Regisseur Wayne Wang heeft de meeste bekendheid verworven met Smoke (1995) en het geïmproviseerde Blue in the Face (1995). Dat succes heeft hij sindsdien niet meer weten te evenaren en het is aannemelijk dat hij daarom zijn toevlucht heeft gezocht in feelgood movies – op het gevaar af dat hij het vertrouwen van de studio’s zou verliezen.
Joie de vivre
Georgia Byrd (Queen Latifah) is een schuchtere vrouw die als verkoopster werkt in een groot warenhuis. Ze is niet tevreden over haar bestaan, maar omdat ze te onzeker is om daar iets aan te veranderen kan ze alleen dromen van een beter leven. Haar levenshouding verandert echter drastisch als ze te horen krijgt dat ze nog maar een maand te leven heeft. Hierop neemt ze al haar spaargeld op en maakt ze een reis naar Tsjechië, waar ze haar intrek in een peperduur hotel neemt. Georgia went al snel aan de aangename kanten van een luxe leven en geleidelijk aan zien we haar veranderen van een grauwe huismus in een heuse bourgondiër. Haar joie de vivre werkt aanstekelijk en ze wordt al vrij snel populair onder de gasten en het personeel van het hotel. En passant deelt ze wat levenslessen uit, waardoor ze een blijvend spoor van geluk achter zich laat. Het zal niemand verbazen dat het toch goed met haar afloopt.
Prettig vermaak
Het heeft geen zin om dit lichtvoetige vermaak te vergelijken met Waynes eerdere werk. Sociaal-maatschappelijk commentaar blijft beperkt tot wandtegeltjeswijsheden en de karakters zijn allen stereotypen. De film is een remake van het gelijknamige origineel uit 1956 en dat is waarschijnlijk ook de reden dat we de gebruikte clichés al van mijlenver aan zien komen. Van enige oorspronkelijkheid kan de film dan ook niet beschuldigd worden. Maar het gebrek aan diepgang is geen reden om hem direct af te keuren. Latifah speelt de metamorfose die Georgia ondergaat heel overtuigend en ook de rest van de cast speelt naar behoren. Zorgvuldig hoogte- en dieptepunten ontwijkend, kabbelt het verhaal aan onze ogen voorbij. En dat is prettig vermaak voor wie daar van houdt. Wel storend zijn de kluchtige momenten en de geforceerde afronding waarin alle eindjes nog even netjes aan elkaar worden geknoopt.