Kleurrijke details en fletse bewoordingen
Na zijn twee voorgaande albums, die zich afspeelden in de swingende en stomende jazzwereld, tapt Philip Paquet voor zijn nieuwe tweeluik uit een ander vaatje. De auteur neemt ons op sleeptouw door de straten van het huidige New York. Daar maken we kennis met Yume, een Japanse vrouw. Haar wereld beweegt zich tussen haar appartement, waar ze samenwoont met man en zoonlief, en de grillroom waar ze haar arbeidzame uren doorbrengt. Al snel wordt duidelijk dat de dagelijkse beslommeringen overschaduwd dreigen te worden door een aantal bizarre gebeurtenissen. In rap tempo wordt de lezer deelgenoot gemaakt van de bloeddorstige en verraderlijke perikelen binnen verschillende Japanse clans. In de tussentijd bouwt Philip Paquet middels flashbacks en tussenshots een brug tussen New York en Tokio, tussen heden en verleden.
Zo zijn we getuige van het verleden van Yume, die na de moord op haar moeder naar Amerika is gebracht om opgenomen te worden in een pleeggezin, ver weg van de wrede clanleden. Maar eens te meer wordt duidelijk dat niemand kan vluchten voor de slagschaduw van zijn verleden. De kern van het verhaal wordt gevormd door haar zoontje Kumo. Deze kleuter is voorbestemd om opgeleid te worden tot Oyabun, de onbetwiste leider van de clan. Dat deze beslissing is genomen zonder medeweten van de ouders, behoeft hier geen betoog. En om de intrige compleet te maken, is niet iedereen binnen de clan hier even gelukkig mee. Wat volgt is een gewelddadige en meedogenloze strijd om de macht.
Dooddoener
Grafisch ziet Yume er erg aantrekkelijk uit. Met speels gemak schildert de auteur de verschillende passages en geeft ze de juiste vaart mee. Vooral in de actiescènes toont hij zijn vakbekwaamheid en op de juiste momenten worden kleurrijke details toegevoegd om de toonzetting in de bewuste scènes te benadrukken. Maar ondanks deze fraaie vormgeving kan het verhaal zelf maar nauwelijks boeien. Niet in de laatste plaats wordt dit veroorzaakt door de eendimensionale karakters. Geen van de personages komt echt goed uit de verf. Ze zijn compleet inwisselbaar. Daar komt bij dat geen van hen zich weet los te rukken uit de klauwen van de auteur die ze totaal ondergeschikt heeft gemaakt aan de plot. Beduusd ondergaan ze de gebeurtenissen zonder er zelf echt deel van uit te maken. Hier en daar mogen ze hun woede of verwondering uiten in fletse bewoordingen, maar daar blijft het bij. Zo komt de vader van Kumo na diens ontvoering door Japanse schurken niet verder dan de stoere dooddoener: “Zij zullen boeten voor hun daden. Dat beloof ik je, Yume.” Om over Oosterse tegeltjeswijsheden als: “Verandering is de kern van het leven” nog maar te zwijgen.Zielloze entiteit
Verder is de context van het verhaal al vaker en beter verteld dan Philip Paquet tot nog toe gedaan heeft. Niet alleen de karakters maar ook de verwikkelingen lijden aan een clichématige inborst. Voorspelbaarheid is het gevolg. Wat overblijft is een zielloze entiteit die met geen enkele mogelijkheid nog tot leven kan worden gewekt. Het is te hopen dat hij zich zal revancheren met het tweede deel. Al moet gevreesd worden dat dit huzarenstukje zelfs voor een begenadigd auteur als Philip Paquet te hoog gegrepen zal zijn.