worden de koelakken, de vermoedelijke tegenstanders van Stalins beleid, vermoord of naar Siberië gedeporteerd. Dat eerste overkomt Moertaza, dat tweede Zulajka.

Wat volgt, is een roman over een van de meest gruwelijke geschiedenissen uit de twintigste eeuw. Het bestaan in het kamp in de Siberische taiga is zwaar, mensonterend en de gang van zaken is niet te volgen. De van oorsprong Tartaarse Jachina beschrijft levens die ontdaan zijn van bijna alles waarmee mensen zich normaliter mee omringen. Te midden van dat alles zoekt Zulajka naar een pijn die haar ‘tenminste laat ademhalen’ – en Jachina vindt dat.

Overdonderend

Uitgeverij Querido schrijft op het achterplat dat Jachina zich voor Zulajka opent haar ogen gebaseerd heeft op het verhaal van haar grootmoeder. Maar een dergelijk autobiografisch frame is wel het laatste dat deze roman nodig heeft. Zulajka opent haar ogen is een overdonderende debuutroman, die alleen naar het einde toe ontsierd wordt door minder scherpe dialogen en door een overvloed aan onnodige cliffhangers. Vanaf de eerste pagina is echter duidelijk dat Jachina een natuurtalent is.

Haar proza combineert volkswijsheden (‘voor zonsopgang is de slaap het diepst’), lyrische natuurbeschrijvingen (‘De weelderige groene borst van de linkeroever bolde steil op als deeg dat in een kuip is gerezen’) en de gruwelijkheden in het kamp (Zulajka die haar zoon geen moedermelk, maar haar eigen bloed voert). Door dat alles heen klinkt Zulajka’s ongeletterde stem door in het verhaal. Het effect is een tragische, rijke, treurige roman: zware kost, maar nergens onverteerbaar.