Doen alsof voor volwassenen
LARP, live action role playing, is doen alsof je een fantasiewezen bent. Re-enactment is het naspelen van historische veldslagen. Scenarioschrijver en regisseur Denis Dercourt gooide beide vormen van ‘doen alsof voor volwassenen’ bij elkaar en bedacht een verhaal over een groep mensen die een historisch bataljon naspelen, maar die zelf mogen weten hoe de veldslag verloopt.
De combinatie is niet logisch. Òf je speelt een veldslag na, òf je verzint je eigen fantasiewereld. Waarschijnlijk maakt Dercourt deze keuze voor Demain dès l’aube vanwege de tegenstrijdigheden die het oplevert. In de eerste scène, waarin een duel wordt uitgevochten, waan je je in een kostuumfilm, maar de volgende speelt zich af in de moderne tijd. Die vervreemding werkt de hele film lang, bijvoorbeeld als sommige soldaten nog in kostuum rondlopen, terwijl anderen hun spijkerbroek al aan hebben.
Vervlochten werelden
Demain dès l’aube gaat in feite over twee broers en hun strijd tegen de buitenwereld. Hoewel volwassen, woont Paul nog steeds bij zijn moeder. In zijn vrije tijd doet hij alsof hij onderdeel uitmaakt van het tweede regiment onder Napoleon. Zijn broer Matthieu heeft het beter voor elkaar: hij is een bekend concertpianist, gezegend met vrouw en kind. Maar Matthieu zou, zoals het gaat in dit soort verhalen, wel eens de minst gelukkige van de twee broers kunnen zijn. Als hij besluit om tijdelijk bij zijn broer en moeder in te trekken, komt hij met de fantasiewereld van Paul in aanraking. Die blijkt nogal nauw verweven met de normale wereld. Als Matthieu intekent bij het regiment, heeft die vervlechting verstrekkende gevolgen.
De spanning in La tourneuse des pages, Dercourts vorige film, was heel simpel opgebouwd: vanaf de allereerste scène wist je dat er iets heel naars stond te gebeuren. Demain dès l’aube maakt een omtrekkende beweging, om bij dezelfde premisse uit te komen. Je weet al snel: dit kan niet goed gaan. De visuele middelen waarmee Dercourt die sensatie probeert op te voeren, zijn in Demain dès l’aube echter nogal clichématig. Zo grossiert hij in over the shoulder shots, die gecombineerd met een onheilspellend muziekje een bepaalde dreiging suggereren. Eerst verschijnt er een schim aan de horizon, dan kiest de camera voor het gezichtspunt van die schim, en dan blijkt er eigenlijk niets aan de hand.
Fantasieloze stijlmiddelen
Net als in La tourneuse des pages bepaalt klassieke muziek de sfeer, niet alleen in de soundtrack, maar ook als onderdeel van het verhaal. Gezien Matthieus professie valt te verwachten dat hij bij een schermduel een vinger zal verliezen, ongeveer zoals dat in The Piano gebeurde. Daardoor staat er meer op het spel. De rol van de muziek is echter al net zo afgezaagd als de beeldtaal in de film. Te veel scènes eindigen met een emotioneel pianodeuntje, dat niet slechts een deel van de soundtrack blijkt te zijn, maar een inleiding tot een scène waarin Matthieu achter zijn instrument zit. Door dergelijke fantasieloze stijlmiddelen verbleken de angstgevoelens waarnaar Dercourt zo hard op zoek is en die hij tijdens andere momenten, met name tijdens de schermduels, wel degelijk weet op te roepen. Uiteindelijk blijkt de film net zo ambigu als het originele maar onlogische uitgangspunt.