Een rijtje jaartallen

Wie aan Napoléon denkt, ziet een klein, wat lomp en driftig mannetje staan. Een Fransmannetje dat zichzelf tot keizer kroonde, half Europa doortrok en heel Europa zijn wil oplegde. De Napoléon uit de miniserie Napoleon is inderdaad een klein en wat lomp Fransmannetje dat heel Europa heeft doorkruist, maar veel meer ook niet. De duurste Europese miniserie ooit (ruim 40 miljoen euro) is vooral een emotieloos verslag van het leven van dat kleine lompe mannetje. Nu op een DVD van ruim drie uur, zonder enige extra’s.
~
Al in het eerste kwartier zie je waar het geld aan op is gegaan: talloze kostuums en zorgvuldig gedecoreerde sets, lokaties als kasteeltuinen, paleizen en buitenhuizen en John Malkovich, Isabella Rosselini en Gérard Dépardieu. De grote namen en uitbundige sets hebben waarschijnlijk zoveel gekost dat er geen budget meer was voor fatsoenlijke belichting, computereffecten, een goede scriptschrijver en een betere regisseur.
Geen geel
Voila: in één alinea alle voor- en nadelen opgesomd. Op zich ziet het er prachtig uit. De kostuums zijn weergaloos. Wie het schilderij van de kroning van Napoléon bestudeert en de film bekijkt, ziet de kleding precies gekopieerd (Leuk ook trouwens dat dat schilderij ook een klein rolletje in de film heeft). De kastelen en paleizen en uitgestrekte tuinen zijn allemaal echt: ik geloof zelfs dat ik een van de zalen van Versailles herkende. Het maakt de beelden rijk. Voeg daarbij de bij vlagen verrassende camerastandpunten en een inventieve montage en het project Napoleon lijkt niet meer stuk te kunnen.
Maar al die pracht en praal wordt teniet gedaan door een zielige belichting die hoegenaamd niets tot zijn recht laat komen. Alles wordt een grauwe eenheid, zonder ergens een accent. De kleuren zijn de hele film door buitengewoon flets en blauwig, alsof iemand het knopje kleurverzadiging op minimaal heeft gezet en allergisch was voor de kleur geel.
Sneeuwbeeld
~
Bevroren shot
Kunnen de acteurs die abominabele beelden dan nog redden? Het had gekund, maar geen enkele acteur lijkt zich te haasten of te forceren. Regisseur David Grubin heeft ze niet echt achter de vodden gezeten. Zinnen worden opgelezen met een ontstellende leegheid. De dialoogschrijver heeft ook niet meegeholpen: “Wee jou en wee mij voor deze lage daad.”
De hoofdrol wordt vertolkt door Christian Clavier, in eigen land bekend als Astérix uit de gelijknamige film. Een komiek dus, maar zijn onbetekenende vertolking van Napoléon maakt me warm noch koud. Er zit niets in. Het lijkt me veelzeggend genoeg dat een close-up van Napoléon die naar de verschrikkingen van het slagveld staart, een bevroren shot is. Blijkbaar kan Clavier niet lang genoeg staren, en al helemaal niet met emotie erin.
Op Isabella Rosselini is weinig tot niets aan te merken, behalve dan dat ze er bij vlagen onweerstaanbaar uitziet, maar nog veel vaker oud, gerimpeld en aan de forse kant, wat Napoléons vrouw Josephine niet ten goede komt. John Malkovich is eveneens lelijk in zijn rol van buitenlandminister en opperkamerheer Talleyrand. Hij speelt een morsige en kreupele versie van Valmont (uit Dangerous Liaisons) en lijkt zich allesbehalve in te spannen voor zijn acteerwerk.
Allegaartje
~
Rijtje jaartallen
Een film over Napoléon is alleen interessant wanneer de kijker leert waarom allerlei dingen gebeuren en waarom hij iets deed. De geschiedenis houdt zich steeds minder bezig met wat er gebeurde en hoe, maar wel met de oorzaken en gevolgen ervan. Dát maakt geschiedenis interessant, niet het stampen van jaartallen. Napoléon is te vergelijken met zo’n rijtje jaartallen: droog, inhoudsloos en globaal en je leert er niets van.
Voor de echte liefhebbers is Napoleon ook te koop als dubbel-dvd met daarop de zes uur durende (!) versie van de miniserie.