Theater / Achtergrond
special: Verslag Oerol festival, 16-18 juni

Verliefd worden op Terschelling

~

‘Ben jij nog nooit op Oerol geweest? Dat festival is helemaal jouw ding!’ Nadat dit de afgelopen vijf jaar door veel mensen tegen mij is gezegd, ben ik dit jaar overstag gegaan. Ik ga het weekend van 16 tot en met 18 juni naar Oerol, want dat schijnt het kunstparadijs op aarde te zijn. Mijn humeur is goed en de verwachtingen zijn hooggespannen. Ik heb een goed jaar uitgekozen voor mijn Oerol-debuut, want het festival bestaat 25 jaar. Het thema dit jaar is Landverhuizers, geïnspireerd op mensen die heimwee hebben naar het thuisland en met hun komst invloed hebben op de taal, de muziek en het leven van de lokale bevolking.

Hoewel het landschap prachtig, het weer heerlijk en de bevolking vrolijk is, vind ik Oerol de eerste dag vooral mysterieus. Er schijnen Oerol-paspoorten te zijn en het festival heeft zelfs een eigen betaalmiddel: de Oero. Wat me op mijn aankomstdag vooral bezighoudt, is mijn zoektocht naar dat leuke vermaak wat me aan alle kanten is beloofd. Op mijn gehuurde fiets ploeter ik van hot naar her opzoek naar vertier, wat me erg zwaar valt (logisch als je vooral fanatiek niet sport). Gelukkig heb ik vanavond wel al een voorstelling op het programma staan, dus is het eigenlijk gewoon een kwestie van afwachten. In de tussenliggende tijd kijk ik in een enorme schuur naar Nederland-Ivoorkust, want ook op Terschelling houden ze van voetbal.

Na de wedstrijd is het dan eindelijk tijd voor mijn eerste Oerol-sensatie. Zoals ik van mijn Oerol-minnende vrienden heb begrepen, zijn op Oerol vooral korte voorstellingen te zien. Nou, zo’n voorstelling kan ik deze avond om 21:00 uur nog nèt hebben, rozig als ik ben van de fikse wind. Vol goede moed pendel ik dan ook naar de Rederijloos voor
Van de Frisse
van Growing up in Public.

Foto: Ingvilb Molenaar
Foto: Ingvilb Molenaar

Van de Frisse
Van de Frisse speelt zich af in een studentenhuis waar politieke meningen volop geuit worden. Er wordt aan een stuk door gebrald, gezopen, geneukt en gedebatteerd. Meiden zijn matrassen en in plaats van ‘Proost’ klinkt ‘Van de Frisse’. Corpsballengedrag over the top dus. We maken kennis met twee bewoners van het huis waarvan Van Aartsen duidelijk de underdog is en Hermans met zijn ellenlange politieke monologen de macht in het studentenhuis lijkt te hebben. Tot bewoner Lont binnenkomt en meteen duidelijk is dat hij de ware leider in het huis is. Wanneer zich op een dag een Belg bij het huis aandient om daar te komen wonen en niet lang daarna een Duitser, zijn in no time alle rollen anders verdeeld. Van de Frisse is vooral een lang stuk, zeker in een koude loods op harde banken. Er wordt goed (over)geacteerd en wat opvalt is dat de spelers fysiek erg sterk zijn. Niet alleen zitten er balletachtige elementen in, de spelers blijken ook bijzonder lenig! Moeiteloos wordt Van Aartsen in een badkuip dubbelgevouwen en ook het matras wringt zich in bijzondere bochten. Het is een prettig stuk waarin alle tegenstellingen uit de linkse en rechtse politiek verenigd zijn. Een scène waarin de Belg een grote gelijkenis met Jezus vertoont, is even subtiel als confronterend. Apart om zo’n serieuze voorstelling in een tochtige loods te zien op houten banken. Al zal het in een behaaglijk theater allemaal beter tot zijn recht komen.

Na een goede nacht, begin ik mijn tweede Oerol-dag uiterst opgewekt. De sfeer zit er goed in en eindelijk krijg ik het verwachte Oerol-gevoel. Omdat ik vlak naast het centrale Oerol-terrein bivakkeer, word ik al vroeg gewekt door vrolijke muziek. Het terrein is een kruising tussen De Parade en Lowlands. Overal klinkt muziek, spelen bandjes, vertonen kunstenaars hun talenten en heerst er een en al vrolijkheid. Het mobiele naaiatelier versiert kledingstukken, iedereen zit heerlijk te eten en te drinken en bij de Cinemacyclette zet een man op een hele hoge fiets een film in beweging.

