Festival HartsTocht
.
Ook dit jaar doet festival HartsTocht van Het Zuidelijk Toneel, als afsluiter van het theaterseizoen, weer een aantal Brabantse en Limburgse steden aan. Tilburg is het toneel voor de aftrap, waarna ook Breda, Eindhoven, Den Bosch, Roosendaal en Heerlen aangedaan zullen worden.
‘HartsTocht’: dat schept verwachtingen en leent zich voor vele interpretaties. In de woorden van Matthijs Rümke, artistiek leider van HZT: ‘Ons hart ligt er in, en zo mag het heten ook.’ Theater recht uit het hart dus, maar het is meer dan dat. HartsTocht is de kans voor jonge, nieuwe theatermakers om zich aan het publiek voor te stellen en voor de meer ervaren vaklui om te experimenteren met nieuwe teksten en inzichten. Rümke: ‘Dit festival maakt het mogelijk om onze dromen te realiseren.’
HartsTocht is ook een festival van de stad. Het is een tocht langs de theaters van de stad en soms vormt de stad ook letterlijk het toneel voor deze voorstellingen. Sommige voorstellingen zijn al af en zullen volgend theaterseizoen in de theaters staan, terwijl andere nog erg in de kinderschoenen staan en nog een hele weg af moeten leggen voordat ze op het repertoire komen. Of u nu gaat voor een voorproefje van het komende theaterseizoen, wilt genieten van nieuw talent, of wilt ontdekken welke geheimen van de stad de voorstellingen bloot zullen leggen, HartsTocht is een festival naar het hart van iedere theaterliefhebber.
Wat festival HartsTocht anders maakt dan andere festivals, is dat het wordt georganiseerd door één club, namelijk Het Zuidelijk Toneel. De acteurs hebben een zeer druk weekend achter de rug omdat ze dan weer in de ene, dan weer in de andere voorstelling stonden. Na een paar voorstellingen zijn het dus bekende gezichten geworden. Van de ene kant komt het festival daardoor over als een beetje klein en beperkt, maar van de andere kant geeft het ook een soort ‘familiegevoel’. Na drie dagen voelt het alsof je de acteurs persoonlijk kent en wordt het steeds verrassender te zien in de huid van welk personage ze straks weer zullen kruipen.
Ook moet HartsTocht vooral worden gezien als een interessant kijkje in de theaterkeuken. Veel voorstellingen zijn als het ware previews van wat ooit een echt theaterstuk moet worden. Hierdoor verlaat je als publiek soms een beetje onverzadigd een locatie omdat je het idee hebt dat er nog zoveel meer te zien en te beleven is. Toch is HartsTocht zeer de moeite waard, deels vanwege de zeer intieme sfeer en deels omdat je getuige bent van een heel proces. En geef toe, hoe vaak krijg je die kans?
Kijk voor het speelschema op www.hzt.nl.
Lees nu de recensies van: Gemaakt om te vergeten | Analemma | Free Radicals/Artist in Residence | Nannies only | Halverwege omgedraaid | Een [vooralsnog] schuchtere verhandeling over de angst voor genot | Humeuren van de stad
Schijnbaar affe voorstelling mag onderhuidserAnalemma – Tekst: Marcel Osterop / Regie: Matthijs Rümke
Theater op locatie, Tilburg • 24 mei 2009
Daar zit je dan, net als half Nederland op een terrasje, lekker in het zonnetje, mensen te kijken. Het verschil tussen jou en de andere genieters is dat jij je ervan bewust bent dat er zich voor je een toneelstuk afspeelt waar de rest van het winkelend publiek geen weet van heeft.
Analemma van Marcel Osterop zit midden in de repetitiefase en dat is dus ook precies waar je als publiek terecht bent gekomen: in een repetitie. De eerste voor publiek. Een vertelster met mooi Vlaams accent richt onze aandacht op de jongen met de rode capuchon die een boek staat te lezen. Intussen geeft zij achtergrondinformatie over de verschillende mensen die er langslopen of -fietsen. Het is een spel. Een spel voor het publiek om uit te vinden welke mensen er nu bij het stuk horen en wie er zomaar onbewust in een toneelstuk terecht is gekomen. En een spel om te zien of en hoe onbedachtzame voorbijgangers op dit alles reageren. ‘Wat nou als iemand die acteur met de landkaart aanspreekt om hem te helpen zijn weg te vinden? Dat kan niet de bedoeling zijn.’ Totdat door de koptelefoon klinkt: ‘Dames en heren, hier spreekt de regisseur. Kunnen alle acteurs zich hier even verzamelen alsjeblieft.’ Wat volgt zijn tips over timing, de locaties en de manier waarop bepaalde zinnen gezegd dienen te worden, waarna het stuk weer wordt opgepakt vanaf een eerder punt.
