8WEEKLY

Stripdocumentatiecentrum Nederland

Artikel: De strip en zijn verre voorlopers gedocumenteerd in Amsterdam

Het Stripdocumentatiecentrum Nederland (SDCN), veertig jaar geleden op initiatief van Het Stripschap en de Universiteitsbibliotheek van de Universiteit van Amsterdam opgericht, is verhuisd naar een nieuwe locatie. Was het centrum voorheen gevestigd aan het Singel in de Universiteitsbibliotheek te Amsterdam, nu maakt het deel uit van de nieuwe Bibliotheek Bijzondere Collecties, op 11 mei officieel geopend door koningin Beatrix. Deze bibliotheek is gevestigd aan de Oude Turfmarkt in een aantal historische panden, die geschikt zijn gemaakt voor het bewaren van zeldzame en kostbare boeken. Zo staan de oude en bijzondere strips gebroederlijk naast incunabelen, zeldzame en kostbare 16e, 17e en 18e eeuwse boeken. 8WEEKLY vroeg Jos van Waterschoot, beheerder van het SDCN, dit bijzondere instituut verder in te leiden.

De Universiteitsbibliotheek van de UvA maakt sinds enkele jaren werk van zijn stripcollectie, waarvan ook mijn functie getuigt. Maar ook de beschikbaarheid van een bescheiden budget voor het aanschaffen van strips en secundaire literatuur. Sinds de herstart is er veel gebeurd. De collectie wordt beschreven in het landelijke bibliotheeksysteem PICA, zodat iedereen die in Nederland in een grote bibliotheek komt, kan zien wat het SDCN allemaal heeft. Dat is nog beperkt, want met het toekennen van signaturen zijn we gevorderd tot en met de strips die met de letter J beginnen. Toch is gebleken dat het aanbod de vraag opwekt. Steeds vaker worden er strips opgevraagd en ter beschikking gesteld. Steeds meer uitgevers en musea vragen om materiaal of zoeken de samenwerking, waardoor het belang van het centrum bevestigd wordt.

Centsprenten

~


De hernieuwde aandacht bij de Universiteitsbibliotheek voor strips komt overigens niet uit de lucht vallen. Het is usance in de wereld van de grote bibliotheken zich te onderscheiden met specialisaties. De Universiteitsbibliotheek van Amsterdam is van oudsher sterk op het gebied van wat ik voor het gemak maar even ‘plaatjes’ noem. Zo is er een grote verzameling emblemata, boeken met prentjes die middels een kort rijmend tekstje en vaak ook een Latijnse spreuk de mensen iets moesten leren. Daarnaast heeft de Universiteitsbibliotheek een grote prentenverzameling en een flinke verzameling centsprenten. De centsprent was een typisch 18de en 19de eeuws verschijnsel. Aan de hand van een reeks plaatjes met korte tekstjes eronder werden verhaaltjes verteld, soms grappige, dan weer moralistische, een andere keer historische verhalen. De centsprenten kunnen met recht een directe voorloper van het stripverhaal worden genoemd.

Het is dus niet een impuls van buitenaf geweest die de stripcollectie van de Universiteitsbibliotheek van Amsterdam naar het middelpunt van de belangstelling heeft gehaald, maar een impuls van binnenuit. Dankzij de eerste succesjes van het SDCN is men er van overtuigd geraakt dat er meer belangstelling voor strips bestaat dan men aanvankelijk dacht, zodat het SDCN ook daadwerkelijk recht van bestaan heeft. En niet alleen vanuit het binnenland blijkt die belangstelling. Ook internationaal publiek weet het SDCN te vinden. Dit jaar meldden zich in korte tijd onderzoekers uit Tsjechië, Polen en Duitsland.

Samenwerking

Is het SDCN een instituut dat het hele land bedient? Dat kan en zou het moeten doen. Maar dan is er meer samenwerking nodig met en ondersteuning van andere instellingen zoals het Stripmuseum, de Koninklijke Bibliotheek in Den Haag en andere instituten die stripcollecties beheren. Die samenwerking is nog summier. Gelukkig weten we elkaar te vinden en zijn er contacten, maar een goed beeld van wie wat verzamelt en wie zich waar mee bezig houdt is er niet echt. Hier valt nog veel winst te behalen.

Hopelijk duurt het niet lang meer voordat het SDCN beter en vaker onderzoekers, uitgevers, collega-instellingen behulpzaam kan zijn met bronnenmateriaal voor onderzoek of publicaties. Of met materiaal voor mooie tentoonstellingen.

Jos van Waterschoot is naast beheerder van het Stripdocumentatiecentrum Nederland, ook conservator van het Multatuli Museum en secretaris van Het Stripschap, Nederlands centrum voor belangstellenden in strips. Hij is tevens publicist en redactioneel medewerker. Zo was hij betrokken bij de geïllustreerde uitgave van Woutertje Pieterse van Jan Kruis.