Allesvernietigende liefde

Ze danst tot ze erbij neervalt: een extatische dodendans lijkt het wel. Dan pas voelt Phaedra echte en ware gevoelens. Gevoelens van liefde voor haar stiefzoon Hippolytus die zich alles wat zij hem biedt laat gebeuren zonder enig wederzijds gevoel. Als ze hem niet kan krijgen, beschuldigt zij hem van verkrachting en beneemt ze zich van het leven. Hippolytus wordt gezocht door Theseus, de man van Phaedra, en andere leden van het hof. Nu pas gaat hij leven – voor hem zijn alleen extreme prikkels echt en eerlijk. Nu is hij tenminste iemand. Een verkrachter zijn is beter dan niemand zijn.
Phaedra’s Love is de enige bewerking van een klassieke tekst die Sarah Kane, de Britse auteur van dit stuk, maakte. Toen zij op 28-jarige zelfmoord pleegde, liet ze een klein, maar indrukwekkend, oeuvre achter. Ze debuteerde in 1995 met Blasted, dat door zijn buitensporige agressiviteit een grote rel veroorzaakte. Sarah Kane vond die ophef hypocriet, omdat men niet verontwaardigd was over het geweld, maar over het getoonde geweld. Haar werk kenmerkt zich dan ook door de grote mate van fysiek en verbaal geweld tussen haar personages. Kane werd bij Phaedra’s Love geïnspireerd door de rauwe schrijfstijl van de Romeinse schrijver Seneca.
Eén groot hart
~
Marie-Louise Stheins speelt de wanhopige Phaedra, die door haar allesvernietigende liefde voor Hippolytus tot waanzin wordt gedreven, met verve. Ze geeft zich volledig aan deze, toch zeer fysieke, rol. Haar tegenspeler, Merijn de Jong, overtuigt met zijn vertolking van Hippolytus. De apathie en verveling stralen van hem af. Maar als Hippolytus eenmaal begint te leven, is er een bepaalde fonkeling in zijn ogen, een soort van spelgenot, die maakt dat hij overtuigt. De overige acteurs vallen bij deze twee hoofdrolspelers een beetje in het niet. Hun rollen zijn van ondergeschikt belang en dat merk je in het doffe spel van de acteurs.
Ontroostbare leegte
~
Dat is haar niet helemaal gelukt. De voorstelling blijft een onsamenhangende aaneenschakeling van scènes. Sommigen, zoals de eindscène waarin Hippolytus aan de schandpaal genageld wordt, duren te lang en weten nauwelijks te shockeren. In de afstandelijke scènes, waarin de acteurs op droge toon vertellen welke gruwelheden vervolgens gaan plaatsvinden, weet Kennedy daarentegen dat gevoel van leegte, dat zo onmiskenbaar uit het werk van Kane spreekt, te raken. Deze techniek creëert een afstand – tussen acteur en tekst – die gevoelsmatig aansluit bij de onoverkoombare leegte. Een prachtig voorbeeld is de scène waarin Phaedra op de brandstapel ligt (in dit geval de tandartsstoel) en Theseus haar tevergeefs probeert op te tillen. Zij herhaalt, op een bijna robotachtige wijze, de woorden: ‘Maar hij huilt niet. Maar hij huilt niet.’
Phaedra’s love wordt vaak als Kane’s meest onvolwassen stuk gezien. Kennedy’s bewerking verandert daar weinig aan. De onevenwichtigheid staat het beter begrip van de bedoeling van dit toneelstuk in de weg. Wat overblijft is een gevoel van medelijden. Wat zielig voor die Phaedra en Hippolytus en indirect voor Kane.
Phaedra’s love van het Nationale Toneel is nog te zien tot en met 17 maart 2007. Klik hier voor meer informatie en speellijst.