Festival a/d Werf 2009
Het resultaat mag er zeker zijn. Internationaal vermaarde gezelschappen zoals Rimini Protokoll, dat bij de vorige editie helaas moest afzeggen, en Gob Squad staan naast producties van eigen bodem. 8WEEKLY trekt er ook dit jaar weer op uit en zal vanaf deze plek verslag doen van dit festival.
Lees nu de recensies van:
Beertourist – Wunderbaum | Moscow – Berlin | Ziener – Bente Hamel | Rechter kan niet – Floris van Delft | NO99 – Hot Estonian Guys | 8WEEKLY zag eerder
Manchester United goes East
Beertourist – Wunderbaum
Restaurant ’t Weeshuis, Utrecht • 28 mei 2009
In Beertourist maak je kennis met Dave en Dave, twee onvervalste Manchester United-supporters. Ze zijn naar Odessa (Oekraïne) gereisd voor een goedkope zuip- en neukvakantie. De dialoog wordt energiek gespeeld door Wunderbaum-acteurs Walter Bart en Matijs Jansen. Zij reisden vorig jaar zelf af naar Odessa om daar deze voorstelling te maken en te spelen in lokale kroegen en voor een lokaal publiek. Nu spelen ze Beertourist gelukkig ook in Nederland.
Bart en Jansen spelen de twee lompe fans met verve. Met een consequent volgehouden accent en over het algemeen te hard pratend, becommentariëren ze alles en iedereen die ze tijdens hun vakantie tegenkomen. Alleen de vrouwen bevallen hen wel. Hun groteske spel is niet alleen erg grappig, maar ook direct herkenbaar. Hun kort-door-de-bocht manier van redeneren raakt heel wat clichés en vooroordelen.
Tegen de achtergrond van de naderende Europese verkiezingen, wordt deze voorstelling even nog actueler. Vragen dringen zich op als: wat maakt Europa nu eigenlijk Europa? Wat is het wezenlijke verschil tussen wel en niet toegetreden landen? En staat Europa niet eigenlijk gewoon gelijk aan West-Europa? Zoals het Wunderbaum betaamt wordt op die vragen geen antwoord gegeven, maar is het aan de toeschouwer om hier over na te denken. Het maakt van Beertourist een fraaie beschouwing in een vermakelijk jasje. (Suzanne Groenland)
Terug naar boven
Aardappels en kaviaar
Moscow – Berlin
Griftpark, Utrecht • 27 mei 2009
Het valt wel op. Midden in het Griftpark staat de grote rode tent van de Vlaamse groep Berlin. In deze speciaal voor hen gemaakte tent tonen zij hun nieuwste productie Moscow. De groep profileert zich met filmische en theatrale stadsportretten. Na Bonanza, een portret van een dorpje met slechts zeven permanente bewoners, heeft Berlin nu een portret gemaakt van Moskou. En let op, volgens de inwoners is Moskou niet hetzelfde als Rusland. Het zijn twee verschillende landen.
Binnenin de tent word je als publiek omgeven door beeldschermen. Op deze schermen zie je beelden van de stad en interviews met de bewoners ervan. Toch doe je deze productie met enkel het label ‘documentaire’ absoluut tekort. Soms worden op alle schermen dezelfde beelden getoond, maar vaker zie je overal iets anders. De manier waarop de beelden zich tot elkaar verhouden is heel vernuftig. Bijna als acteurs in een theatervoorstelling kunnen de verschillende schermen elkaar aanvullen, versterken, tegenspreken of nuanceren. Ondanks dat je vrij bent om zelf te bepalen waar je naar kijkt, word je blik subtiel gestuurd door het gebruik van beweging en geluid. Wat de compositie die je op die manier als toeschouwer maakt verrijkt, is de soundtrack onder de beelden. De muziek wordt live gespeeld door een strijkkwartet en pianist. Een bijzondere ervaring.Moskou blijkt een stad met enorme verschillen tussen arm en rijk. Verhalen van mensen die een restaurantrekening van 200 dollar beschamend goedkoop vinden staan tegenover de verhalen van mensen die niet eens een fatsoenlijke avondmaaltijd kunnen betalen. Een scala aan bewoners met verschillende achtergronden komt aan het woord. Zo is er een wetenschapster die zich bezig houdt met kankeronderzoek, maar toch niet genoeg salaris