Ostalgie en Spreewaldgurken
Tachtig wilde-ie. En liever niet veel meer. Het was 1996 en ik was net samen met mijn huisgenoot in Oost-Berlijn de trotse eigenaar geworden van dat symbool van DDR-knulligheid dat zich verschool achter een wolk zwarte prut en de naam Trabant. Gaten in de bodem, niet-functionerende remmen, een handgestuurde ruitenwisser, de acceleratie van een reumatische pissebed en een radio die het systematisch vertikte iets anders te doen dan Pools op 90 decibel te tetteren: het was een verschrikking.
Onweerstaanbaar truttig
Waarom dan die belangstelling voor het DDR-verleden? Ik denk dat de uitvinding van het idee ‘camp’ daar veel mee te maken heeft. De DDR mag dan grauw en troosteloos zijn geweest, ze was ook bijna onweerstaanbaar truttig: de strijkfineren panelen, de in bloemen neergezette communistische emblemen, de mobiele rookwolken waarin ergens een auto verscholen ging: kneuterigheid spettert er vanaf en maakt de Arbeiter- und Bauernstaat tot een dankbaar object voor nauwelijks verholen spot.
Dat de voormalige DDR-burgers daar soms wat pissig op reageren, is te begrijpen. Deels omdat het de draak steekt met henzelf en met dingen die ze veertig jaar voor dierbaar hebben gehouden, maar ook omdat op deze manier de minder prettige trekjes van het regime wat weggepoetst lijken te worden. Hoe kun je Walter Ulbricht als misdadiger zien als diezelfde Ulbricht hilarische ochtendgymnastiek-achtige filmpjes in elkaar draaide? Waarom zou de Stasi een bedreiging zijn als hij gerund werd door een seniele bedwaterende bejaarde? Maar de Stasi was een terreurapparaat en Ulbricht was een misdadiger.Coma
Wolfgang Beckers grootste prestatie met Good Bye, Lenin! is misschien nog wel dat hij die valkuilen zo goed weet te omzeilen. Good Bye, Lenin! is een komedie die niet alleen de DDR op de hak neemt, maar ook de inderhaast in elkaar gefiguurzaagde Duitse eenheidsstaat die daarna de tent overnam. Het gegeven is wat onwaarschijnlijk: De moeder van een demonstrant (voormalig DDR-filmcoryfee Katrin Sass) raakt in november 1989 in coma, mist dus de hele eenwording en komt een klein jaar later in een nieuwe staat weer bij.
Geen probleem, zou je zeggen. Maar moe was een overtuigd DDR-burgerin en ze is nog extreem zwak – de geringste schok kan fataal zijn. Dus houdt zoonlief Alex (Daniel Brühl) met plakband en paperclips de illusie in stand dat de DDR niet alleen nog steeds bestaat, maar dat ze de strijd met de Westbuur zelfs aan het winnen is. Het is de spanning tussen het streven van de zoon en de genadeloos oprukkende werkelijkheid die de dynamiek van de film bepaalt. Het appartement ligt namelijk in het midden van een snel veranderende hoofdstad. Een flatgebouw voor het raam van moeder wordt voorzien van Coca-Cola-spandoek en dient zo snel mogelijk weer uit het gezicht te worden gehaald. Vrienden zetten speciaal voor Alex’ moeder een journaal in elkaar waarin we mensen naar de muur zien lopen – de indruk wordt alleen gewekt dat ze naar het Oosten gaan.
De scepsis en argwaan die Becker moet hebben overwonnen om Good Bye, Lenin! te maken was groot, om begrijpelijke redenen. Maar de film heeft noch de Wessis, noch de Ossis teleurgesteld, gezien de hoge bezoekersaantallen aan beide zijden van de voormalige Muur. En wie een politiek-correcte compromisfilm verwacht komt bedrogen uit: de eigenaardigheden van beide culturen wordt haarscherp neergezet, van de DDR-ambtenaar met kadavermentaliteit tot de Westduitse Burger King-filiaalchef die naar Oost-Berlijn is geparachuteerd. Recensenten in Berlijn merkten al op dat Oost en West om verschillende grappen lachten en je kunt je goed voorstellen waarom. Dat de film daarbij nergens zijn scherpte verliest of kapittelend wordt, is een grote prestatie.Charmant
Maar heel veel van de charme wordt ook bepaald door de manier waarop Becker de jonge Alex volgt. Dat hij daarbij gebruik maakt van het soort trucjes waar stadgenoot Tom Tykwer ook groot mee werd zij hem vergeven, want Good Bye, Lenin! is een oneindig veel evenwichtiger en charmantere film dan Tykwers Lola Rennt. De sympathie en spanning die Becker weet op te wekken is echt en verzandt nooit in een stripverhaal.
We hebben zelf even moeten wachten (in Duitsland trekt de film sinds februari al volle zalen), maar het succes over de oostgrens en elders heeft de distributeurs en gelukkig toe gebracht ook ons een blikje te gunnen op het beste van de Duitse cinema van het afgelopen jaar. Misschien toch eens vaker doen?