Subtiliteit wordt naar achtergrond gebeukt
“Leef!” schreeuwt de openingsfilm van het Nederlands Film Festival. De titel had geen wrangere bijsmaak kunnen hebben: twee dagen voor de wereldpremière van zijn eigen film overleed regisseur Willem van de Sande Bakhuyzen aan kanker. Zijn laatste film, Ik omhels je met 1000 armen, heeft hij nog net af kunnen maken.
Foto: Victor Arnolds |
Met scenarioschrijfster en studievriendin Maria Goos vormde Van de Sande Bakhuyzen een gouden duo. Samen maakten ze de televisieserie Oud Geld en de films Familie en Cloaca. De kracht van deze drama’s ligt in de onderhuidse spanningen tussen familieleden of vrienden die onvermijdelijk tot uitbarsting komen. Datgene wat niet wordt uitgesproken, of datgene wat in het verleden is gebeurd, is vaak belangrijker dan wat je wel ziet of hoort.
Wat dat betreft begint Leef! veelbelovend. Verloskundige Anna Jongkind (Monic Hendrickx) probeert haar traumatische jeugdherinneringen een plaats te geven door ze op te schrijven. Door middel van flashbacks ontrafelt de film langzaam haar geheim. Dan zet Leef! aan tot denken:
het roept subtiele, diepgaande vragen op over de betrouwbaarheid van het geheugen en wreedheid door ouderlijke onmacht.
Spannend
De tweede verhaallijn is echter aanzienlijk vlakker. Dochter Isabelle (Sophie van Winden) heeft een hartkwaal en kan elk moment dood neervallen, dochter Robin (Sarah Jonker) raakt steeds verder aan lager wal en vader (Peter Blok) zit verstrikt in een relatie met een veel jongere collega. Spanning genoeg, en de makers van Leef! doen er nog een schepje bovenop door dit toch al niet zo sporende gezin te treffen met de ene na de andere heftige gebeurtenis. Wellicht is dit te wijten aan de lange tijd die tussen het schrijven van het scenario en de verfilming zat. Goos schreef in de tussentijd, onder de naam van haar hoofdpersoon Anna Jongkind, de
30-delige feuilleton Leef! in Volkskrant Magazine, die vooral draait om het gezin en de verloskundigenpraktijk. Misschien kreeg ze in die tijd weer zoveel inspiratie, dat ze toch
meer aan het scenario wilde toevoegen.
Klappen
In de sterkste scènes wordt ‘gewoon’ geruzied of de confrontatie gezocht. “Heb jij een hekel aan mama?” vraagt Isabelle zonder te knipperen aan haar oma. Of Robin rent met een rood hart op haar lichaam getekend naar haar zus om haar zo letterlijk dood te laten schrikken. De dialogen zijn niet zo vilein-grappig als in Cloaca, maar ze zijn wel scherp en realistisch. Wat ook indruk maakt zijn de filmische details. De lichtval maakt de flashbacks spannend, niet de mededeling dat Jongkind iemand vermoord heeft. En dat je het geluid van een echo hoort in plaatsvan de geijkte hartslag op spannende momenten, moet toch op zijn minst een glimlach uitlokken.
Leef! deelt echter te vaak harde klappen uit, en doet daarmee zichzelf te kort. De Grote Gebeurtenissen in de film, vaak fysieke geweld dat volstrekt uit de lucht komt vallen, zijn helemaal niet nodig. Sterker nog, het beukt al deze heerlijke subtiliteiten naar de achtergrond. Leef! wil graag indruk maken, maar schreeuwt daarvoor te hard.