krijgt om rond te komen. In de avonden klust ze daarom bij als schoonmaakster. Of de circusdirecteur die een gebroken been overhield aan zijn confrontatie met de corruptie in de stad. Het is alleen jammer dat je van sommige mensen net te weinig informatie krijgt over hun achtergrond. Daardoor is het soms lastig om in te schatten vanuit welk perspectief ze precies spreken. Ontroerend is dat ergens in het portret doorschemert dat deze mensen ondanks alle problemen toch van hun stad houden. Ondanks de kritische analyses van hun situatie blijven ze Moskou trouw. Wat je ziet is eigenlijk vooral een wil tot verbetering. (Suzanne Groenland)
Terug naar boven
Van het ene huis in het andere
Ziener – Bente Hamel
Stadhuisbrug, Utrecht • 22 mei 2009
Stel je voor: je komt thuis en je ziet een schilderij aan de muur hangen. Een schilderij dat daar volkomen natuurlijk hangt, terwijl je zeker weet dat je het zelf niet opgehangen hebt. Je loopt op het schilderij af en je ontdekt dat het jouw huis is, dat op het schilderij is afgebeeld. Maar er is een belangrijk verschil: het afgebeelde huis is een ruïne…
Gezeten op een krukje, turend in een grote, huisvormige kijkdoos, krijg je dit verhaal te horen. En het gaat nog verder, want – zo vertelt de verteller je – je hebt het schilderij zelf gemaakt, jouw handtekening staat eronder. Je rukt het schilderij van de muur, breekt door de muur heen en achter de muur zie je een hutje staan, waarin verfspullen blijken te liggen. Je stapt in een gat door de rotte planken, valt erdoorheen en raakt bewusteloos. Je ontwaakt in je eigen huis, dat nu echter overwoekerdis door planten en op instorten staat. Als kijker voel je je gevangen in een Russische pop in een pop in een pop. Het in de kijkdoos aanwezige miniatuurhuisje/hutje en de diverse spiegels maken het poppenspel compleet.
Ondanks dat het spookverhaal niet bijster origineel is, is de uitwerking dat wel. De toeschouwer zit op een krukje op een tochtige locatie, met een koptelefoon op en een doek over het hoofd in een kijkdoos te koekeloeren. Het feit dat je de geluiden om je heen maar half hoort, geeft al een beklemmend gevoel en het voyeuristische gegluur draagt daar aan bij. Plus dat er tegenover je nog iemand zit die je voortdurend onherroepelijk in de ogen kijkt. Dit zorgt ervoor dat als de verteller je zegt dat je handen klam zijn, je ook daadwerkelijk zin krijgt om in je handen te wrijven.
Het enige minpunt aan Ziener is dan ook wellicht dat het zo kort is: binnen twintig minuten is het voorbij en word je met een tik op je schouder weer terug in de werkelijkheid gebracht. En dan? Naar huis. Hopen dat het er nog net zo bijstaat als je het achter hebt gelaten…
Ziener is tot 30 mei te zien aan de Stadhuisbrug te Utrecht. (Rianne Werring)
Terug naar boven
Vlotte discussie
Rechter kan niet – Floris van Delft
Huis a/d Werf, Utrecht • 21 mei 2009
Ben jij dader of slachtoffer? Dit is de eerste vraag waar je als toeschouwer van Van Delfts theatrale debat mee wordt geconfronteerd. Onderwerp van het debat is de rechtspraak in Nederland. Aan de hand van de treinkaping in Wijster uit 1975 wordt onderzocht in hoeverre de rechtspraak veranderd is ten opzichte van ruim dertig jaar geleden en in hoeverre dat rechtvaardig is. In een prettig hoog tempo laten de drie acteurs eerst de belangrijkste feiten over de treinkaping passeren, om daarna de aandacht te verleggen naar het proces van de daders. Zij vragen zich af of de Molukse kapers een hogere straf zouden krijgen als ze in 2009 berecht zouden worden. Interessant daarbij is de avondrechter, een rol die iedere avond door een andere gast wordt ingevuld. In dit geval was dit hoogleraar criminologie Willem de Haan, die in zijn werk dagelijks te maken heeft met rechtspraak. Zijn bijdragen geven de theatrale discussie een hele concrete bodem.
