Meer dan alleen allochtonenhumor
Op de Parade zijn ze al een aantal jaar een groot succes met hun voorstellingen waarin ze het ene typetje na het ander spelen. Maar de jongens van De Varkenfabriek kunnen meer dan alleen korte sketches vol allochtonenhumor. Dit seizoen staan de Marokkaanse Karim El Guennouni en Mohammed Azaay in de theaters met hun tweede avondvullende voorstelling Spreekuur. Naast de bekende grove grappen over Marokkanen en kaaskoppen zit de voorstelling ook dramatisch sterk in elkaar.
Groter geheel
Net als bij hun eerste voorstelling De Varkensfabriek vond het duo Leopold Witte bereid om de voorstelling te regisseren. Witte heeft veel ervaring met het regisseren van cabaretvoorstellingen en dat is goed te merken aan het dramatisch verloop van de voorstelling. Doordat de acteurs constant van typetje veranderen, bestaat het gevaar dat nauwelijks nog te volgen is wie wie is. Bovendien lopen ze met die snelle overgangen het risico een soort aaneenschakeling van korte scènes te maken waarbij een dramatische opbouw ontbreekt. De strakke regie zorgt ervoor dat de hilarische situaties ook onderdeel zijn van een groter geheel waarbij gerefereerd wordt aan allerlei andere genres dan de komedie.
Verschillende genres
Spreekuur verwijst naar het beroep van één van de hoofdpersonages in de voorstelling. Tarik is de oudste zoon van de overleden eigenaar van een koffiehuis. Hij ging psychologie studeren en werd daarom door zijn vader het huis uitgezet. Wanneer zijn vader overlijdt keert hij terug naar zijn ouderlijk huis om zijn familie te condoleren. Tarik kan niet aan een baan komen omdat hij Marokkaan is, maar ondertussen heeft hij zijn handen vol aan het luisteren naar verhalen van zijn broers en vaste klanten van het koffiehuis. De familie-intriges lopen hoog op waardoor de voorstelling af en toe wat weg heeft van een waar huiskamerdrama. Maar als ontdekt wordt dat pa door moord om het leven is gekomen, transformeert het stuk tot een echte whodunnit.
Briljant spel
De eerste tien minuten van het stuk hebben de mannen een beetje moeite om erin te komen. Wanneer ze van type veranderen, vertellen ze dit als zichzelf aan het publiek. Dit komt een beetje geforceerd over en is bovendien onnodig. Azaay en El Guennouni spelen de personages subtiel maar briljant. Op andere momenten werken de epische technieken erg goed. Bij wijze van intermezzo verschijnen tussen de bedrijven door de tweelingzusjes van Tarik. Met een mysterieus muziekje op de achtergrond geven ze commentaar op de tekstschrijvers en de acteerprestaties van hun tegenspelers (zichzelf dus). Hoewel er op deze momenten even uit het stuk wordt gestapt, gaat dit niet ten koste van de vaart van de voorstelling.
Pretentieloos
Zonder pretentieus te zijn, levert De Varkenfabriek een controversiële voorstelling af. Taboes worden doorbroken en de Marokkaanse toeschouwers (hun aanwezigheid is sowieso al een prestatie op zich) lachen om het hardst om de insidersjokes in het Arabisch. Het Nederlandse publiek kan alleen maar raden naar de inhoud van deze grappen. Zoals de Surinamer in het stuk al zegt: “Alle aandacht gaat uit naar de Marokkanen”. En dat is in dit geval helemaal niet erg!
De voorstelling Spreekuur is nog tot en met 12 mei 2007 te zien. Zie: www.grunfeld.nl