Na een half uurtje is het weer voorbij en staat een volgende groep klaar. In deze korte tijd is echter al wel duidelijk dat het hier gaat om een leuk en interessant theaterexperiment met veel potentie. Het samenspel van vertelster, acteurs en onwetende passanten is spannend en intrigerend en daagt je als publiek uit om, al is het van een afstandje, echt op te gaan in wat zich afspeelt. ‘Jammer dat dat stel met al die tassen de cue de tweede keer miste,’ merkt één van de toeschouwers op. ‘De eerste keer ging dat wel goed.’ ‘Nee,’ antwoordt een ander, ‘het stel was de eerste keer juist te vroeg. Die mensen waar jij het over hebt, hoorden er helemaal niet bij!’
(Linda Mous)
Terug naar boven
Buitenlandse points of view op ‘gezellig’ en de Hema
Free Radicals / Artist in Residence – Teksten: Betty Shamieh / Hanneke Hendrix
Audaxzaal Theaters Tilburg, Tilburg • 24 mei 2009
Bij festival HartsTocht staan veel voorstellingen nog in de kinderschoenen. Free Radicals / Artist in Residence is zo’n voorstelling. De eerste tekst is van de Amerikaanse Betty Shamieh die op uitnodiging van HZT een tijdje ‘artist in residence‘ is geweest. In deze tijd heeft zij de Nederlandse samenleving geobserveerd en haar evaringen verwerkt in een toneeltekst. In Den Bosch en Roosendaal zal zij zelf ook aanwezig zijn bij de lezingen. De tweede tekst is van Hanneke Hendrix die Shamieh heeft begeleid tijdens haar verblijf in Nederland. Voor haar was het een echte eye opener om de Nederlandse samenleving eens door andere ogen te zien.
In Tilburg wordt een compilatieprogramma van beide teksten gelezen. Zes acteurs zitten op hun kruk met het script voor de neus en lezen dat voor. Dat klinkt saaier dan het is. Al is de mise-en-scène er nog niet en staan de acteurs niet in de make-up en kostuums, de personages komen al goed naar voren. De mix van de twee teksten zit, zelfs nu al, ongelooflijk goed in elkaar. Dit belooft veel goeds voor de verdere uitwerking van de voorstelling die gebaseerd op deze korte lezing al een aanrader is.
Het stuk van Shamieh draait om een getrouwd stel met hun Marokkaans-Nederlandse schoonmaakster en stipt interessante thema’s aan zoals hoe je culturele achtergrond meer invloed heeft op de perceptie van anderen over je Nederlanderschap dan je geboortegrond en hoe je op een praktische manier met je idealen om kan gaan. De manier waarop de ene helft van de acteurs de personages speelt en de andere helft gedaante geeft aan hun ongesproken gedachten, maakt de theatrale lezing nu al een gewaarwording.
De tweede tekst is het real-life perspectief van, met name, Hanneke Hendrix. Hierin worden typisch Nederlandse gebruiken, gedachten en gezegden in een voor het publiek zelfs vreemd perspectief gezet. Deels komt dit doordat het Betty Shamieh-personage ook Engels spreekt en zinnen uit de inburgeringscursus als ‘Oh, op die fiets’ en ‘dank je de koekkoek’ ineens ook voor Nederlanders een uitheemse lading meekrijgen. Eén ding is echter wel zeker: Nederlander of buitenlander, iedereen houdt van de Hema.
(Linda Mous)
Terug naar boven
Chocoladebruin is geen zwart
Nannies only – concept: Mathieu Güthschmidt, Matthijs Rümke, regie: Matthijs Rümke
Gezien op 23 mei 2009 • Theaters Tilburg, backstage
‘spel Mathieu Güthschmidt, Louise van Wingerden’ staat er in de credits van Nannies only. Alsof we niet net een uur lang naar drie mensen hebben zitten te kijken. Inderdaad, Mathieu Güthschmidt en Louise van Wingerden, maar toch zeker ook een derde persoon; een stevige zwarte – sorry, chocoladebruine – vrouw die ons vanaf haar stoeltje rechts op de vloer voortdurend zwijgend aankijkt en af en toe de blik naar beneden richt. Een vrouw op wie je als publiek onvermijdelijk alles wat de twee anderen zeggen projecteert, alsof zij het Zuid-Afrika vertegenwoordigt waar ze het over hebben.