Het debat dat de acteurs met elkaar aangaan zit handig in elkaar. Alle kanten van het fenomeen rechtspraak worden belicht en op een vlotte manier komen alle voors en tegens aan bod. Fijn is dat te lange verhandelingen tegengegaan worden door de wendingen in het betoog. Maar ondanks dat de acteurs de aandacht goed vast weten te houden, is het allemaal net iets te netjes. De acteurs lepelen hun teksten net iets te vlot op en conflicten voelen net iets te geënsceneerd aan. Dat maakt de voorstelling net wat braaf. De meest spannende momenten zijn de momenten waarop het geënsceneerde even op scherp wordt gezet, bijvoorbeeld wanneer iemand uit het publiek zijn mening mag geven of wanneer de avondrechter het woord krijgt.
Rechter kan niet leidt niet alleen tot een inhoudelijk debat over de rechtspraak, maar zorgt ook voor een heel ander gesprek. In deze voorstelling is namelijk de dooddoener ‘preken voor eigen parochie’ zeker aan de hand. Het publiek in de zaal bestaat immers uit hoogopgeleide mensen die allemaal gewend zijn om kritisch na te denken. Daardoor is geen enkel gebruikt argument nieuw of verrassend. Ondanks dat de gedachtegang in de voorstelling sterk is, is het de vraag of dit theatrale debat niet beter tot zijn recht zou komen in een andere omgeving en voor een ander publiek. (Suzanne Groenland)
Terug naar boven
Absurde kerels uit Estland
NO99 – Hot Estonian Guys
Theater Kikker, Utrecht • 21 mei 2009
De bevolking van Estland telt nog maar negenhonderdduizend zielen en een vrouw krijgt er gemiddeld nog slechts 1,4 kind. En omdat dat te weinig is om de Estlandse cultuur in stand te houden, komen zeven mannen op het idee om een club op te richten die zoveel mogelijk vrouwen bezwangert. Op een gegeven moment zit een van de zeven voor te rekenen hoeveel kinderen iedere man moet verwekken: 3,2 per dag. ‘That’s a lot of fucking‘, merkt een van de clubleden droog op.
Iedere scene wordt geïntroduceerd door harde rockmuziek en een dia met daarop een tekst als Training: the art of seduction of Strategy. De openingsscene toont ons twee mannen, waarbij de een de ander informeert over het feit dat hij diens vriendin zwanger heeft gemaakt, waarop een verbaal gevecht volgt. Het probleem is echter dat de acteurs Ests spreken – vandaar dat de toeschouwers een koptelefoon hebben gekregen en een vrouw achter een bureau de tekst razendsnel voor de toeschouwer vertaalt. De snelheid zorgt er echter wel voor dat de vertaling monotoon is en er vaak geen duidelijkheid over bestaat wie nu precies wat zegt. Dat mag de pret echter niet drukken, want de voorstelling is ondanks dit grote mankement goed te volgen en boeit ook – tot een van de laatste scènes ontaart in een ellenlange discussie over nationalisme en ethiek. De vertaalster slaagt er daar niet in om het tempo van de acteurs bij te houden en de acteurs slagen er niet in om de discussie te doorspekken met hun eerdere humor. En dat is jammer.
Als toeschouwer merk je dat de acteurs – ondanks dat ze het nationalisme op de hak nemen – graag over hun land spreken en ze niet voor niets folkloristische dansen in het stuk verwerkt hebben. Hilarisch is de scene waarin twee leden van de club voor behoud van het Estlandse volk een Russisch persbureau opzoeken en proberen geld los te peuteren voor hun kinderen. Want hoe verander je zwangerschappen en veelwijverij in een businessplan? En nog belangrijker, hoe leg je een paar Russen uit dat het van belang is dat de Estlandse bevolking groeit, terwijl de Russen ruim een derde van de Estlandse bevolking vormen en ze de absolute elitegroep in het land zijn? De Esten proberen met de Russen te sympathiseren en hen te paaien met eigen voorbeelden, als dat niet lukt roept een van de twee Esten uit: ‘Wat doen jullie Russen eigenlijk in ons land? Als jullie er niet waren geweest, hadden wij dit project niet nodig gehad!’. (Rianne Werring)
Terug naar boven
8WEEKLY zag eerder
Dries Verhoevens De Grote Beweging zagen we reeds in 2006 op het Bossche theaterfestival Boulevard. Op het Groningse Noorderzon Performing Arts Festival zagen we in 2005 Gob Squad met Super Night Shot. In de Blind Date-serie kun je interviews lezen met Floris van Delft en Hanneke de Jong.