Op bedevaart naar Amersfoort
Je huis staat in lichterlaaie, je schip raakt op woeste wateren in de problemen of je krijgt een oogontsteking. Wat doe je dan? In de Middeleeuwen hoefde je maar een bedevaart naar Maria in Amersfoort te beloven en alles was opgelost. Het Amersfoortse Mirakelboek heeft 542 van deze wonderen verzameld.
In de vorm van korte verhaaltjes worden de mirakelen beschreven. Mediëvist Dick de Boer en neerlandicus Ludo Jongen hebben met In het water gevonden. Het Amersfoortse Mirakelboek de wonderen uitgegeven en hertaald. Tevens voorzagen zij het boek van een inleiding over de historische en religieuze achtergrond van de verhalen.
Een beeldje onder het ijs
In 1444 vond dienstmaagd Margriet in Amersfoort een beeldje van Maria onder het ijs. Onze Lieve Vrouw kon in veiligheid worden gebracht en in de honderd jaren die volgden, werden wonderen waargenomen, aan Maria toegeschreven en opgetekend. Drie handschriften uit het begin van de zeventiende eeuw bleven bewaard.
Al in 1946 verscheen er een uitgave van dit middeleeuwse mirakelboek, van de hand van Piet Lukkenaer. De Boer en Jongen konden, in tegenstelling tot Lukkenaer, voor de nieuwe publicatie gebruikmaken van het Brussels handschrift. Deze versie, van de hand van de Antwerpse jezuïet Heribert Rosweyde, bood oplossingen voor tekstuele problemen van de andere twee overgeleverde handschriften. Daarom namen De Boer en Jongen de Brusselse editie als uitgangspunt voor hun uitgave.
Naast een weergave van de oorspronkelijke tekst wordt er ook een hertaling gegeven. Dat is geen overbodige luxe, want hoewel het Middelnederlands in grote lijnen wel te volgen is, mis je vaak de nuances. De hertaling in modern Nederlands is daarom prettig, ook al dreigen sommige woorden (‘flirten’) af en toe een beetje uit de middeleeuwse toon te vallen.
Met een wassen beeld op bedevaart
Genezingswonderen verrichtte Maria het meest, blijkt uit het boek: in 43 procent van de gevallen werden mensen weer gezond gemaakt. Op ruime afstand volgen wonderen bij onder meer verdrinking en schipbreuk. Soms zorgen de mirakelen voor hardop gegniffel. Zo was er een man met een gezwel aan zijn anus, die beloofde met een wassen beeld in de vorm van de tumor op bedevaart naar Amersfoort te gaan. Of wat te denken van een Engelsman wiens been helemaal zwart was geworden? Hij dacht ’s nachts te horen dat hij op bedevaart naar Amersfoort moest vertrekken, ‘hoewel hij niet eens wist waar Amersfoort lag’.
Het Amersfoortse Mirakelboek is niet bepaald een pageturner. Doordat elke vertelling grofweg hetzelfde is opgebouwd – een persoon uit een bepaalde plaats heeft een probleem en dat wordt opgelost door een bedevaart naar Onze Lieve Vrouw te beloven – ligt een zekere verveling op de loer. Maar dat kan eenvoudig worden opgelost door af en toe een paar wonderen te lezen. Op die manier vallen de details in de verhalen ook meer op en krijg je oog voor het leven van alledag. De inleiding biedt daarvoor interessante aanknopingspunten, net als de afbeeldingen die bij de wonderen zijn afgedrukt. Het mirakelboek is daarom niet eens zozeer een aanrader voor degenen die geïnteresseerd zijn in middeleeuwse mirakelen, als wel voor de lezer die een kijkje in het laatmiddeleeuwse leven in de Nederlanden – en soms ook daarbuiten – wil nemen.