Dat is niet helemaal waar (om niet te zeggen: helemaal niet waar), want de jonge actrice aan de andere kant van het bureau is dan wel wit, maar heeft overduidelijk een Zuid-Afrikaans hart en achtergrond. Ze spreekt de verschillende talen die ze bezigt in voortreffelijke accenten: prachtig Hoogduits, perfect Zuid-Afrikaans Engels, schitterend Afrikaans en ook nog een aardig partijtje Engels met een Indiaas accent. In al die verschillende talen is ze een ander facet van het complexe land waarover zij en haar buurman, een witte boer, vertellen. Dat doen ze in een onaangename betonnen ruimte met slechts een bureau, een enorme lamp en enkele stoelen, kruipdoor sluipdoor backstage in de schouwburg, als was het een kelder waar een verhoor plaatsvindt.
Begint het een beetje afstandelijk, op tamelijk neutrale toon met een schets van Zuid-Afrika, gaandeweg kleuren ze het plaatje in met verschillende perspectieven. Steeds menselijker, of eigenlijk: steeds onmenselijker krijgen we de geschiedenis en het heden voorgeschoteld en komen ze akelig dichtbij, met als confronterende terugkerende scène de ANC-strijdster die gemarteld wordt door haar borsten tussen een bureaula te leggen en die la heel hard dicht te doen. En nog eens. En nog eens. Gruwelijk en pijnlijk.
Ze keren en kantelen in dit proces het toen en nu, goed en fout, waarheid en opvatting. Goede bedoelingen en hoe slecht die kunnen uitpakken. Zelfs nu nog, eindelijk niet meer apart, maar nog altijd niet samen. De tekst, de voorbeelden, ze gaan heel expliciet over Zuid-Afrika. Maar op de keper beschouwd gaat die over alle vormen van wij en zij, en alles wat daartussen zit – de symbolische nanny, bijvoorbeeld, die dan wel bruin is, maar overal binnen mag omdat ze voor de kinderen van de blanken zorgt. Dus net zo goed over Joden en Palestijnen, Nederlanders en ‘allochtonen’ en andere ‘wij-tegenover-de-anderen’ tussen of binnen religieuze of culturele groepen.
Erg belangrijk, zo’n veelkleurige visie in een tijd waarin de apartheid dan wel is opgeheven, maar zwart/wit nog altijd welig tiert.
(Moon Saris)
Terug naar boven
Taboeloze seks tussen broer en zus
Halverwege omgedraaid – tekst: Magne van den Berg, regie: José Kuijpers
Gezien op 23 mei 2009 • De NWE Vorst, Tilburg
Een broer. Een zus. Haar partner. Een oud ouderlijk huis dat leegstaat nu de ouders er niet meer zijn. De broer en de zus die daar samen gaan wonen en niets anders doen dan in bed liggen, eten, drinken en neuken.
Er zullen weinig mensen zijn die dit stukje kunnen lezen zonder een oordeel te vellen. Zonder het taboe te voelen. Zonder ervan te gruwelen, wie weet. En toch presteerde talentvol schrijfster Magne van den Berg het een tekst te componeren waarin dit allemaal zo vanzelfsprekend is, zo gewoon, dat de kans groot is dat niemand zoiets voelt als hij of zij naar haar Halverwege omgedraaid gaat kijken. Mede dankzij de naturelle, terloopse tekstbehandeling van de prachtige spelers (chapeau voor Annelien van Binsbergen, Ruben Brinkman) en de impliciete less is more-regie van vaste Het Zuidelijk Toneel-actrice José Kuijpers die daaraan ten grondslag ligt, wordt het eerder een luchtige, prettige avond, met maximaal wat kleine wrange elementjes. Hooguit ergens heel diep van binnen zegt je moraal: dit hoort niet, dit is belachelijk, wat betekent dit allemaal? Pas als je buiten staat, kun je echt gaan denken over wat je hebt gezien en gehoord.
