Toonbeeld van zuidelijke warmte
Travesias heet de nieuwste cd van de Peruaanse Susana Baca, zangeres van zeer uiteenlopend materiaal op zowel muzikaal als taal- en tekstueel gebied. Naast interpretaties van Afro-Peruaanse liederen zingt Baca op Travesias bewerkingen van twee Franstalige nummers, naast een cover van de Ierse singer/songwriter Damien Rice. De begeleiding van de breed inzetbare gitarist Marc Ribot en een duet met de Braziliaanse bossanovalegende en huidige minister van cultuur Gilberto Gil maken van Travesias al bij voorbaat een interessante aangelegenheid.
Voorgeschiedenis
Baca groeide op in de Peruaanse stad Chorrillos en is van Afro-Peruaanse afkomst. Ze is zeer begaan met haar culturele erfgoed en is medeoprichter van een centrum voor de exploratie en instandhouding hiervan. De zangeres kwam in 1995 onder de aandacht dankzij een door David Byrne samengestelde compilatie en bracht vervolgens drie albums uit op diens Luaka Bop-label. Haar betrokkenheid bij de Afro-Peruaanse cultuur vond hierop duidelijk haar weerslag: de nadruk lag bij deze opnamen op liederen uit deze traditie. Het in 2002 verschenen Espiritu Vivo bevatte echter ook heel andersoortig materiaal, waaronder een Franstalige versie van Autumn Leaves en een verrassende keuze voor Björks Anchor Song.
Eclecticisme
Op Travesias wordt de eclectische lijn weer opgepakt. De cd bevat zeer afwisselende nummers, qua taal variërend van Spaans en Portugees tot Frans en Engels. Zo’n grote reikwijdte had op muzikaal vlak kunnen leiden tot overdreven wijdlopigheid, maar de stabiliteit van de arrangementen voorkomt dit. De overwegend akoestische gitaren van Marc Ribot en Sergio Valdeos en de cajon (houten kist) van Juan Medrano Cotito leveren een perfect uitgevoerde en uitgebalanceerde achtergrond voor de emotionele zang van Baca. De strijkers van The Tosca Strings maken van een aantal nummers mooi omfloerste tegenpolen voor de overige, meer minimalistisch uitgevoerde stukken. Het beheerste spel en de afgepaste productie geven de nummers een toegankelijke klank, wat echter niet ten koste gaat van de zuidelijke warmte die de muziek uitstraalt.
Spraakverwarring
Het gebruik van meerdere talen pakt een enkele keer minder gelukkig uit. Aan het Engels had Baca zich beter niet kunnen wagen, getuige het refrein van Damien Rice, cover en afsluiter Volcano. Een groot deel van het nummer wordt al in het Spaans gezongen, maar verstandiger was een volledig Spaanstalige versie óf complete weglating geweest. Interpretaties van Maxime Forestier’s Né quelque part en het van oorsprong Haïtiaanse Merci bon Dieu zijn mooi, maar het Frans is niet geheel vlekkeloos. Bij deze nummers is dit echter minder storend. De zangeres zingt op het merendeel van de nummers gelukkig gewoon in het Spaans en daarin is ze duidelijk op haar best. De flamencosound van Guillermina, het ingetogen en mysterieuze Una Copla me ha Cantado en het met accordeon opgeluisterde, vriendelijke Viento del Olvido bewijzen dit. Maar ook Estrela, het in het Portugees gezongen duet met Gilberto Gil, is wonderschoon. Travesias zal zonder twijfel de liefhebbers van emotionele Zuid-Amerikaanse muziek aanspreken. Jammer alleen van dat laatste nummer.