Van het mooiste naar het nieuwste
In deze eerste editie van de Nederpop update krijgt een drietal belangrijke releases de aandacht. De fraaiste liedjes van Claudia de Breij gaan hand in hand met het jubileumalbum van Stef Bos. De eigenzinnigheid druipt vervolgens van ContraContra.
Mede door een aantal in het oor springende releases om een bijzondere editie te vullen, maken we deze keer de koppeling van Nederpop met Nederlandse taal. We gaan niet voorbij aan nieuw talent en de gevestigde orde die nog steeds fraaie muziek maakt.
Hier kan je niet omheen
Alles is goed – De mooiste liedjes van is de titel van het nieuwste album van Claudia de Breij. Toch is het niet alleen een bijeenraapsel van haar grootste successen, maar een album met liedjes die wel eerder het levenslicht zagen, nu in een nieuw jasje gestoken. Op zo’n album kan natuurlijk haar TOP2000 liedje ‘Mag ik dan bij jou’ niet ontbreken in een versie die de oude bijna doet verbleken. De Breij weet met haar teksten steeds weer te verbazen. Zo lijkt een liedje als ‘Mis je zo graag’, hier samen gezongen met Waylon, een tegenstrijdig liefdesliedje dat bol staat van het verlangen naar de ander zodra deze niet in de nabijheid is.
Op Alles is goed heeft De Breij een drietal gasten als vocale toevoegingen gevraagd. Zo horen we naast Waylon ook wijlen Thé Lau meezingen in ‘Niet alleen’ en Bløf’s zanger Pascal Jakobsen in een mooie uitvoering van ‘Ik onthou van jou’. Een bijzondere vermelding verdient zonder twijfel het liedje ‘Als ik maar kon geloven’, een nummer dat veel mensen troost kan schenken bij het afscheid nemen van dierbaren. Het heeft een tekst over geloven die is doorspekt met alle twijfels die we als moderne mens daaromheen ervaren. Het draagt ook de hoop in zich dat als het geloof waar zou zijn, het verlangen naar een herontmoeting beantwoord wordt.
Iedereen die het Nederlandse lied een warm hart toedraagt en cabareteske teksten met kwinkslagen, dwarsverbanden en rake observaties wel kan waarderen, zal vele uurtjes (herbe-)luistermomenten beleven aan dit album waar je niet omheen kunt!
Stof tot nadenken
Zo’n vijfentwintig jaar geleden kreeg de carrière van Stef Bos een enorme stuwende kracht voorwaarts, toen hij zijn lied ‘Papa’ uitbracht. Sommige artiesten ervaren een keerpunt in wat er tot dan toe gebeurde door toedoen van één liedje. Zo’n moment markeert heel duidelijk de muzikale weg die Bos heeft gevaren. Een sprong in de tijd is de titel van zowel zijn nieuwe album als zijn voorstelling en het gaat samen met een door hem geschreven boek: ‘Mijn onmacht woont in woorden’.
De rode draad is de zoektocht door Vlaanderen, Nederland en Zuid-Afrika naar zijn eigen stem, zijn manier van verwoorden. Dit is zijn muzikale weg waarop zowel het Franse Chanson als blues en wereldmuziek hun stempel hebben gedrukt. Bos blikt terug maar staat met beide voeten op de grond in het heden om ook van daaruit een blik vooruit te hebben.
Het album staat vol met liedjes die vooral Stef Bos zelf binnenstebuiten keren. Hij kijkt daarbij soms diep in zijn eigen persoonlijke leven. Zelf noemt hij dat zijn ‘binnenwereld’. Luister naar liedjes als ‘Ik zie u graag’, waar het album mee opent, waarin hij op bijzondere wijze zijn liefde voor Vlaanderen bezingt. Of neem ‘Hoek af’ waarbij hij de schoonheid verklaart door de afwijking van het gladde, gepolijste. Juist in de afwijking van het verwachte schuilt soms de aantrekkelijkheid. Het is een tekst die stof tot denken geeft.
Wie zonder aankondiging het album van Stef Bos te horen krijgt zal zonder aarzelen direct herkennen wie de zanger is die hier zingt. Bos heeft in de loop der jaren zoveel herkenbaarheid in zijn stem, maar vooral ook in zijn manier van zingen gelegd, dat hij uit duizenden herkenbaar is. Als hij die bijzondere eigenschappen zoals hier koppelt aan liedjes met fraaie melodieën en teksten met zeggingskracht, dan kan hij met Een sprong in de tijd toch vele harten veroveren en voorzien van vele uren luisterplezier aan de stereo-installatie, dan wel in het theater.
Na de literaire revolutie
Tegendraads, vernieuwend en zeker opvallend mogen de releases genoemd worden die verschijnen op het Tilburgse label Bastaard Platen. Met ContraContra heeft dit label, dat gerund wordt door Mathijs Leeuwis en Jeroen Kant, weer een heel bijzonder bandje te pakken. Ze geven hen met Wrakjuweel het podium dat ze nodig hebben om gehoord te worden in de vaderlandse popmuziek. Wanneer je de eerste keer Wrakjuweel draait, blijf je waarschijnlijk in eerste instantie in verwondering achter. Pas bij meerdere luisterbeurten zal de schoonheid van dit debuutalbum zich langzaam ontvouwen. Het is een album dat echt luisterinspanning vraagt om tot de kern door te dringen, maar als je als luisteraar dan gegrepen wordt is er ook geen ontkomen meer aan.
ContraContra koppelt een muziekstijl die wortels heeft in punk, maar hier ontrafeld wordt naar langer uitgesponnen liedjes, aan de Nederlandstalige poëzie die ons terugvoert naar de dichters van de literaire revolutie. Denk in dat laatste geval bijvoorbeeld aan Simon Vinkenoog. Muzikaal staat ContraContra met beide benen in de alternatieve muziekscene van nu.
Wrakjuweel ontvouwt zich langzaam als misschien wel een van de meest bijzondere Nederlandstalige plaatjes van de laatste tijd. De tien composities dragen allemaal één woord als titel en het album opent met ‘Grafbad’ dat gestoeld is op de mythologische figuur Icarus. We maken kennis met de verhalende teksten van ContraContra. Het zijn geen gedichten op rijm met korte zinnen, maar lange zinnen die je moet ontrafelen. Intussen gaat de muziek van licht en gevoelig naar heftig, van opverend tot de ondergang tegemoet. Zo spannend is de ContraContra-benadering van nieuw Nederpop elan. Geef ze de kans zodat je uiteindelijk na ‘Schitterziel’, het slotnummer, alleen maar weer op de repeatknop wilt drukken.