Belangrijke bijdrage aan het gemak is de originele, heldere, spannende manier waarop Van den Berg de tekst heeft ingericht; een schrijfexperiment. Vanaf zin één vertellen de broer en de zus (of misschien ook wel: de acteur en de actrice die de broer en de zus spelen) over zichzelf, hun onvoorwaardelijke liefde en hun bijzondere intimiteit in de derde persoon: de broer zegt, de zus vraagt, hij denkt, zij pakt. Ze zeggen heel neutraal de aanwijzingen, maar spelen de conversatie wel degelijk, met alle gebaren en emoties die daarbij horen. Dat schept een aangename afstand die het mogelijk maakt heel dichtbij te komen. De introductie van de derde, haar man, is even eenvoudig als hilarisch: ‘hij’ is al gereserveerd voor de broer, daarom heet hij ‘de hem’ en hij mag even in het ideale wereldje van de twee binnenkomen om op de rand van het rommelige bed een kopje thee te drinken van een gebruikt zakje dat hij van de grond heeft geraapt. De hem komt haar halen, tevergeefs. Maar zijn inbreuk op het gemakkelijke leventje van vertrouwen op de bekende weg zet het wikkende en wegende vrouwenbrein van de zus toch aan het denken. En dat vind het oer-mannenbrein van de broer, die gewoon doet wat hij lekker, fijn en prettig vindt, maar lastig. Steeds minder vaak horen we ‘de zus zegt’ of ‘de broer loopt’, is de dialoog gewoon direct en (daarmee?) de sfeer minder aangenaam.
Van den Berg heeft met Halverwege omgedraaid een tekst willen schrijven over sterke familiebanden, het belang van volwassen worden, afstand nemen van familierelaties. Door haar specifieke keuze voor een incestueuze relatie komt dat misschien niet zo goed tot uiting. Maar haar omgang met de materie en de tekst levert op zich meer dan genoeg op om dit experiment geslaagd te noemen en de aanpak van spelers en regisseur maken de voorstelling zeer de moeite waard. Over jezelf praten in de derde persoon met gespeelde conversatie lijkt dé manier om een beladen onderwerp dragelijk over het voetlicht te brengen. Nu nog ontdekken hoe je voorkomt dat het té dragelijk wordt.
(Moon Saris)
Terug naar boven
Theatraal psychologiecollege
Een [vooralsnog] schuchtere verhandeling over de angst voor genot – José Kuijpers
Studio Theaters Tilburg, Tilburg • 23 mei 2009
Wilhelm Reich, een van Freuds beste leerlingen, gaat verder waar Freud stopt. Waar Freud zich richt op bewustwording van onderdrukte (seksuele) energie, wil Reich deze juist vrijlaten. De mens is echter opgevoed om deze lichaamsenergie te onderdrukken en is bang voor het verlies van controle. Jezelf overgeven aan genot en daarmee de, wat Reich noemt, origine of orgastische energie de vrije loop geven, is dus voor veel mensen erg moeilijk en heeft psychische problemen tot gevolg. Hij kwam hiermee recht tegenover Freud, en vrijwel de hele psychoanalytische wereld, te staan en werd gezien als een gevaar voor de samenleving met zijn socialistische ideeën over seksualiteit.
José Kuijpers raakte enorm gefascineerd door Reichs theorieën en speelde al langer met het idee om een voorstelling rond zijn ideeën te maken. Het resultaat is Een [vooralsnog] schuchtere verhandeling over de angst voor genot. De Van Dale beschrijft ‘verhandeling’ als ‘lezing van wetenschappelijke of betogende aard’ en dat komt dicht in de buurt van hetgeen zich afspeelt. Kuijpers’ voorstelling is een aparte gewaarwording die nog het meeste wegheeft van een theatraal college psychologie.
Over de vorm die de voorstelling aan zou moeten nemen, heeft ze lang nagedacht. Ze vertelt dan ook: ‘ik had gedacht om Reich postuum de Nobelprijs uit de reiken en zelf, als Reich, zijn acceptance speech te houden.’ Of, ‘ook dacht ik eraan om van Reich een vrouw te maken, in een bar, die dan de hele avond over Freud zit te kankeren.’ Uiteindelijk heeft Kuijpers toch voor deze sobere verhandeling gekozen, als zichzelf, vertellend over Reich, de persoon en zijn theorieën, afgewisseld met verhalen over haar jeugd of mensen die ze kent. Deze worden erg serieus verteld, maar zijn zo herkenbaar of juist absurd dat ze zeer humoristisch overkomen. Een oud, klein platenspelertje en een wat smoezelige bank zijn haar enige decorstukken.
De voorstelling is nog steeds een ‘work in progress‘. Kuijpers zoekt soms nog houvast in het script en gaat daar op een leuke manier mee om door grapjes te maken als: ‘Oh, ik heb een stukje overgeslagen! Ik moet ook niet doen alsof ik dit al helemaal uit mijn hoofd ken.’ Ook erg verfrissend is haar zeer kwetsbare opstelling, zowel over de staat en inhoud van de voorstelling als over haar eigen ervaringen. Het onderwerp raakt haar duidelijk diep en dat weet ze perfect op haar publiek over te brengen. De meest warme lach en spontaan applaus krijgt ze na een vlotte anekdote over remmingen en humeuren van vrouwen in de overgang: ‘Ja, dat stukje ken ik wél uit mijn hoofd!’
