Muziek / Album

Haast en spoed is soms wel goed

recensie: Tiger By The Tail - Tiger By The Tail

Zo zal het ongeveer gegaan zijn. Nog voor het ochtendgloren betreden vier Australische muzikanten de eenvoudige, maar knusse Birdland Studio te Melbourne. “Iemand koffie?” vraagt de gastvrouw bij binnenkomst. Het aanbod wordt vriendelijk afgeslagen, pure tijdverspilling. Er staat immers slechts 48 uur studiotijd ter beschikking. De opnameleider neemt snel plaats achter de mengtafel en aan de andere kant van het glaswerk staan de ongeduldige bandleden al klaar om af te tellen… “one, two, three”. Twee etmalen later staan alle elf songs op band, het debuutalbum van Tiger By The Tail, een hectische momentopname.

Het moet gezegd, de bandleden hadden al de nodige ervaring opgedaan in diverse andere bands. Zanger/gitarist Dave Thomas was ooit de oprichter van Bored!, dat zo midden jaren tachtig al even onopvallend ter ziele ging als het werd opgericht. De andere leden waren korte tijd actief in nog minder spraakmakende bandjes als The Yesmen en The Sailors. Ietwat gedesillusioneerd besloten ze de krachten te bundelen en de tijger eens flink bij z’n staart te grijpen. Het Indie-label Bang!Records raakte gecharmeerd van de durfallen en tekende de groep.

Oud recept

Waar de eerste lichting Indierock bands als Sonic Youth en The Stooges daadwerkelijk hun grenzen muzikaal verkenden, zijn er tegenwoordig veel groepen die gewoonweg de muziek van deze eerste, innovatieve generatie naspelen. Tiger By The Tail nestelt zich tot op zekere hoogte tussen beide categorieën in. Enerzijds staan de leden niet onwelwillend tegenover het stapsgewijs integreren van nieuwe invloeden in hun muziek, anderzijds vertoont de muziek een nostalgische hang naar pioniers als Dinosaur Jr., The Pixies of het hectische en broeierige geluid van Nirvana ten tijde van Bleach. Nummers als Old Habits, Generator en Natural Enemy kunnen zelfs wedijveren met het betere werk van voornoemde bands van alweer anderhalf decennia geleden. Kortom, Tiger By The Tail maakt weliswaar gebruik van een oud en beproefd recept, maar wie maalt daar in hemelsnaam om als dat gewoonweg nog altijd lekker weghapt?

Spoedklusje

~


Slechts 48 uur opnametijd stond dus ter beschikking. Het eindresultaat van dit soort haastig en niet altijd even zorgvuldig opgenomen cd’s – de consequentie van een beperkt budget – hangt sterk samen met de capaciteiten van de muzikanten. Nou, daarmee zit het wel snor. De rauwe, ongepolijste manier van opnemen heeft bovendien juist voor een zeer prettige bijkomstigheid gezorgd. Niks geen subtiliteiten, dit is brutaliteit op muziek gezet. Het nodige gepiep en gekraak heeft ook zo z’n charme: het draagt bij aan het livegevoel dat wordt benaderd.

De melodie is een andere sterke troefkaart, die niet achter een muur van feedback is verscholen, maar helemaal naar voren gehaald. Het voorkomt dat de licht overstuurde gitaarlagen niet verzuipen in één grote geluidsbrij. Verder hebben de songs gewoon de gebruikelijke lengte van hooguit vier minuten, wel zo prettig en het houdt de vaart er lekker in. Misschien is de quasi ongeïnteresseerde manier van zingen en het lichtvervormde stemgeluid van Thomas even wennen, maar het vloekt eigenlijk ook wel weer heel lekker met de rest. Niet zeuren dus en gewoon keihard draaien.