Onverschillig aan bommen voorbij
De roman Donderhart van Thomas Blondeau speelt zich af ten tijde van de zelfmoordaanslagen in Londen, 2005. Meer dan handvat voor de plot is dat gegeven niet. Blondeau ziet duidelijk geen ‘clash of civilizations’, maar veeleer een cultuur die aan haar eigen teloorgang schouderophalend voorbij gaat.
De hoofdpersoon van Donderhart is Vlaming Max Gosset. Als journalist van het tijdschrift Criterion vergaarde hij enige roem door een scoop die de val inluidde van een staatssecretaris. Max vindt het eervol voor Criterion te schrijven, maar zijn werk staat vooral in het teken van promotie. Het liefst nog maakt hij de overstap naar de televisie.
Max Gosset woont samen met Véronique, een zelfstandige vrouw die er niets in ziet te gaan trouwen. Verder leiden ze een heel gewoon, burgerlijk leven, hun liefde is een sleur. De grote liefde van Max is Eva, inmiddels zangeres in een internationaal optredende band. Sinds hun relatie verbroken is, heeft Max er alles aan gedaan Eva te vergeten.
Max Gosset gaat nooit de deur uit zonder zijn mp3-speler. Uit de dopjes in zijn oren hoort hij louter klassieke muziek, van bedaagde deuntjes als Händels bekende sarabande tot het moderne ‘Chasing sheep is best left to shepherds’ van Michael Nyman. Max is geen muzikale fijnproever. Hij luistert enkel naar klassieke muziek, omdat popmuziek een te grote kans biedt op herinneringen aan Eva.
Bedreigde cultuur
De westerse cultuur wordt in elk geval niet bedreigd vanuit islamitische hoek, als je af moet gaan op Donderhart. Tijdens zijn aanwezigheid in Londen besluit Max een artikel te schrijven over de bomaanslagen. Hij bezoekt daarvoor ook een moskee, stelt de imam een aantal standaardvragen en krijgt dito antwoorden. Haatzaaiende imams? Je mag je niet buiten de Britse wet plaatsen. Een interview met een politicus, priester, popzanger zou niet anders verlopen zijn: een uitwisseling van beleefdheden. Politiek correcte antwoorden, doorvragen is niet nodig.
Privézorgen
Dat moet het verontrustende zijn: de gelaten wijze waarop de intelligente journalist Max Gosset routinematig zijn artikel schrijft, met geen ander doel dan het behagen van zijn hoofdredacteur. Voor hem staat er blijkbaar niets op het spel nu extremisten bommen laten ontploffen. Niets, behalve datgene wat behoort tot zijn persoonlijke levenssfeer.
Want zorgen maakt Max zich meer dan goed voor hem is. In Londen treft hij na jaren Eva weer, gaat zelfs bijna met haar naar bed, maar vlucht dan van haar weg. Of Véronique wel een waardige vervangster is voor Eva, daaraan twijfelt hij. Dat hij maar snel genoeg op televisie komt als een tweede reeks bomaanslagen Londen treft, daar maakt hij zich druk om. Of de aanschaf van zijn nieuwe polshorloge wel een verantwoorde uitgave is, dat zet zijn hersenen wel in werking.
Je hoeft in de islam geen barbaarse ideologie te zien die erop uit is het Westen te vernietigen, om je te verwonderen over Max’ gebrek aan betrokkenheid. Even, in gesprek met een Engelse journaliste, komt de vraag aan de orde. ‘Waarom verdragen de Londenaren dit eigenlijk?’ De journaliste reageert vermoeid en vindt het prikken van een tomaatje op haar bord veel interessanter.
Aansprekend decor
Goed beschouwd kent Donderhart alleen maar personages als Max Gosset. Allemaal hebben ze de grenzen van de wereld beperkt tot hun eigen blikveld. Zelfs Max’ oude studievriend Timo, eens een veelbelovend denker en wetenschapper, koos ervoor bedrijfsleider te worden van een biologische supermarkt. Treffender verbeelden kan niet: praktisch idealisme als symptoom van een samenleving die kennis geringschat en cultuur gelijk stelt aan vermaak.
Het geterroriseerde Londen is bij Blondeau niet meer dan een aansprekend decor waartegen de eigen, vervallende cultuur scherp afsteekt. De personages in Donderhart prijzen de liefde niet, achten kennis en kunst niet hoog en waarderen de welvaart niet. De pijlers van de westerse beschaving worden met name via Max ondergeschikt gemaakt aan de alledaagse beslommeringen van het individu en het strelen van het ego.
Cultuurpessimisme
Dat is een sombere visie, maar het bijzondere aan Donderhart is dat het geen sombere roman is. Het cultuurpessimisme wordt je bepaald niet opgedrongen. Max is weliswaar een ambitieuze, egocentrische, onverschillige, ijdele, laffe, consumerende, kleinburgerlijke westerling, zomaar een uithangbord voor de bespiegelingen van de schrijver is hij beslist niet.
Sterker, het is maar de vraag of Thomas Blondeau wel zoveel negatieve cultuurkritiek in zijn roman heeft willen stoppen. Met een beetje goede wil zou je in Donderhart zelfs een aansporing kunnen lezen wel te kiezen voor de grote liefde, ware kunst en het oprecht verzilveren van talenten. Onaangenaam wordt de roman daarom nooit, zelfs niet als je je gezonde verstand gebruikt en het geëtaleerde cultuurpessimisme op haar weinige waarde juist weet te schatten.