(Linda Mous)
Terug naar boven
Rondstruinen door humeuren
Humeuren van de Stad – Tekst: Paul Pourveur / Regie: Matthijs Rümke
Theater op locatie, Tilburg • 22 mei 2009
De stad is een levend, ademend lichaam met uiteenlopende lichaamsfuncties, aldus Paul Pourveur, tekstschrijver van Humeuren van de Stad. Dat idee heeft hij verbonden aan de manier waarop men in de Griekse oudheid dacht over de gemoedstoestand van de mensen. Op vier locaties in de stad worden de vier gemoedstoestanden verbeeld, gebaseerd op de vier lichaamssappen die Hippocrates de mens toedichtte: bloed (passie), gele gal (woede), zwarte gal (melancholie) en slijm (emotieloze kalmte).
De voorstelling begint op een druk kruispunt, het platform voor kalme emotieloosheid. De twee spelers, een man en een vrouw, proberen alleen en zonder emoties hun leven door te komen, menselijk contact schuwend. Wanneer er dan toch contact gemaakt wordt, lijkt het alsof ze ieder nog steeds hun eigen mentale eilandje bewonen. Dit wordt mooi verbeeld door de posities van de acteurs, meters van elkaar af, naar elkaar schreeuwend boven de drukte van het verkeer. Wat volgt is een ‘gesprek’ vol onbegrip en miscommunicatie. Een samenspel waarin beide personages horen wat ze willen horen, of juist niet willen horen. Hierdoor komt in plaats van emotieloosheid, juist een verloren eenzaamheid naar de oppervlakte en ontstaat een wederzijds begrip door onbegrip.
De tweede locatie is een leeg winkelcentrum, gebouwd door de vader die net is begraven door twee broers en een zus. De woede staat hier centraal. Woede over de consumptiemaatschappij, de erfenis, jaloezie en ontrouw. Ieder heeft zo zijn eigen manier van omgaan met woede. De ene broer begrijpt het allemaal niet. Wat zo’n mooie, rijke vrouw nu met zijn broer moet? Waarom zijn vader zo’n paleis van consumptie moest bouwen? Hij ziet woede als een houvast, een manier om te overleven. De zus daarentegen zegt juist alles te begrijpen. Ze begrijpt de intenties van haar vader, de liefde, verantwoordelijkheid en haar woede helpt haar goede ideeën te krijgen. De tweede broer neemt echter afstand van alles. Hij wíl het allemaal niet begrijpen. Begrip leidt tot woede en woede creëert alleen maar meer obstakels. Hij kiest ervoor zijn leven koel en terughoudend te leven en overal zijn excuses voor aan te bieden, zelfs wanneer hij hoort van de relatie tussen zijn vrouw en zijn broer. Het kille, lege winkelcentrum is de perfecte locatie voor deze emotie waarop ieder zijn eigen vorm van woede kan projecteren.
Passie staat centraal op de volgende locatie, een leeg appartement uitkijkend op een stadsplein. Naast vader en twee dochters, speelt ook de stad een belangrijke rol in deze voorstelling. De ene dochter, geobsedeerd door de dood, houdt van deze ‘spookstad’ waar het na 11 uur helemaal leeg is in de straten. De andere dochter vindt dit juist bedrukkend en pakt haar koffers om met haar vriend samen de wereld in te trekken om zich volledig vrij te voelen. Intussen staat vader voor verschillende keuzes. Zijn minnares of zijn dochters? Zijn dochter laten gaan of tegenhouden? De ene dochter, of de andere?
De laatste halte op onze reis door de stad en bijbehorende emoties is een champagnebar waar melancholie hoogtij viert. Een acteur die het allemaal niet meer ziet zitten met zijn werk en vrouw en een oudere prostituee op zoek naar haar laatste klant vormen het middelpunt van de voorstelling. Vol melancholie denken ze beiden aan keuzes of het gebrek daaraan. Ze hebben elkaar niets te bieden, maar misschien ligt daarin juist de bevrijding.
Humeuren van de Stad brengt het publiek naar verrassende locaties die perfect aansluiten op de verwoorde en verbeelde emoties. Pourveurs teksten zijn indringend, vol woordspelingen en mooie metaforen, maar een enkele keer iets te pathetisch om echt goed te volgen. De teksten in combinatie met de actie, houden de aandacht echter wel vast. Ondanks wat technische probleempjes en het soms wat lange wachten die gepaard gaan met een première, weet Humeuren toch sterk te boeien en staat garant voor een wonderlijke toneelervaring.
(Linda Mous)
Terug naar boven