Film / Films

Meer van alles in onvermijdelijk vervolg

recensie: Pirates of the Caribean: Dead Man's Chest

Een film met fantasy-invloeden wordt een enorme kaskraker. Het onvermijdelijke vervolg wordt zelfs samen met het snel verzonnen derde deel opgenomen, waardoor het open einde van deel twee bijna onontkoombaar lijkt. Het kunstje dat Back to the Future en The Matrix al eens flikten, is weer van stof ontdaan en uitgevoerd door de makers van Pirates of the Caribbean.

~

Het tweede deel uit de piratenreeks, Dead Man’s Chest, draait nu in de bioscoop. Het derde deel (At World’s End) laat nog tot mei 2007 op zich wachten. Deel drie begon zelfs met draaien toen het script daarvoor nog niet af was. Vrijwel alle belangrijke personages uit het eerste, enorm populaire, deel zijn weer teruggekeerd. Wil Turner (Orlando Bloom), Elizabeth Swann (Keira Knightley) en uiteraard de man die het eerste deel tot zo’n succes maakte: Captain Jack is back, en wederom subliem vertolkt door Johnny Depp.

Non-stop actie

Het fijne van een vervolg, dus ook bij deze film, is dat er vrijwel geen tijd besteed hoeft te worden aan het introduceren van personages. De helden en hun metgezellen zijn al bekend, waardoor de film minder verhaal en meer actie kan bieden. Bijna non-stop actie: zwaardgevechten, gevechten met kannibalen, kanongevechten en zelfs een gevecht op een enorme losgeslagen watermolen.

Alleen de nieuwe slechteriken hebben een introductie nodig. Bill Nighy is Davy Jones, een man die meer inktvis is dan mens, met krabbenscharen als handen. Jones is uit op de ziel van Captain Jack, en krijgt daar hulp bij van het Scandinavische mythische wezen Kraken, een gigantisch octopus-achtig monster, en een schip vol met walgelijk misvormde zeelieden die hun ziel aan hem zijn verloren. Intussen probeert de wat menselijker schurk Lord Beckett Sparrow achter de tralies te krijgen. Hij schuwt er niet voor bepaalde mensen voor zijn karretje te spannen.

Muziek

~

Dead Man’s Chest straalt weer net zoveel sfeer uit als The Curse of the Black Pearl. Het schip van Davy Jones, The Flying Dutchman, ziet er grandioos uit, nog mooier dan de Black Pearl, die uiteraard ook niet ontbreekt. De aankleding van kostuums en sets is weer dik in orde en de muziek van maestro Hans Zimmer maakt het allemaal compleet. Meeslepende piratenmuziek en een effectief theme dat steeds terugkeert tijdens de actiescènes kunnen aan hem worden overgelaten. Het is wel jammer dat veel van de slaven van Davy Jones zo uit de computer zijn weggelopen. Een wat menselijker uiterlijk had hen beter uit de verf doen komen.

Doordat dit het middelste deel is, moeten er een aantal verhaallijnen op touw gezet worden, die later afgewerkt kunnen worden. De film raakt bijvoorbeeld een hoop tijd kwijt aan het bij elkaar brengen van de drie hoofdpersonages. Dat is meteen het grootste probleem van Dead Man’s Chest: de tijd. De film is met tweeënhalf uur gewoonweg te lang. Regisseur Gore Verbinski (ook op de regiestoel van het eerste deel) wil te veel, waardoor er nu scènes inzitten die gemakkelijk op de montagetafel hadden kunnen sneuvelen – leuk juist voor op de dvd. Een ontmoeting met een kannibalenvolk bijvoorbeeld is grappig, maar absoluut niet essentieel voor het verhaal. Ook kleine subplotjes hadden simpel het leven kunnen laten; geen haan die er naar gekraaid had.

Legende

De filmmakers hebben hun best gedaan ook dit keer weer wat weetjes in hun film te stoppen. Kleine grapjes als de man die waterspuwend uit een put wordt gehaald – zoals dat ook te zien is in de Disneyland-attractie, waarop de films geïnspireerd zijn. Maar ook de naam van Davy Jones: in de zeevaartwereld bekent als de duivel van de zee. ‘Davy Jones’ Locker is een eufemisme voor de dood op zee vinden. Ook zijn schip de Flying Dutchman is overgenomen uit legendes van de zee: een spookschip dat nooit meer naar huis kan keren. In de film mag Davy Jones maar eens per tien jaar aan land.

~

Deel twee heeft meer actie, meer speelduur, meer personages en meer verhaallijnen dan het eerste deel. Maar meer is niet altijd goed, want het eerste deel blijft absoluut onovertroffen, zoals dat ook al was bij de Back to the Future– en Matrix-films. Maar de meer donkere sfeer, Captain Jack en het centrale plot maken dat deze film zeker niet slecht is en met recht een zomerblockbuster genoemd mag worden. Want er is geen twijfel mogelijk: dit wordt hoe dan ook een enorme hit. Het is alleen maar uitkijken naar hoe het gapende open einde wordt weggewerkt in het derde deel. Nog een laatste tip: blijf wederom zitten tot na de aftiteling!