Fenomenale mistroostigheid
Wanneer is iemand een visionair? ‘I can envision maybe one person with a lot of machines, tapes, electronic setups – singing or speaking and using machines.’ In 1970 voorspelde Doors-zanger Jim Morrison de richting van (pop)muziek. In het lot van de visionair ligt besloten dat tijdgenoten zijn uitspraken nauwelijks serieus nemen.
In 1970 voorspelde Doors-zanger Jim Morrison de richting van (pop)muziek. In het lot van de visionair ligt besloten dat tijdgenoten zijn uitspraken nauwelijks serieus nemen.
Dat lot kan meer betekenen: het heen en weer dansen tussen stijlen, in geen genre te plaatsen zijn en daardoor op rationele gronden eigenlijk niet kunnen worden beoordeeld. Nicolas Jaar is student, net 22, en een van de grootste muzikale beloften van de 21e eeuw. De New Yorkse Chileen kan in elk geval geen visie ontzegd worden. Twee jaar terug begon hij zijn eigen label: Clown & Sunset, om een plek te bieden aan ‘gecompliceerde en experimentele’ elektronische muziek, die anders niet zou worden gehoord.
Dat gebeurt nu wel. Het voorprogramma, Valentin Stip, is er eentje uit Jaars stal. Stip heeft veel naar hem geluisterd en blijkt een uitstekende opwarmer: goed, maar niet zo goed als de hoofdact. Want Nicolas Jaar neemt iedereen meteen mee op reis. Voor een kwalificatie van diens muziek moet elke geordende gedachte worden uitgeschakeld. Techno met een BPM van rond de 100, beïnvloed door onder meer latin, Ethiopische jazz, soul, Satie, en Villalobos: laat de emoties spreken.
Broeierige melancholie
Jaar brengt een bijna twee uur durende soloset die voor het publiek als een droom moet aanvoelen. Zijn bezwerende zang, nostalgische samples, hypnotiserende beats en elementaire piano-improvisaties klinken samen als een synthese van stijlen waarvan je je niet voor kunt stellen dat iemand het niet mooi vindt. Misschien ook wel omdat het waarom daarvan zich moeilijk laat verklaren. Is dat visionair? Kan avant-gardistisch mooi klinken?
Visionair hoeft niet per se ‘vernieuwend’ te betekenen. Dat is Jaar in zijn genreoverschrijding en klankkleurgebruik misschien ook niet. Wel bijzonder is dat deze twee bij hem in alle facetten natuurlijk klinken. In zijn eigen composities of in bijna melancholieke bewerkingen van ‘Love potion number 9’ van The Searchers (1963) en Stretch-klassieker ‘Why did you do it?’ (1975). En meer nog als hij Nina Simone de zaal instuurt met glitch als bodyguard.
Of het zijn studie literatuurwetenschappen is of zijn instinct; de avond wordt een oneindige vertelling met een zweem van klassieke retorica. Jaar opent met de eerste akkoorden van ‘Mi Mujer’, en laat deze wegvloeien, als een golf die haar schuim weer meetrekt. Aan het eind van het eerste deel van zijn set komt ‘Mi Mujer’ terug. Cicero voert een betoog in een modern landschap van geluiden, omringd door de allure van de oudheid.
Het concert blijft zo verstoken van een echt begin, eind of af te bakenen climax. Het richt zich op een golvende cadans, op glooiende composities tegen een achtergrond zonder horizon. Een strand waar de ritmes aanspoelen en afdrijven, gestuurd door één man met machines. Met een laatste ode aan Notorious B.I.G., Marvin Gaye en Aphex Twin volbrengt Nicolas Jaar een avond die nog dagen doorwerkt. Of hij een visionair is? Het is een compliment dat die vraag bij hem geen antwoord kent.