Hartkloppingen
.
De Amerikaanse auteur Peter Cameron schreef eerder De stad waar je tenslotte aankomt en Andorra. Hij groeide op in New Jersey en Londen. Cameron heeft lesgegeven op Columbia, Sarah Lawrence en Yale. Voor het tijdsbeeld van Een ongewoon huwelijk liet de auteur zich inspireren door twintigste-eeuwse Britse schrijvers, zoals Barbara Pym en Elizabeth Taylor.
Stille intensiteit
Twintigste eeuw, jaren vijftig. Verpleegster Coral Glynn wordt aangesteld op Hart House om de stervende mevrouw Hart te verzorgen. Haar zoon majoor Clement Hart is verminkt geraakt in de oorlog en leidt een afgezonderd bestaan. Wanneer de oude dame overlijdt, vraagt hij Coral ten huwelijk. Hij beschouwt dit als een laatste kans op een fleuriger leven, want als verpleegster zal Coral zich niet snel laten afschrikken door zijn littekens. Coral is alleen op de wereld en accepteert het huwelijksaanbod.
Clement vertelt zijn oude jeugdvriend – en ex-geliefde – Robin over zijn voorgenomen verbintenis en deze is meteen enthousiast. Robin is zelf getrouwd met de praatgrage Dolly en houdt van haar omdat dat Clement gelukkig maakt, die realistisch genoeg is om vol te houden dat een volwaardige relatie tussen de twee mannen onmogelijk is. Robin ziet Clement graag aan de vrouw, omdat hun verhaal dan echt, onoverkoombaar over zou zijn en ze quitte zouden staan.
Maar op Corals schouders rust ondertussen een geheim en ze heeft de nodige twijfels over de trouwerij. Daar komt nog bij dat de huishoudster niet blij is met de huwelijksontwikkelingen en zij Coral verdenkt van de moord op een meisje. Het resultaat van deze drie lijnen is niets dan verrassend en stelt een tijdloos dilemma ter overdenking: kiezen voor een rustig leven of wachten op de storm, op de hunkering? Wat rest er nog aan dromen als de tijd van passie al voorbij is?
Subtiele eenvoud
Coral is, hoewel onsympathiek door haar directheid en koppigheid, een moedige jongedame. Een doorzetter, wat in de jaren vijftig ook wel nodig was zonder familiale achterban. Jonge vrouwen van de werkende klasse waren kwetsbaar door hun onwetendheid en naïviteit. Een ongewoon huwelijk suggereert slechts dat Coral veel naars heeft meegemaakt, maar dit onnoembare creëert juist de meest boeiende passages. Deze gedeeltes laten de lezer enkele prachtige glimpen opvangen achter de Britse stijfheid van de jaren na de oorlog.
De parels in deze roman zijn dan ook de vluchtige, seksueel getinte interacties tussen Coral en haar vorige werkgever en haar latere liefje. Hetzelfde geldt voor de vriendschap-met-bijbedoelingen tussen Clement en Robin. Ook de momenten dat de bom barst, de confrontaties, zijn werkelijk heerlijk onvoorspelbaar en wat betreft de dialogen vreselijk sterk. Een waar genot om te lezen.
Een ongewoon huwelijk is in al z’n eenvoud prachtig droevig en melancholisch, met een onverwachte spanningshoek door de brute moord op een kind. Toch laat deze roman je naar meer hunkeren; de subtiliteit is onbevredigend. De meest hartkloppingswaardige momenten – de (her)ontmoetingen en uitspattingen – passeren met te veel vaart de revue. Het is een te bescheiden, maar prikkelende roman die naar méér doet verlangen.