Foto: Jordi Bover
Foto: Jordi Bover

Roman Photo
De eerste voorstelling die ik deze zaterdag ga bekijken is van Compañìa Gran Reyneta. Ze spelen het stuk Roman Photo dat al bij theatergroep Royal de Luxe in 1987 in première ging. Midden in de duinen staat een grote tribune opgesteld voor een heel groot speelvlak. Op dit speelvlak staan vooral veel props, rekwisieten en ijzeren stellingen. Deuren, ladders, nepplanten, een auto, opgestapelde kartonnen dozen… Het wekt een hoge verwachting, die volledig waargemaakt wordt. We bevinden ons op de set waar een fotoroman wordt opgenomen. Twee regisseurs, een man en een vrouw, nemen plaats achter microfoons waar vandaan zij aanwijzingen geven. Vervolgens komen onder luid gejuich de sterren van de roman op. Zoals het op elke set gaat, wordt iedereen eerst uitgebreid gezoend, worden er ongemeende complimenten uitgedeeld en proberen de figuranten in een goed daglicht te komen. Nog voor het spektakel van start gaat is het stuk al hilarisch door de subtiele, geheel realistische, trekjes die de acteurs, maar ook de medewerkers op de set hebben. Dan wordt het fotoframe klaar gezet en kan het verhaal beginnen. In sneltreinvaart wordt in dat frame een romantisch verhaal verteld en nemen de acteurs op aanwijzing van de regisseurs steeds verschillende houdingen aan. Ze vertellen soms in het Spaans, soms in het Engels en soms zelfs in het Nederlands wat er zich op die foto afspeelt en schreeuwen ‘Foto!’ als er geflitst moet worden. De acteurs flirten met de camera, stunten, gedragen zich als verwende sterren en halen de meest vreemde capriolen uit. Zo wordt bijvoorbeeld het licht gemeten in het fotoframe (terwijl de voorstelling dus in de openlucht speelt), is er iemand speciaal voor het aangeven van de tissues als iemand moet huilen op de foto en krijgt een te kleine acteur telefoonboeken onder zijn voeten gebonden omdat hij anders niet goed in het frame verschijnt. Bij een topshot (een foto van bovenaf), worden de spelers met tafel en al op hun kant gezet zodat het publiek er van bovenaf op kijkt, mensen en voorwerpen worden in de fik gestoken en het verhaal eindigt met een gruwelijke moord. De grote groep acteurs is ontzettend goed op elkaar ingespeeld, heeft een perfecte timing (moet ook wel, anders gaat het helemaal mis) en je blijft als toeschouwer een uur lang met een lach op je gezicht zitten. Alles is zo overdreven en toch wordt het nooit flauw. Een voorstelling die je echt niet mag missen als je naar Oerol gaat.

Beeld: Kuno Bakker
Beeld: Kuno Bakker

Schuur
Daarna is het tijd voor Schuur van Dood Paard. Gewoon bij mensen thuis, zet ik mijn fiets op het erf. Kalfjes springen in het gras, kinderen rennen rondom het huis en in de schuur die op het landgoed staat, wordt de voorstelling gespeeld. En eigenlijk is dit precies wat ik me had voorgesteld bij Oerol. Terwijl de zwaluwen kwetterend door de ruimte vliegen maken een man (Ruprecht) en een vrouw (Thalassa) de balans op van hun leven. Ze zijn vanuit de stad naar een eiland vertrokken voor een beter leven. En om los te komen van een geheim. Een vriendin van de vrouw, Tex, is verongelukt en het stel voelt zich medeschuldig aan het ongeluk. Maar over het hoe en waarom moeten we tot de ontknoping van het verhaal wachten. Er wordt in deze voorstelling goed gebruik gemaakt van de omgeving. Er wordt uit het raam getuurd, er wordt verteld hoe verrot de schuur waarin ze wonen eigenlijk is en hoe het leven op het eiland is. De vrouw en de man zijn uit elkaar gegroeid, dat is duidelijk. Alles draait om het geheim dat ze met zich meedragen. Bijzonder is dat de voorstelling nog niet helemaal af is. Een aantal keer moet de acteur gesouffleerd worden en de versprekingen van beiden zijn niet te tellen. Maar juist in zo’n intieme omgeving, voelt het als een voorrecht dat je erbij bent geweest.

Als ik na de voorstelling een ommetje maak door een van de dorpen, word ik steeds verliefder op het festival. Op iedere hoek staan straatartiesten, overal wordt muziek gemaakt en een man voor een kerk lokt met een bel iedereen naar binnen. Kees Posthumus vertelt in het kerkje naar eigen interpretatie het verhaal van de Ark van Noach. Hij maakt hierbij gebruik van een aantal eenvoudige voorwerpen zoals koffers en paraplu’s. Leuk om deze voorstelling van een half uurtje gratis mee te pikken.

Music Hall

~

Mijn laatste Oerol-voorstelling vindt ook op een bijzondere plek plaats: Orkest De Volharding speelt samen met acteur Joep Onderdelinden de voorstelling Music Hall in de kerk van het Terschellingse plaatsje Hoorn. In deze kerk vertelt Joep Onderdelinden over de tocht van een conciërge vanaf de kelder, via verschillende etages naar zijn eigen huis. Het zijn korte stukjes tekst, die niet veel indruk maken, maar wel leuk verteld worden. Echt bijzonder in deze voorstelling is het dertienkoppige orkest dat onder leiding van een jonge dirigent de sterren van de hemel speelt. Alles ademt mystiek. Niet alleen door het kerkhof voor de kerk, maar ook door het tijdstip (23:00 uur), de smalle kerk, de akoestiek en de kerkbankjes. Onderdelinden vertelt aan de hand van kartonnen borden wie er allemaal in het appartement wonen. Daarna speelt het orkest steeds een stuk muziek, geïnspireerd op de persoon of de situatie waarover Onderdelinden vertelt. Het is een rustige voorstelling waarbij je heerlijk kunt wegdromen op de filmische muziek van orkest De Volharding.

Na deze laatste voorstelling van mijn weekend heb ik een heel goed beeld gekregen van wat er allemaal op Oerol te beleven is. Van onverwacht poppenspel tot serieus theater en van acrobatiek tot doordringende dialogen; alles lijkt verenigd op Terschelling. Volgend jaar trek ik er een week voor uit om nog meer van dit festival te kunnen genieten. Tot die tijd zal ik dit keer zelf degene zijn die dit heerlijke festival bij Oerol-leken promoot!

Het Oerol-festival duurt nog tot en met 25 juni.