Boeken / Fictie

Een smakeloze worst

recensie: A.L. Snijders - De incunabel

In het voorjaar van 1994 gaat in huize A.L. Snijders de telefoon. Of de schrijver een novelle wil schrijven voor een Gelderse stichting. Niet wetend dat er een hete, inspiratieloze zomer voor de deur staat, zegt hij toe. Die novelle wordt De incunabel.

Nu, zeventien jaar na dato en met een Constantijn Huygens Prijs en een bijbehorende landelijke bekendheid op zak, is uitgeverij Thomas Rap (een imprint van De Bezige Bij) in hoog tempo het oude werk van A.L. Snijders aan het heruitgeven. Zo ook De incunabel, een novelle die eigenlijk te dun is om een zelfstandige uitgave te verantwoorden. Als toegift krijgt de lezer er daarom zes columns bij (zkv’s, in het Snijders-idioom), die reflecteren op de totstandkoming van de novelle.

Het Lot
De incunabel vertelt het verhaal van de jonge onderzoeksstudent David Offenberg, die een leven lang binnen de lijntjes van zijn lotsbestemming kleurt. Soms dreigt hij er even buiten te raken, bijvoorbeeld als hij verliefd wordt op slagersdochter Carola, maar dan helpt het Lot een handje mee door haar hem te laten afwimpelen. Als hij een incunabel (wat is dat ook alweer, een incunabel? Snijders zou willen dat je het nu opzocht in het woordenboek. Maar vooruit. Het is een boek uit de begintijd van de boekdrukkunst) van onder zijn snelbinders laat glippen en een tram het kostbare boek dreigt te vernietigen, is hij net op tijd om het voor de wielen weg te grissen. In het leven van David Offenberg komt alles altijd wel min of meer op z’n pootjes terecht.

Zijn broer Piet is een beloftevolle medicijnenstudent, een roeier en een getapte jongen binnen het dispuut van zijn studentenvereniging. Zijn leven is een rollende steen die, eenmaal op gang, nauwelijks nog te stoppen is. Zijn weerzin tegen te veel voorspelbaarheid in het leven mondt uit in een beslissing vol dramatiek: op weg naar zijn laatste mondelinge toets voor het behalen van zijn doctoraal, wandelt hij vol vertrouwen de andere kant op, naar het station. Geen doctoraal, geen villa in Aerdenhout, geen huisarts. Liever werkt hij voor een hongerloontje in een verffabriekje in België.

Gebruiksaanwijzing
Snijders werkt naar een climax toe die nergens zijn beslag krijgt. Het centrale gegeven in het verhaal – de brief van Piet aan zijn jongere broer en de herinneringen die die brief bij David oproept – wordt overdadig versierd met weinig ter zake doende en afleidende uitwijdingen. Het thema in De incunabel is dat van de ontnuchtering: wie risico’s neemt, gaat ten onder. Wie zich enigszins willoos laat meevoeren door het leven, komt het verst. Een interessante en treurige vaststelling, die Snijders echter onvoldoende uitwerkt. Het einde, waarin de verdere levensloop van zowel hoofd- als bijpersonages in een paar korte alinea’s wordt afgehaspeld, komt op z’n zachtst gezegd uit de lucht vallen.

De reden van deze tekortkomingen worden in het tweede deel van het boekje uit de doeken gedaan. De zes columns over de totstandkoming van de novelle zijn een verademing. Eerlijk, duidelijk en met veel humor beschrijft Snijders de worsteling met het verhaal dat maar geen novelle wil worden, de strenge mevrouw van de stichting die hem opbelt als de deadline overschreden is en de noodgrepen die hij toepast om toch maar aan het benodigde aantal woorden te geraken. De novelle, aldus Snijders, is een worst, waar hij al het materiaal dat hij vindt in propt om hem toonbaar te maken. En de zkv’s dan? Die zijn een gebruiksaanwijzing bij het lezen, het bonusmateriaal op de DVD.

Buiten adem
Snijders is een prachtschrijver, dat bewijzen de zkv’s, die hij nog altijd dag in, dag uit schrijft. Ook de stukjes achter in De incunabel getuigen van een combinatie van een heldere geest in combinatie met een subtiele pen. In De incunabel heeft hij zich echter verslikt in zijn literaire pretenties. De werken van een bevriende neerlandicus, die enige lijn in het verhaal moest aanbrengen, zijn onvoldoende gebleken. De sprinter uit de zkv’s was halverwege zijn verplichte langeafstandsloop al compleet buiten adem.