Cloaca
Cloaca is de tragikomische verfilming van het gelijknamige toneelstuk dat geschreven werd door Maria Goos. “Cloaca”, wat letterlijk een riool of het uiteinde van het darmkanaal bij dieren betekent, is een oude kreet van vier studievrienden, die in het begin gebruikt wordt als begroeting en als afscheid, maar tegen het eind meer een verraderskreet wordt.
Vier oude studievrienden zijn door omstandigheden weer even op elkaar aangewezen. Wanhopig proberen ze de oude vriendschap te herstellen. Politicus Joep (Gijs Scholten van Aschat), die uitzicht heeft op een ministerpost, zit middenin een huwelijkscrisis. De eens zo bevlogen student kunstgeschiedenis en nu gemeenteambtenaar Pieter (Pierre Bokma) zit diep in de problemen op zijn werk. Jarenlang heeft hij voor zijn verjaardag een schilderij mogen uitkiezen uit het nuldepot, een gemeentearchief waar afgeschreven kunst wordt opgeslagen. Nu blijken de schilderijen veel waard te zijn en wil de gemeente ze terug. De aan cocaïne verslaafde topadvocaat Tom (Peter Blok) heeft in een ontwenningskliniek gezeten en wordt door Pieter opgevangen in zijn huis. De vierde vriend Maarten (Jaap Spijkers) staat vlak voor de premiere van zijn nieuwe theaterstuk, waarin Joeps 18-jarige dochter, met wie hij tussen de bedrijven door een relatie heeft, een rol speelt. Hij en Joep willen Pieter helpen met zijn problemen op het werk, maar het zo zorgvuldig opgebouwde plan van Tom om Pieter uit de brand te helpen valt volledig in duigen als blijkt dat de wankele balans die Joep in zijn leven gevonden heeft bedreigd wordt. Ze laten elkaar vallen als bakstenen en kiezen elk voor hun eigen hachje. De oude vriendschap blijkt niet bestand tegen het egoïsme dat de mannen typeert. Pieter blijft hulpeloos en alleen achter.
Tragi-humor
De eerste helft van de film is een aaneenschakeling van humoristische dialogen en tragische monologen. Het is duidelijk dat regisseur Willem van de Sande Bakhuyzen door middel van hilarische scènes en de daaruit voortvloeiende tragische omslag een gezicht probeerde te geven aan de tot vergetelheid gedoemde vriendschappen. En toegegeven, al is Cloaca geen optimistische film, in het begin is hij toch erg grappig. De vier hoofdrolspelers proberen de kijker door middel van de dialogen en de monologen aan het lachen te brengen. Een voorbeeld daarvan is Joep, die zich afvraagt wat er nog over is van zijn huwelijk. Je kunt het niet laten om te lachen als je ziet hoe de hockeysticks van de kinderen op Joeps hoofd vallen terwijl hij net zijn koffers aan het pakken is om zijn vrouw te verlaten, hoe schrijnend de situatie ook is. De tweede helft raakt in een stroomversnelling, waarbij je goed moet opletten om vooral niets te missen. De humor slaat om in tragische beelden, die zeer goed neergezet worden door de acteurs. Het is duidelijk dat de acteurs gewend zijn aan hun rollen, waarbij ze niets aan spontaniteit verliezen. Mindere acteurs zouden waarschijnlijk nep overkomen, maar de types die neergezet worden zouden zo uit het echte leven gegrepen kunnen zijn.Monotoon gezeur
Helaas wordt Joeps monoloog op den duur monotoon gezeur dat aan je voorbij trekt zonder ook maar enige inhoud te hebben. En denk je net dat hij uitgepraat is, dan begint hij weer opnieuw. Mede dankzij dit soort scènes ben ik geen grote fan van deze film. Een ander probleem dat ik met de film heb is dat ik me als vrouw van een kwart eeuw oud moeilijk een voorstelling kan maken van de midlife-crisis die de heren in de film plaagt. De oude vriendschappen, die even herleeft worden en dan als een droom vervagen, is ook iets waar ik me niet verbonden mee voel. Daar moet je toch iets ouder voor zijn, heb ik het idee. Er was met name in de eerste helft van de film geen doorkomen aan. De tweede helft maakte redelijk wat goed. Vooral de laatste paar scènes zijn zo schrijnend dat het kippevel je over de armen loopt. Voor sommigen, zoals ik, is de film geen blijvertje, maar voor anderen kan de film een weerspiegeling zijn van een wereld die dan net zo dichtbij komt als de close-up van het doucheputje dat de film uitleidt.