Kruip in de kop van de koning
Ambitie is vruchtbare grond voor tragiek. Wie écht iets ambieert, is bereid om daarvoor ethische grenzen te overschrijden en de vrijheid van elke tegenkracht in te perken.
Menig stuk is aan dit spanningsveld tussen ambitie en de (on)macht om deze te verwezenlijken gewijd, niet in de laatste plaats de koningsdrama’s van Shakespeare: Henry IV tot en met VIII, Richard II en III en King John. Het Nieuw Utrechts Toneel onderzoekt in hoeverre de wrijving tussen ambitie en macht aanwezig is bij hedendaagse wereldleiders en of hun levenswandel de aanleiding kan zijn voor een hedendaags koningsdrama. Van 17 tot en met 21 oktober onderwerpt het NUT onze vorst Willem-Alexander aan dit onderzoek, na eerder ook de Shakespeariaanse kwaliteiten van onder andere bankiers en sporters onder te loep te hebben genomen.
Nieuwe meesterwerken
Het NUT is zelf ook niet wars van enige ambitie en presenteert de nieuwe William Shakespeare: toneelschrijver Jibbe Willems. Hij zal de machthebbers van nu vereeuwigen in nieuw geschreven repertoirestukken die in de verre toekomst nog steeds zullen worden opgevoerd. Net zoals Shakespeare werd bijgestaan door auteurs die in relatieve anonimiteit zijn gebleven, wordt Willems bijgestaan door twee ghost-Jibbes. Tijdens deze editie van Met Man & Macht zijn dat Daan Windhorst en Sofie Tseng. Ook wordt het publiek gevraagd mee te denken: welke kernwoorden associeer je met de koning? Wat is zijn ambitie? Wat houdt hem tegen? Aan de hand van deze publiekelijke psychologisering van de koning gaat het schrijversteam live aan de slag. Zij hebben daarnaast ook al van te voren dialogen geschreven voor een nieuw koningsdrama. Deze schetsen (en later ook de tijdens de voorstelling geschreven teksten) worden uitgevoerd door Dennis Coenen, Ellen Parren, Myrthe Boersma en Jesse Wilms.
Meerdere gedachten
Bij de drie Jibbes is het aankomende repertoirestuk Met Man & Macht in goede handen: zowel de al van tevoren geschreven teksten als de nieuwe vondsten zijn net zo spitsvondig als dramatisch. Wel is het jammer dat er niet teruggekoppeld wordt op het schrijfproces: als toeschouwer zie je de drie Jibbes achter hun laptop zitten. Nu krijg je zo’n reflectie bij een ‘regulier’ toneelstuk ook niet mee, maar in een voorstelling die zich heel expliciet (doch ludiek) centreert rondom de creatie van een nieuw meesterwerk, zou je dit mogen verwachten. Ook lastig is de rol van het publiek: hoewel er veel gevraagd wordt van de toeschouwer aan het begin van de voorstelling, draait het leeuwendeel toch om de al geschreven teksten. Na de eerste vragenronde komt het publiek (en schrijvers) niet meer aan bod. Dit is natuurlijk geen vereiste, maar de voorstelling lijkt daardoor niet helemaal te kunnen kiezen. Draait het hier om het schrijfproces, de collectieve ad-hoc-creatie of de theatrale reflectie op de actualiteit?
Overvloed
Er gebeurt veel in deze eerste editie van de voorstelling, misschien zelfs te veel. Het opdragen van de nieuwe teksten wordt onderbroken door interviews, in dit geval met de biografen van koning Willem I en III van Oranje-Nassau en met drie meisjes van dertien over hun al dan niet aanwezige droom om prinses te worden. Ook al is zeker het eerste interview erg interessant, het haalt de vaart uit de opvoering, die door het schetsmatige karakter van de teksten toch fragmentarisch van aard is. Daarnaast worden op een achterdoek leuzen geprojecteerd met betrekking tot het Koningshuis en de live-muziek varieert van een variatie op het Wilhelmus tot een pastiche van de luitmuziek die je vaak in kostuumdrama’s hoort.
King William IV?
Tegelijkertijd sluit de overdaad aan ideeën van het NUT wel goed aan bij de torenhoge ambitie van de Shakespearekoningen. Ook de spontane chaos, onder aanvoering van een dolenthousiaste Greg Nottrot, zijn aanstekelijk. De verschuivende focus (van publiek naar schrijver naar speler naar expert naar ervaringsdeskundige en terug) zorgt er echter voor dat de voorstelling, naarmate zij vordert, begint te trekken. Misschien komt dat ook doordat Willem-Alexander niet het gedroomde Shakespearepersonage is. Anders dan een Trump of een Berlusconi moet je wel heel veel kunstmatige intriges toevoegen aan zijn ogenschijnlijk weinig dramatische leven om er een modern koningsdrama van te maken. Alhoewel: door zijn leven zo ‘normaal’ mogelijk te laten lijken, is hij misschien wel de grootste acteur onder de wereldleiders.